De heffing op korte vliegreizen onder 500 kilometer is een groene trofee in het begrotingsakkoord. Maar nog voor die er echt is, rammelt de vliegtuigtaks aan alle kanten. Er is onduidelijkheid over de omvang van de belasting en vooral: ze is internationaalrechtelijk onwettig.
“Hebt u dat bedrag van 30 miljoen euro vastgelegd na een spelletje vogelpik?” vroeg PVDA/PTB-kamerlid Raoul Hedebouw woensdag in de federale Kamer aan minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo). Het neocommunistische woelwater kon scoren omdat er onduidelijkheid blijft bestaan over de precieze hoogte van de vliegtaks die de regering-De Croo wil heffen op vliegtuigreizen van minder dan 500 kilometer.
Aanvankelijk deed het bedrag van 5 tot 6 euro per passagier de ronde. De taks, een trofee voor Ecolo/Groen, moet dan 30 miljoen euro opbrengen in 2022 en 40 miljoen euro in 2023. Alleen: op basis van de iets minder dan een miljoen passagiers die voor corona van zo’n korte vlucht gebruikmaakten, zou de taks dan 5 tot 6 miljoen euro opbrengen. Het bedrag van de belasting moet eigenlijk worden opgetrokken tot 30 euro. De chaos in de Kamer was compleet toen de groene ministers Petra De Sutter en Tinne Van der Straeten verschillende signalen gaven. De eerste had het over een taks van 20 euro, volgens Van der Straeten “moet dit nog verder worden uitgewerkt”.
Bovendien kreeg de taks tijdens het Kamerdebat veel kritiek van de oppositiepartij N-VA. De belasting zou uitsluitend de Vlaamse luchthavens van Zaventem en Antwerpen raken aangezien er bijvoorbeeld vanuit Charleroi geen zo’n korte vluchten vertrekken. Kamerlid Theo Francken sprak van een concurrentieel nadeel voor Vlaamse luchthavens.
Onwettig
En dat is nog niet alles. Verschillende juristen wijzen erop dat de taks weleens volledig onwettelijk zou kunnen zijn. Professor klimaat- en energierecht Kurt Deketelaere (KU Leuven) zei op Twitter: “Zo gaat dat dus: ‘We moeten iets uitvinden dat 30 miljoen euro opbrengt.’ Een ‘inschepingstaks’, why not, klinkt goed. Belastinggrondslag, belastingplichtige, belastingtarief, enz? No idea. Hoeft dat? Conformiteit met EU-recht, internationaal recht? Who cares.”
Het zit zo: het verdrag van Chicago van 7 december 1944 inzake Internationale Burgerluchtvaart verbiedt in artikel 15 “heffingen op het vertrek van luchtvaartuigen of op het vertrek van personen in luchtvaartuigen”. Enkel een belasting die dient voor vluchtgerelateerde kosten is toegelaten, zoals voor het gebruik van een luchthaven of voor de kosten van de verkeersleiding
Er is tenslotte een precedent. Fiscaal expert Michel Maus wijst erop dat de Raad van State in het verleden een belasting van de gemeente Zaventem op de uitbating van vliegtuigen a rato van 12 Belgische frank per passagier vernietigde wegens de schending van het verdrag van Chicago.