Marianne Amssoms werkt in New York als CEO van het communicatiebureau Carpe mutatio. Ze is ook de voorzitter van BelCham
Times Square op zaterdagavond: theater is zowat de enige reden die New Yorkers deze overbevolkte toeristische trekpleister doet trotseren. Met een bewijs van volledige vaccinatie en het dragen van een mondmasker tijdens de voorstelling genieten we er weer volop van creatieve culturele hoogstandjes. Na afloop duik ik in de onderbuik van de stad en brengt de metro me thuis. “Mama, mijn mondmasker!” zegt een klein meisje dat voor mij de trap afdaalt. Ik schat dat ze een jaar of vier is. Mondmaskers zijn hier sinds lang verplicht voor kinderen vanaf twee jaar en daar wordt weinig over gemord. Voor hen is het een gewoonte en soms zie ik kleuters ouders aanmanen om dat stukje stof weer helemaal over neus en mond te trekken.
Met verbazing volg ik de heisa in België over de mondmaskerplicht voor kinderen vanaf zes jaar. Met petities, Instagram-campagnes en gerechtelijke procedures wordt de maatregel aangevochten. Praktijken die in de Verdeelde Staten van Amerika dagelijkse kost zijn, maar nu dus ook in eigen land België, waar de inmenging van de overheid doorgaans minder de wenkbrauwen doet fronsen dan in de Verenigde Staten.
Ook New York kreeg kort voor het jaareinde opnieuw een opbod aan maatregelen. Zowel uittredend burgemeester Bill de Blasio als kersvers gouverneur Kathy Hochul voerde nieuwe regels in om de nieuwste covid- variant te snel af te zijn. Een verplichte coronaprik voor kinderen vanaf vijf jaar bijvoorbeeld en nog meer plekken waar je niet binnen mag zonder masker. Er kwam tegenwind, voelbaar tot in de rechtbank. Maar de op individuele vrijheid gebrande New Yorker begrijpt wat er op het spel staat en volgt over het algemeen goed. Het trauma van de enorme dodentol en het nog nazinderende sociale en economische slagveld helpen tegen het extra ongemak.
Het is verwarrend als regels voortdurend veranderen. Maar een muterend virus – waar de wetenschap nog dagelijks over leert – is niet makkelijk klein te krijgen door beleidsvoerders die conflicterende belangen moeten verzoenen en soms blunderen. Het is kenmerkend voor elke crisis dat er nooit volledigheid van feiten is vooraleer dringende en dwingende besluiten moeten worden genomen. Die vergen dus steevast aanpassingen. Ik plaats me even in de schoenen van de vaak beschimpte politici – aan beide kanten van de oceaan – en doorloop verschillende scenario’s. Geen enkel zou op applaus worden onthaald. Er is geen goed of fout antwoord op de vraag of jonge kinderen mondkapjes moeten dragen. Er zijn wel limieten aan individuele vrijheden zodra die het gemeenschappelijke belang in gevaar brengen. In enkele steden en staten in the land of the free wordt dat schoorvoetend aanvaard. Kan dat ook in een weliswaar versnipperde sociale democratie die solidariteit en verdraagzaamheid hoog in het vaandel draagt? Willen we een debat winnen of een dodelijk virus verslaan?
Volgende keer: Pieter Verstraete vanuit China
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier