Wim Verhoeven
‘Staatsgeleid Wallonië drijft steeds verder van ons weg’
‘Politieke partijen die pleiten voor meer overheid, meer herverdeling, meer sociale zekerheid en meer belastingen, zijn al decennialang aan zet in Wallonië’, stelt Trends-hoofdredacteur Wim Verhoeven.
Een ‘extralegale’ staatshervorming in 2024 (dixit Bart De Wever)? Een pensioenhervorming forceren omdat je anders ‘het einde van België’ inluidt (dixit Sammy Mehdi)? Nu de communautaire temperatuur weer begint te stijgen, loont het de moeite eens goed naar de cijfers te kijken. De harde realiteit is dat Vlaanderen en Wallonië steeds verder van elkaar wegdrijven.
Laat ons eerst even terugkeren naar een dossier dat Trends midden december 2022 onder de aandacht bracht. We publiceerden toen een ‘fiscale top 50’ op basis van de immense database van Trends Business Information, waarin de kerncijfers van alle Belgische ondernemingen te raadplegen zijn. Daaruit puurden we een ranglijst van bedrijven die de meeste vennootschapsbelasting betaalden in 2021. Het gaat om de meest recente en volledige cijfers, op basis van de neergelegde jaarrekeningen. Onopvallend in een hoekje stond er een heel leerrijk kadertje bij. In 2021 kwam 16,1 miljard aan vennootschapsbelasting binnen bij de nv België. Daarvan kwam 10,6 miljard uit Vlaanderen en net geen 3 miljard uit Wallonië. Dat is een factor 3,5. Ook interessant: Vlaanderen telde in 2021 238.000 bedrijven. Wallonië had er 85.000. Dat is een factor 2,8. Tussen 2020 en 2021 kwamen er in Vlaanderen 8.000 bedrijven bij, in Wallonië 1.800. Dat is een factor 4,4. En nog eentje om het af te leren: in 2017 telde Vlaanderen 207.000 bedrijven en Wallonië een kleine 77.000. In vijf jaar tijd kwam er in Vlaanderen dus 15 procent bedrijven bij en in Wallonië 10 procent. Die 15 procent is eigenlijk nog te weinig, dus over die 10 procent gaan we al helemaal niet discussiëren.
Staatsgeleid Wallonië drijft steeds verder van ons weg.
In Trends van deze week vindt u nog meer kerncijfers en allemaal zeggen ze hetzelfde. Verder en verder drijven we van elkaar weg. Dat geldt voor de werkgelegenheidsgraad, de economische groei, de publieke financiën… Zeker de financiële geloofwaardigheid van Franstalig België staat onder toenemende druk, en dat straalt ook af op het federale niveau.
Natuurlijk kleeft er een politieke dimensie aan die economische realiteit. De Waalse economie drijft voor 70 procent op overheidsinitiatief, zegt de Nationale Bank. Het is een bijna staatsgeleide economie en de Franstalige kiezer lijkt daar best tevreden mee. Politieke partijen die pleiten voor meer overheid, meer herverdeling, meer sociale zekerheid en meer belastingen zijn er al decennialang aan zet. De groei van de communistische PTB in de peilingen wijst zelfs op een zekere radicalisering. Dat is allemaal het volste recht van de Franstalige kiezer, maar de vraag is hoe je daar in de Belgische constructie mee moet omgaan.
In goede tijden kun je ideologische tegenstellingen een hele tijd onder de mat vegen, maar aan het einde van de rit haalt de economische realiteit de politieke wensdromen altijd in. Nu de internationale economische omgeving onzekerder wordt, dreigt de eeuwige ideologische spreidstand, het eeuwige immobilisme en de tegengestelde kijk op economische hervormingen een steeds grotere handicap te worden. Terwijl de energieprijzen stegen, zag je al dat sterke, slagvaardige economieën als Nederland en Duitsland veel beter in staat zijn hun industrie tegen zware schokken te beschermen. Hetzelfde dreigt zich voor te doen als we straks in Europa de vergroening van onze industrie Europa zullen stimuleren. De concurrentiepositie van onze bedrijven is er ondertussen alleen maar op achteruit gegaan. Wat je niet wilt, is dat de Vlaamse economie verder in die negatieve spiraal wordt meegesleurd. In dit land verdrinken we de economische realiteit al te vaak in politiek theater en emotionele argumenten. Maar deze keer zal er toch iets moeten gebeuren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier