Marc Van Gastel (51): ‘Ik heb de job van mijn leven’

Overstappen van de privésector naar de overheid, het is niet iedereen gegeven. Maar Marc Van Gastel voelt zich als een vis in het water bij Flanders Investment & Trade, waar hij een jaar geleden de leiding kreeg van het team dat buitenlandse investeringen naar hier moet halen. Eerder had de doctor in de computerwetenschappen enkele leidinggevende functies bij het consultancybureau Deloitte. De overheid was voor hem geen onbekend terrein. Hij is kabinetsmedewerker geweest van Fientje Moerman, Vlaams minister van Wetenschap en Economie tussen 2004 en 2007.

“Ik kan bij Flanders Investment & Trade rekenen op een professionele ploeg van binnen- en buitenlandse medewerkers die echt weten waarmee ze bezig zijn”, zegt Van Gastel, die zijn mensen laat werken op basis van meetbare doelstellingen. “Als je werkt met bedrijven, dan moet je ook in hun leefwereld treden. Wij beschouwen Flanders Investment & Trade niet als een overheidsinstelling maar als een bedrijf, zij het eentje gefinancierd met overheidsgeld.”

Buitenlandse investeringen lokken, hoe begin je daar aan?

MARC VAN GASTEL. “De beste resultaten boek je door proactief te werken. Zo hebben we samen met de haven van Antwerpen en de beroepsfederatie essenscia uitgezocht welke activiteiten in de Antwerpse chemiecluster ontbraken. Vervolgens hebben we bedrijven met zulke activiteiten opgezocht om ze naar hier te krijgen. Als je zelf naar de bedrijven toestapt, verloopt een buitenlandse investering twee keer sneller.”

Is de investering van 63 miljoen euro door Kuwait Petroleum in de modernisering van zijn Antwerpse installaties jullie werk?

VAN GASTEL. “Inderdaad. We hebben het nieuws op onze website gezet, hoewel we doorgaans niet veel ruchtbaarheid geven aan onze resultaten. Veel bedrijven verkiezen zelf de communicatie te voeren, en dat respecteren we. Ik vind dat spijtig voor mijn mensen. Ze krijgen prachtdossiers rond, maar moeten zwijgen. Het publiek onderschat wel eens wat hier gepresteerd wordt. Het gaat niet alleen om het aantrekken van investeringen, we proberen ook te vermijden dat bedrijven naar het buitenland verhuizen. Dat zijn zeker niet de gemakkelijkste dossiers.”

Ook met investeringen zal het wel niet altijd van een leien dakje lopen.

VAN GASTEL. “Bij grote cultuurverschillen moet er eerst wederzijds begrip groeien. Zo krijgen wij heel wat Chinese delegaties over de vloer. Een Chinese zakenman is gewoon om zijn ding te doen, hij laat zich niet zo gemakkelijk begeleiden. Nochtans is dat nodig om de kwaliteitseisen van de Europese markt te leren kennen, en om beter om te gaan met de uiteenlopende manieren van zakendoen op ons continent. Chinese ondernemers denken nog te vaak in termen van ‘de Europeaan’, terwijl dat helemaal niet zo is. Niet zelden kampen Chinese zakenmensen met een stukje desillusie na de oorspronkelijke euforie.”

U ziet wellicht nogal wat wereldculturen passeren.

VAN GASTEL. “Het is ongelooflijk wat je in een week tijd kunt meemaken. Ik heb de job van mijn leven. Neem nu India. Je mag niet onderschatten welke evolutie de Indiase zakenman heeft ondergaan. Ze gaan helemaal de Angelsaksische toer op. Ze weten goed wat ze willen, en zijn altijd op hun hoede. Ze denken snel te kunnen gaan, om dan te moeten vaststellen dat er veel regels zijn. ‘Het is hier niet zo gemakkelijk zakendoen”, zeggen ze mij dan. Terwijl ze vergeten dat het zakendoen in India nog veel moeilijker is.”

J.V.G.

“Mijn mensen krijgen prachtdossiers rond, maar moeten erover zwijgen. Dat vind ik jammer”