Pensioenhervorming kan de jobcreatie redden
Saneren om de Europese begrotingsdoelstellingen te halen hoeft geen probleem te zijn voor de jobcreatie, op voorwaarde dat tegelijk de pensioenen grondig worden hervormd. Dat staat ook in het rapport van het Planbureau, maar haalt niet de actualiteit.
Een ‘geheim’ rapport van Planbureau, dat al van juni dateert maar nu pas de pers haalt, is op het eerste gezicht weinig opbeurende lectuur voor de federale regeringsonderhandelaars. Het Planbureau berekende de economische kostprijs van de besparingen die nodig zijn om het structurele begrotingstekort weg te werken en België op het pad van het Stabiliteitspact te houden, zoals de Europese Commissie vraagt. Dat saneringspad stelt dat een structureel begrotingsevenwicht nodig is in 2016 en een overschot van 0,7 procent van het bbp in 2017.
Die sanering dreigt een probleem te vormen voor de jobcreatie. De besparingen zouden dermate zwaar wegen op de economie dat fors minder jobs worden gecreëerd dan tot nu gedacht. Zonder sanering schat het Planbureau de banengroei tussen 2014 en 2017 op 99.200 jobs. Worden de door Europa opgelegde besparingen doorgevoerd, dan zou de jobcreatie 47.000 banen lager uitkomen tegen 2017. Het gaat dus niet om jobvernietiging, wel om banen die er niet bijkomen.
Dat is een probleem voor de volgende regering. België heeft zich immers als doel gesteld om tegen 2020 een werkgelegenheidsgraad van 73,2 procent te halen. Met een werkgelegenheidsgraad van 67,2 procent zit ons land daar flink onder. En tegen 2016 zou die stijgen tot slechts 67,5 procent. Om de EU-jobdoelstellingen te halen, moet België jaarlijks 60.000 banen creëren.
Toch 84.000 banen extra
Moet België dan kiezen? Ofwel gaan voor jobcreatie, ofwel voldoen aan de stringente begrotingsdoelstellingen? Niet echt, want er is een derde weg waarlangs er voldoende banen bijkomen én de overheidsfinanciën gezond worden gemaakt, zij het op langere termijn. In de analyse die De Standaard vandaag van het rapport maakt, bleef een boodschap van het Planbureau onderbelicht: de Europese begrotingsdoelstellingen kunnen gerust gehaald worden, terwijl tegelijk 84.000 banen gecreëerd worden. Dat zijn er nog altijd 15.000 minder dan verwacht, maar toch al veel minder dramatisch.
Hoe kan dat? De saneringsdoelstellingen die de Europese Commissie voor België vooropstelt, komen niet uit de lucht gevallen. Ze worden bepaald op basis van parameters als de staatsschuld en de vergrijzingskosten. Zoals bekend dreigen de Belgische vergrijzingskosten op te lopen tot meer dan 9 procent van het bbp in 2060. België kan de langetermijndoelstelling voor een begroting in evenwicht ook halen met structurele maatregelen die de vergrijzing betaalbaar houden.
In de praktijk betekent dit de vervroegde uittreding afbouwen en mensen ertoe aanzetten om langer te werken. Voorbeelden uit het verleden leren dat structurele ingrepen die nu genomen worden, op termijn positieve effecten hebben voor de vergrijzingskosten. Denk aan de beslissing van de regering-Dehaene II halverwege jaren negentig om de officiële pensioenleeftijd voor vrouwen op te trekken naar 65 jaar. Die maatregel heeft de stijging van vergrijzingskosten een tijdlang gestabiliseerd.
De keuze om het structurele begrotingsoverschot met een jaar uit te stellen maar wel al een maatregelen te nemen die mensen langer aan het werk houden, heeft een dubbel voordeel: de jobmarkt heeft het minder lastig en het vergrijzingsprobleem wordt sneller aangepakt.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier