Prognoses Planbureau: ‘Situatie bijzonder zorgwekkend voor federale overheid en sociale zekerheid’
De coronacrisis heeft de Belgische overheidsfinanciën nog kwetsbaarder gemaakt dan al het geval was. Voor de de federale overheid en de sociale zekerheid is de situatie bijzonder zorgwekkend, meldt het Planbureau dinsdag bij de presentatie van de prognoses voor de periode 2020-2025.
Waar voor de coronacrisis al een tekort opgetekend werd, stevent België in 2020 af op een historisch tekort, dat momenteel geraamd wordt op 47,5 miljard euro of 11 procent van het bruto binnenlands product (bbp). De recessie doet de fiscale inkomsten afnemen, en de tijdelijke werkloosheid en andere steunmaatregelen hebben al zowat 15 miljard euro gekost, meldt het Planbureau.
Tegen 2025 blijft er een tekort van ongeveer 26 miljard euro (5 procent van het bbp) bestaan. Dit jaar zou de overheidsschuld toenemen met 20 procentpunt tot ongeveer 120 procent van het bbp. Na een lichte daling in 2021 en 2022 zou de schuldgraad opnieuw stijgen. Het Planbureau ziet voorlopig evenwel geen risico van een ontsporende schuldgraad, dankzij de lage rentevoeten.
De situatie is volgens het Planbureau ‘bijzonder zorgwekkend’ voor de federale overheid en de sociale zekerheid. Daar zou de impact drie tot vier keer groter zijn dan bij de regio’s. Dat komt omdat de federale overheid door haar ontvangsten- en uitgavenstructuur gevoeliger is voor de gevolgen van een verlies aan economische activiteit. Bovendien had ze zonder de crisis reeds een hoge schuldenlast en een hoog tekort.
Het Planbureau benadrukt dat de omvang van het tekort en de schuld in de komende jaren zal afhangen van het Belgische en het internationale beleid om uit de crisis te komen en van de manier waarop het economisch herstel zich zal voltrekken. De overheidsmaatregelen hebben het inkomensverlies van particulieren en vennootschappen alvast kunnen beperken. Dit jaar wordt bijna 60 procent van het nationaal inkomensverlies opgevangen door de overheden.
Economische krimp
Het Planbureau verwacht dat de Belgische economie in 2020 haar grootste krimp (-10,5 procent) zal kennen sinds de Tweede Wereldoorlog. De activiteit valt fors terug tijdens het eerste semester, om tijdens de tweede jaarhelft een inhaalbeweging te maken. Tegen midden 2022 zou de economische groei gaandeweg normaliseren.
Wel zou de economische activiteit van de Belgische privésector tegen 2025 onder het niveau blijven dat in een scenario zonder pandemie bereikt zou zijn. Door de grote onzekerheid over de vraag en de aangetaste rendabiliteit zullen de bedrijfsinvesteringen dit jaar terugvallen met 21,1 procent, en volgend jaar hernemen met 18,9 procent en in 2022 met 7,2 procent. Pas in 2024 zouden de bedrijfsinvesteringen opnieuw hun niveau van 2019 evenaren.
Inkomen en banenverlies
Het reëel beschikbaar inkomen van de particulieren houdt dit jaar (-1,9 procent) ondanks de crisis goed stand, om volgend jaar met 2,7 procent te hernemen en in 2022 met 2,1 procent. Dat neemt niet weg dat de particuliere consumptie dit jaar zou dalen met 8,8 procent, omdat de consument de vinger steviger op de knip houdt uit angst voor werkloosheid.
Waar het verlies aan arbeidsplaatsen dankzij de overheidsmaatregel van de tijdelijke werkloosheid tot dusver grotendeels beperkt bleef, zou de crisis volgens het Planbureau dit najaar voor grote jobverliezen zorgen. In de periode 2020-2021 zouden uiteindelijk zowat 108.000 arbeidsplaatsen verloren gaan. In 2022 zal de werkgelegenheid naar verwachting fors groeien (+68.000), maar tegen 2025 zouden de gevolgen van de huidige crisis toch nog niet volledig uitgewist zijn.
Enkel de werkgelegenheid bij de overheid komt – bij ongewijzigd beleid – ongeschonden uit de crisis. De werkloosheidsgraad, die vorig jaar op 8,9 procent lag, piekt in 2021 op 11,5 procent, om tegen 2025 weer op het niveau van voor de crisis (8,9 procent) uit te komen.