Verenigde Staten en andere IEA-lidstaten geven 60 miljoen olievaten vrij na Russische invasie
De lidstaten van het Internationaal Energie Agentschap (IEA) gaan 60 miljoen vaten uit de strategische oliereserves vrijgeven om zo de hoge olieprijzen tegen te gaan. Vanwege de oorlog in Oekraïne zijn de olieprijzen naar het hoogste niveau sinds 2014 gestegen, omdat er zorgen zijn dat de Russische olieleveringen geraakt zullen worden door de harde westerse sancties tegen Rusland.
Het nieuws over de vrijgave van oliereserves door de IEA-landen had overigens geen effect op de prijzen, want die gingen dinsdagmiddag verder omhoog.
De prijs van een vat Amerikaanse WTI-olie (van 159 liter) steeg met 8,5 procent naar 104,21 dollar. Brentolie, de maatstaf voor olie uit het Midden-Oosten, Europa en Afrika, kostte bijna 8 procent meer op 105,65 dollar per vat.
Het IEA telt dertig lidstaten, waaronder de Verenigde Staten, Duitsland, Japan, het Verenigd Koninkrijk Frankrijk, en ook België. Volgens de Japanse industrieminister nemen de VS 30 miljoen vaten voor hun rekening.
Het is voor het eerst sinds de Libische opstand in 2011 dat de landen van het IEA met een gecoördineerde vrijgave van de strategische voorraden komen.
De IEA-lidstaten hadden eind december voorraden ter grootte van ruim 4,1 miljard vaten olie. Daarvan worden 1,5 miljard vaten door overheden als strategische reserves aangehouden.
In november vorig jaar spraken de VS de strategische voorraden ook al aan om zo de hoge brandstofprijzen te drukken. Ook na de zware orkaan Ida vorig jaar werden voorraden vrijgegeven om brandstoftekorten te voorkomen. De strategische voorraden van de VS bedragen meer dan 600 miljoen vaten die voor noodgevallen ondergronds zijn opgeslagen in de staten Texas en Louisiana.
Oliekartel OPEC en bondgenoten als Rusland vergaderen woensdag over de productie, die momenteel elke maand geleidelijk wordt verhoogd. Er wordt niet verwacht dat de OPEC+ de oliekraan nog verder gaat opendraaien om zo de prijzen te drukken.