Vlaams hoger onderwijs pleit voor aanpassing studietoelagen: ‘De voorwaarden zijn te streng’
Met het nieuwe academiejaar in zicht laait de discussie over de factuur van het hoger onderwijs weer op. De Vlaamse Vereniging van Studenten (VVS) vraagt aan de toekomstige Vlaamse minister van Onderwijs meer aandacht voor financieel kwetsbare studenten.
Studeren aan een hogeschool of universiteit kost handenvol geld. Het inschrijvingsgeld bestaat in Vlaanderen uit een vast en een variabel deel. Voor het academiejaar 2024-2025 bedraagt het vaste deel 288 euro. Het variabele deel hangt af van het aantal studiepunten. Voor elk studiepunt betaalt een student 13,80 euro. Een basisopleiding van zestig studiepunten kost dus 1.116 euro. Vorig academiejaar was dat nog 1.092,10 euro. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen bachelor- en masteropleidingen. Er gelden wel afwijkende tarieven voor bachelor-na-bachelor-, master-na-master- of doctoraatsstudenten.
Over het volledige studietraject betalen ouders dus enkele duizenden euro’s inschrijvingsgeld voor hun zoon of dochter. Dat bedrag moeten ze meteen voldoen bij de inschrijving. Later volgt eventueel een herberekening op basis van het aantal opgenomen studiepunten.
Daarnaast moeten de cursussen en ander studiemateriaal worden betaald, zoals voor software, apparatuur, gereedschap of kledij. Tel daarbij nog de kosten voor vervoer en/of huisvesting, en de factuur loopt op tot een fors bedrag. CEBUD, het Centrum voor Budgetadvies en -onderzoek van de Thomas More-hogeschool, rekende voor dat een kotstudent in het academiejaar 2024-2025 aan zijn ouders 17.111 euro kost, en een pendelstudent 11.148 euro.
Voor studenten die hun inkomsten en uitgaven willen bijhouden, ontwikkelde de financiëleportalsite Wikipedia een handige budgettool.
De studietoelage brengt soelaas
In bepaalde gevallen komen ouders van studerende kinderen in aanmerking voor een studietoelage van de Vlaamse overheid. Ze betalen dan voor het academiejaar 2024-2025 een inschrijvingsgeld van slechts 132 euro. Dat forfait geldt zowel voor voltijdse als deeltijdse opleidingen aan een hogeschool of universiteit. Er bestaat ook een ‘bijna-beurstarief’ van 588 euro bestaat voor wie niet in aanmerking komt voor een toelage, maar toch over beperkte financiële middelen beschikt.
Een Vlaamse studietoelage kan worden aangevraagd voor alle universiteiten en hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, dus ook de Vlaamse instellingen in Brussel. De opleiding moet officieel erkend zijn. Een bachelor-na-bachelor of master-na-master komt niet in aanmerking. Voor meer informatie over de modaliteiten kunnen de aanvragers terecht bij de sociale dienst van de universiteit of hogeschool.
‘De administratieve lasten voor studenten liggen te hoog om van een efficiënt systeem te spreken’
Vlaamse Vereniging van Studenten
Er gelden strikte voorwaarden voor de aanvrager van de studietoelage. Een belangrijk criterium is het gezinsinkomen. Voor de berekening van de inkomensgrens wordt rekening gehouden met de personenlast binnen de ‘leefeenheid’ van de student. Dat kan een klassiek gezin zijn, maar samenwoners en alleenstaande studenten kunnen evengoed een leefeenheid vormen.
De personenlast in zo’n leefeenheid wordt uitgedrukt in een puntenaantal. Hoe hoger dat aantal, hoe hoger de inkomensgrens mag zijn voor de studietoelage. Het aantal onroerende goederen in eigendom speelt eveneens een rol. Is het kadastraal inkomen van de gebouwen of gronden die te hoog, dan is dat een reden om geen beurs toe te kennen.
Een kwart komt in aanmerking
De voorwaarden die de Vlaamse overheid koppelt aan een studietoelage, hebben als doel misbruiken te voorkomen. Maar ze zijn te streng, stelt de Vlaamse Vereniging van Studenten (VVS) in een open brief aan de nieuwe Vlaamse minister van Onderwijs. De vereniging stelde die samen op met de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) en de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA).
In hun brief stellen ze dat veel studenten financieel kwetsbaar zijn en niet voldoende bereikt worden met het huidige systeem. Slechts een kwart van de studenten in het hoger onderwijs kan naar verluidt op een toelage rekenen. “Het is dan ook van groot belang dat het inkomen van de ouders niet langer bepaalt of een jongere een hoger onderwijsopleiding kan volgen. De Vlaamse samenleving heeft immers behoefte aan alle hoogopgeleiden die de maatschappij kunnen verrijken.”
Daarin ligt volgens de VVS en haar bondgenoten de uitdaging voor de volgende minister van Onderwijs. “We constateren dat het huidige studietoelagesysteem dringend aan herziening toe is.”
Voorstellen voor de overheid
De open brief stelt drie pijlers voorop. Om te beginnen moeten meer studenten in aanmerking komen voor de toelage. Dat kan door de inkomensgrenzen op te trekken, zodat meer studerende jongeren in een precaire financiële situatie kunnen terugvallen op een tegemoetkoming. De bijna-beursstudenten zouden volgens het voorstel recht moeten krijgen op een volwaardige beurs. De VVS stelt voor de voorwaarden af te stemmen op die in het secundair onderwijs. Daar geldt vandaag een toekenningspercentage van 45 procent.
De VVS pleit ook voor een vereenvoudigde regelgeving en een automatische rechtentoekenning. “De administratieve lasten voor studenten liggen momenteel te hoog om van een efficiënt systeem te spreken. Vooral nieuwe studenten zijn nog niet bekend met studietoelagen. Door hun onwetendheid en de moeilijke administratieve procedure lopen ze die vaak mis. Als het recht op zo’n toelage automatisch werd toegekend (zoals in het secundair onderwijs), zouden meer jongeren in een kwetsbare financiële situatie financiële de kans krijgen om verder te studeren.”
En ten derde moeten de bedragen van de studietoelagen de hoogte in. “Want het bedrag komt niet meer overeen met de werkelijke studie- en leefkosten van studenten. Vooral de prijzen voor studentenhuisvesting stijgen sterk en snel. Voor veel studenten is een kot echter een essentiële voorziening.”
Het is nu wachten op een reactie van de overheid. Op dit moment worden de regeringsonderhandelingen nog volop gevoerd. Enkele politieke partijen verklaarden al aan open te staan voor een hervorming van het toelagesysteem. Wordt dus ongetwijfeld vervolgd, maar voor het nakende academiejaar 2024-2025 zijn geen grote veranderingen meer te verwachten.
Wie niet in aanmerking komt voor een toelage van de Vlaamse overheid, kan aankoppen bij enkele stichtingen die studiebeurzen of voordelige studieleningen toekennen. Een persoonlijke lening op afbetaling afsluiten om de studie van een kind te financieren kan ook, maar daarvoor betaalt de lener erg hoge intresten. z
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier