Rudy Provoost en Frank Beckx (Voka): ‘Een hervormingsbeleid zonder groeistrategie zal niet werken’

RUDY PROVOOST EN FRANK BECKX "Hervormen in België is een strijd." © Franky Verdickt
Alain Mouton
Alain Mouton Journalist

Op 1 september volgde Frank Beckx Hans Maertens op als gedelegeerd bestuurder van Voka. In een eerste dubbelinterview met voorzitter Rudy Provoost geeft de werkgeversorganisatie een duidelijke boodschap: met de hervormingen van de federale regering haken we in het beste geval aan bij onze buurlanden. “Heel veel van wat we nu doen, hebben onze buurlanden al tien, twintig jaar geleden gedaan.”

Met de Voka Rentrée trapte de Vlaamse werkgeversorganisatie afgelopen maandag het sociaaleconomische en politieke najaar af. Meteen begon ook het mandaat van de nieuwe gedelegeerd bestuurder, Frank Beckx. Na het zomerakkoord eind juli had Voka de regering-De Wever al goede punten gegeven, maar de werkgevers hebben nog een reeks lacunes op een rijtje gezet. “Om het in wielertermen uit te drukken: als ik de hervormingen op de arbeidsmarkt en in de pensioenen zie, is de eerste rit van de hervormingsronde goed verlopen. We vallen in de prijzen”, zegt Voka-voorzitter Rudy Provoost.

“Voka toetst het beleid aan drie criteria: de werkzaamheidsgraad, de productiviteit en de competitiviteit. De arbeidsmarkthervormingen willen werken aantrekkelijker maken en voor langere loopbanen zorgen, en er komt meer flexibilisering. Dat is goed. De verbetering van de productiviteit en de competitiviteit is een ander verhaal. Het dossier van de verhoging van de maaltijdcheques ligt nog op tafel. Daar mag de loonhandicap niet stijgen. Daarnaast kampen de bedrijven met een energiekostenhandicap. Voka vraagt al een tijd om kortingen op de transmissienettarieven voor grote industriële bedrijven toe te kennen. Dat is nog niet opgelost.”

“Het was een goede start voor een hervormingsregering”, beaamt Frank Beckx. “Maar heel veel van wat we nu doen, hebben onze buurlanden al tien, twintig jaar geleden gedaan. België neemt geen voorsprong, maar doet gewoon wat strikt noodzakelijk is om in het beste geval aan te haken bij de buurlanden. Vergeet ook niet dat enkele maatregelen nog in tweede lezing zijn en via de Raad van State moeten passeren. Hervormen in België is een strijd.”

‘België had al een podiumplaats in het kampioenschap kapitaalbelastingen, als tweede na Frankrijk. Nu zijn we helemaal nummer één’

Is de beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd de belangrijkste hervorming?

FRANK BECKX. “Die maatregel stond al jaren in tal van Voka-memoranda en wordt nu eindelijk uitgevoerd. Het is ook een duidelijk signaal naar de bevolking. Wel mocht de flexibilisering van de arbeidsmarkt een stuk verder gaan. Nachtarbeid wordt voorzichtig versoepeld, vooral in de logistiek en de distributie. Waarom niet in alle sectoren? Het soepelere systeem voor overuren is wel een doorbraak. En zoals Rudy al zei, blijft de competitiviteit van onze industrie een belangrijke werf. Daar maakt Voka zich ernstige zorgen over. De industrie zit in zwaar weer, leren onze conjunctuurenquêtes. Er gloort nog geen licht aan het einde van de tunnel.”

Zijn uw leden bezorgd over de meerwaardetaks?

RUDY PROVOOST. “We hebben met de meerwaardebelasting van 10 procent en de verwachte opbrengst van 500 miljoen euro het startgeld betaald opdat de federale ploeg op de fiets kon stappen om de Ronde van de Toekomst aan te vatten. Ook al beseffen de ondernemers dat dit een van de sleutels was tot een brede hervormingsregering, ze vinden die niet goed. Bovendien zijn er nog veel vragen over de concrete realisatie.”

BECKX. “België had al een podiumplaats in het kampioenschap kapitaalbelastingen, als tweede na Frankrijk. Nu zijn we helemaal nummer één. Ik vind het vooral verspilling van tijd en energie. Er gaat veel aandacht naar een heel complex stelsel. Misschien wordt die wet slechts enkele weken voor de deadline van 1 januari 2026 aangenomen. De banken zijn er niet klaar voor, de revisoren zullen worden gebombardeerd met vragen om bedrijven snel, snel te waarderen. Het is jammer dat de aandacht niet gaat naar hoe we die meerwaarde zullen creëren.”

Passeert de meerwaardetaks straks wel de Raad van State en het Grondwettelijk Hof? Je hebt het gewone tarief van 10 procent, en daarnaast het opklimmend tarief voor wie 20 procent van de aandelen bezit.

PROVOOST. “De juridische complexiteit veroorzaakt gigantisch veel onzekerheid. En onzekerheid is de ergste vijand van een ondernemer. Een bedrijfsleider wil een wetgevend kader dat ondernemingsvriendelijk en stabiel is. Ik zetel zelf in een aantal raden van bestuur. Daar wordt vooral gesproken over het beperken van de schade. Moeten we het bedrijf nog snel verkopen of moeten we het op een andere leest schoeien? Allemaal discussies die op zich geen waarde creëren.”

FRANK BECKX “De komende vijf jaar worden bepalend voor de toekomst van onze industrie.” © Franky Verdickt

Voka maakt zich allang zorgen over de hoge energiekosten. Blijven die een probleem?

PROVOOST. “Het concurrentienadeel tegenover de Verenigde Staten is gigantisch. We kampen met verschillende handicaps, zeker in België. Naast de energiekostenhandicap hebben we een loonkostenhandicap. Vergeet ook de systeemhandicap van de administratieve complexiteit en regulitis niet. Op Europees niveau zie je wel een positieve evolutie, waardoor de Green Deal een Clean Industrial Deal is geworden.”

De Clean Industrial Deal wil het traject richting Europese koolstofneutraliteit koppelen aan economische groei en concurrentiekracht. Gaat die in de goede richting?

BECKX. “Het is een correctie op een Europese beweging die alleen focuste op de Green Deal. De bedrijven werden door een lawine aan wetgeving en regels overspoeld. Dat wordt gecorrigeerd. Maar het is moeilijk correcties aan te brengen op iets wat al in de stellingen staat. Voor ons gaat het minder over die langetermijndoelstelling van klimaatneutraliteit in 2050. Belangrijker is de vraag: hoe gaan we de bedrijven in die transitie begeleiden? Voka heeft bestudeerd dat we jaarlijks honderden miljoenen euro’s mislopen aan klimaatgeld van het ETS1-systeem. Slechts een beperkt deel van wat bedrijven betalen aan ETS-middelen vloeit terug naar de ondernemingen. Terwijl het wel de bedoeling is die bedragen integraal naar de industrie te doen terugvloeien. Veel projecten liggen klaar om te verduurzamen, maar zijn niet rendabel. We zitten met een financieringsachterstand die moet worden gedicht. Als onze bedrijven die investeringscycli missen, worden ze minder competitief. De komende vijf jaar worden bepalend voor de toekomst van onze industrie.”

PROVOOST. “Vlaanderen heeft een budget om bedrijven te begeleiden in hun duurzaamheidstransitie. Maar 70 miljoen over tien jaar is een druppel op een hete plaat. We hebben het tienvoud nodig.”

Probeert Europa inzake duurzaamheid niet de beste leerling van de klas te zijn, en Vlaanderen de beste leerling van de Europese klas?

PROVOOST. “Vlaanderen heeft de neiging aan gold plating te doen (verder gaan met de omzetting van de Europese regelgeving dan nodig is, nvdr). We leggen extra regels op. Dat is zorgwekkend.”

BECKX. “Uit het Vlaams regeerakkoord blijkt dat de regering beseft dat het zo niet verder kan. Het is een permanente opdracht voor Voka om tijdig de rode kaart te trekken. Maar je weet dat het enorm moeilijk is iets terug te draaien zodra het in wetgeving is gegoten. Een voorbeeld bij uitstek is het vergunningenbeleid. Het is extreem complex met allerlei adviesinstanties die niet met elkaar praten en die los van elkaar soms tegenstrijdige adviezen geven. We moeten meer holistisch denken. Willen we een belangrijk project realiseren? Wel, dan is het de taak van de overheid met één stem te praten. Zet al die adviesinstanties samen en kom met één advies. Het vergunningenbeleid aanpassen is dan ook de grote uitdaging voor het tweede jaar van de Vlaamse legislatuur.”

‘Europa heeft een gigantisch potentieel dat veel groter is dan de schade die Trump ons berokkent

PROVOOST. “Veel bedrijven zien dat als dé test om na te gaan of de regering haar beloftes kan realiseren. Ik juich toe dat de Vlaamse regering een competitiviteits- en productiviteitsagenda heeft vastgelegd. En dat er een industrieplan is en dat ze wil werken aan administratieve vereenvoudiging. Maar er zijn meer dan honderd voorstellen rond administratieve vereenvoudiging. De vraag is: waar liggen de prioriteiten? Hoe ga je die intentieverklaringen omzetten in resultaatsverbintenissen? Veel ballen in de lucht, maar er landen er te weinig in het doel. Ik zie vaak veel tactiek, maar veel te weinig strategie.”

Kan de Vlaamse regering stappen zetten om die productiviteitsgroei te doen stijgen naar meer dan 0,5 procent per jaar?

PROVOOST. “Volgens het Monitoringcomité zal het Belgische begrotingstekort, zelfs met de hervormingsplannen van de federale regering, tegen 2030 oplopen tot 6,5 procent, uitgaand van 1 procent economische groei. Dat gat van 40 miljard euro fiets je nooit dicht door alleen maar te besparen en te belasten. Een hervormingsbeleid zonder groeistrategie zal niet werken. Je hebt een groei van 2 procent op jaarbasis nodig om de verzorgingsstaat te blijven financieren. Dan moet de werkzaamheidsgraad omhoog naar 80 procent en moet de competitiviteit stijgen. De productiviteitsgroei moet verdrie- of zelfs verviervoudigen.”

BECKX. “Veel hefbomen om de productiviteit te doen groeien liggen op het Vlaamse niveau. Dat begint met beter onderwijs – een grote bezorgdheid voor onze leden. Ik denk dat het schip in de goede richting vaart met de minimumdoelen die nu afgesproken zijn, en met de focus op kwaliteit en kennisoverdracht.

“We kloppen ons op de borst dat Vlaanderen kampioen is in innovatie, omdat het 3,5 procent van het Vlaamse bruto binnenlands product (bbp) uitgeeft aan onderzoek en ontwikkeling. Maar dat komt vooral dankzij de bedrijven, want de overheid blijft steken op 0,8 procent en zou eigenlijk naar 1 procent moeten gaan. We kampen wel met een groot manco: Vlaanderen slaagt er te weinig in die input om te zetten in nieuwe producten en diensten.”

Wat vindt u van het Europees-Amerikaans handelsakkoord?

PROVOOST. “Ik denk dat dit het enige haalbare compromis was. Europa zit in een zwakke positie. We hebben veel te lang de strategie gevolgd van to play not to lose, maar we hebben nooit direct een strategie ontwikkeld van to play to win. Daar betalen we nu de prijs voor. Tegelijk moeten we die 15 procent importtarieven relativeren. Veel bedrijven beschikken over een instrumentarium om daarmee om te gaan. Ze zullen ofwel hun tarieven doorrekenen in hun prijzen, of ze gaan diversifiëren, nieuwe afzetmarkten zoeken, lokaal produceren, een joint venture oprichten of een acquisitie doen. De sterkste bedrijven zien daar wel kansen.

“Bekijk dit alles ook in de Europese context. We schreeuwen moord en brand over die 15 procent, maar we mogen niet vergeten dat er heel wat niet-tarifaire handelsbarrières tussen EU-landen zelf bestaan. Als je die omrekent naar het handelstarieven-equivalent, spreek je van niveaus van 44 procent voor industriële goederen en bijna 110 procent voor diensten. Neem de aanbevelingen in de rapporten van Draghi en Letta over de interne markt in godsnaam ter harte.”

Hoeveel winst valt er te halen uit het afbouwen van intra-Europese barrières?

PROVOOST. “Als je die afbouwt naar 0 procent, resulteert dat in 1.700 miljard euro extra toegevoegde waarde. Omgerekend zou dat België 60 miljard euro kunnen opleveren. Wat een kans. Laten we daarom stoppen met ons te gedragen als slachtoffer van het Amerikaanse geweld. We hebben een gigantisch potentieel dat veel groter is dan de schade die Trump ons berokkent.”

RUDY PROVOOST “De eerste rit van de hervormingsronde is goed verlopen.” © Franky Verdickt

Terug naar België: de krakkemikkige begroting wordt het dossier van het najaar. Hoe raken we uit die negatieve spiraal?

BECKX. “Ik kom weer uit bij de noodzaak van een groeistrategie. En nogmaals: als we enkel besparen en belasten, komen we er niet. Tijdens de federale formatie hebben de onderhandelaars al vrij snel besloten niet te raken aan de groeinorm in de gezondheidszorg: boven op de index blijft een reële groeinorm behouden. Natuurlijk zal het budget van de gezondheidszorg blijven groeien door de vergrijzing. Toch ben ik ervan overtuigd dat daar nog efficiëntiewinsten te halen zijn. Iedereen weet dat dit een traject is dat we tien jaar moeten volhouden. Afkloppen op een deficit van 3 procent van het bbp in 2029 zal niet lukken.”

Ondanks de precaire begrotingssituatie willen sommige partijen versneld een belastingverlaging doorvoeren.

BECKX. “Dat is gewoon ondoenbaar. Sinds het aantreden van de federale regering begin februari is de wereld veranderd. Toen werd gesteld dat de defensie-investeringen pas tegen 2029 2 procent van het bbp moesten bedragen. Dat is ondertussen met vier jaar vervroegd.”

PROVOOST. “Voor alle duidelijkheid: de loonkosten blijven een probleem. Net als de loonwig. Je kent de formule: 50 procent van de loonkosten gaat naar de staat. Dat moet onder die 50 procent, net als het totale overheidsbeslag.”

Voka heeft in het verleden altijd een pleidooi gehouden voor meer Vlaamse autonomie.

PROVOOST. “Onze standpunten zijn niet veranderd: we zijn voor een efficiënt en transparant staatsbestel. Vandaag moeten we focussen op wat we hebben: het uitvoeren van de regeerakkoorden. België telt afspiegelingscoalities die nog beter kunnen functioneren. Dus ik denk dat we ons op dit ogenblik niet moeten begeven op het terrein van een staatshervorming. We hebben andere katten te geselen. Het gaat over de fundamenten van onze economie en niets anders.”

BECKX. “Voka is altijd voorstander geweest van homogene bevoegdheidspakketten. Dan denk ik in eerste instantie aan de arbeidsmarkt en de gezondheidszorg. Dat debat zal terugkeren. En ja, de trigger zullen de begroting en de financieringswet zijn. Maar momenteel ligt de focus op het federale hervormingstraject. Er is ook geen tweederdemeerderheid voor een staatshervorming.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise