Zelfstandige ondernemers waren nog nooit zo tevreden over hun job
Meer dan de helft van de zelfstandige ondernemers in Vlaanderen zegt een werkbare job zonder knelpunten te hebben. Dat blijkt uit de zesde werkbaarheidsmeting van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV). Nooit eerder sinds het begin van die bevragingen lag dat aantal zo hoog.
De verbeteringen zijn volgens de SERV te danken aan het beleid, dat meer aandacht geeft aan werkbaar werk.
Wat is de werkbaarheidsmeting?
Het aantal zelfstandigen in Vlaanderen is de laatste jaren in stijgende lijn. De SERV en zijn onderzoekspoot Stichting Innovatie & Arbeid meet sinds 2007 elk jaar de werkbaarheid van jobs voor zelfstandigen. Deze zesde meting is de eerste na de coronacrisis. Dit jaar gaven 1.788 zelfstandigen in Vlaanderen hun input.
Een job is ‘werkbaar’ als er geen klachten zijn over vier werkbaarheidsindicatoren: stress, motivatie, leermogelijkheden en de balans tussen werk en privé.
In 2023 is 52,5 procent van de zelfstandigen positief over alle domeinen. In 2007 was dat nog 47,7 procent. Dat terwijl de tevredenheid bij werknemers eerder stabiliseert.
Er is wel een verschil in deelgroep. Zo laten beduidend meer hooggeschoolden (57,3 %) dan laaggeschoolden (42,4 %) een algemene tevredenheid optekenen.
Motivatie en leermogelijkheden versus werkstress en balans
Zelfstandige ondernemers blijken vooral goed te scoren op twee van de vier werkbaarheidsindicatoren: negen op de tien (90,1 %) is gemotiveerd aan de slag en bijna alle zelfstandigen (97,3 %) geven aan over voldoende leermogelijkheden te beschikken.
Werkstress en de werk-privébalans scoren duidelijk minder goed. Ruim een derde ervaart te veel stress (37,8 %). Opvallend: dat probleem is duidelijk groter bij zelfstandigen met werknemers (44 %) dan zonder (34 %). Volgens de SERV ligt de oorzaak allicht bij bijkomende personeelsadministratie en meer verantwoordelijkheden. (zie kader onderaan)
De werk-privébalans gaat er wel op vooruit. Hoewel nog steeds een op de drie zelfstandigen (29,7 procent) worstelen met die combinatie, is dat toch al vijf procentpunten minder dan in 2007 (34,5 procent).
Het gemiddeld aantal werkuren daalde in die periode van 56,8 per week naar 52,2. Er lijkt dus een mentaliteitswijziging op gang gekomen.
Lees verder hieronder
Reacties
“Deze cijfers geven aan dat veel zelfstandigen een boeiende, motiverende job hebben met veel variatie en veel kansen om bij te leren en te ontwikkelen,” zegt SERV-ondervoorzitter Danny Van Assche. “Er zijn al heel wat beleidsmaatregelen genomen om het statuut van zelfstandige ondernemers te verbeteren. Verder inzetten op de kwaliteit van jobs moet ondernemers helpen om ook een werkbare balans tussen werk en privé te vinden en de werkstress onder controle te houden.”
Vlaams minister van Werk Jo Brouns (CD&V) reageert tevreden. “Net zoals de SERV vind ik dat deze cijfers aantonen dat de investeringen die we samen met de sociale partners hebben gedaan, ook voor zelfstandige ondernemers, absoluut lonen. Ik denk daarbij bijvoorbeeld aan de KMO-portefeuille, de versterking van Dyzo en het begeleidingsaanbod via het VLAIO-netwerk. Als we alle krachten bundelen ben ik ervan overtuigd dat we nog meer mensen aan de slag kunnen houden in een gezonde en werkbare job.”
Unizo: ‘Vereenvoudig administratie’
Ondernemersorganisatie Unizo wil dat administratie eenvoudiger wordt. “In tijden van digitalisering en artificiële intelligentie begrijpen kmo’s niet dat bepaalde procedures nog steeds traag zijn of dat ze verplicht worden om meerdere keren dezelfde informatie door te geven.”
Unizo vraagt bovendien dat de overheid een gezondheidsbudget invoert voor ondernemers. Het zou gaan om een bedrag van 1.000 euro, dat in de loop van de carrière verder wordt aangevuld. Met dat geld kunnen zelfstandigen preventief professionele hulp inroepen.
“Zo’n gezondheidsbudget is in de eerste plaats een investering, maar zal zich terugverdienen in meer gezonde zelfstandigen en minder uitgaven inzake arbeidsongeschiktheid”.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier