Steven Vanackere: ‘Wij persen een beperkte groep uit tot ze een burn-out hebben’

STEVEN VANACKERE © FOTOGRAFIE FRANKY VERDICKT
Patrick Claerhout redacteur bij Trends
Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

In zijn eerste grote interview sinds hij in 2019 werd benoemd tot directeur van de Nationale Bank sprak Steven Vanackere met Trends onder andere over het verhogen van de werkgelegenheidsgraad en breekt hij een lans voor een betere balans tussen leven en werk. Vanackere is ook ondervoorzitter van de Hoge Raad voor Werkgelegenheid.

“Ik wil het feestje niet verpesten, maar alle experts en instellingen zijn het erover eens: de werkgelegenheidsgraad zal tegen 2030 géén 80 procent bedragen. Het Planbureau bijvoorbeeld houdt het op 74 procent in 2028,” zegt Vanackere in het interview.

“Met die kanttekening: iemand die slechts enkele uren per week werkt, neemt óók deel aan de arbeidsmarkt. Daar hebben we te weinig aandacht voor. We benijden Nederland om zijn hoge werkgelegenheidsgraad, maar vergeten dat een groot deel van de bevolking niet voltijds werkt. Als we kijken naar het totaal aantal gepresteerde uren, scoort België even goed als Nederland.

“Wij hebben echter de gewoonte, om niet te zeggen de obsessie, om een baan te zien als een fulltime-arbeidsplaats. Wij persen een beperkte groep uit tot ze een burn-out hebben, terwijl de werklast in Nederland gespreid wordt over een groter deel van de bevolking. Idem dito voor de Scandinavische landen. In termen van welzijn op het werk en de balans tussen leven en werk, zijn dat wegen die ook wij meer moeten bewandelen.”

“Mannen moeten meer in het huishouden doen”

Steven Vanackere heeft het ook over de arbeidsmarktparticipatie van vrouwen: “Het heeft met opleidingskeuzes en stereotypen te maken. Maar het antwoord ligt ook buiten de arbeidsmarkt. De mannen moeten eindelijk eens wat meer in het huishouden doen. De arbeidsmarktparticipatie van vrouwen is gevoelig verbeterd, maar er is nog ruimte voor verbetering. Dat heeft te maken met een faire verdeling van de huishoudelijke taken én met de beschikbaarheid van kinderopvang. Het belang van goede kinderopvang kan niet genoeg worden onderstreept, vooral voor zeer kwetsbare groepen als alleenstaande ouders, meestal de mama’s. Wij maken het hen bijna onmogelijk om een baan en zorg voor de kinderen te combineren.”

Lees meer:

Partner Content