Online marktonderzoek: 1 op 3 Belgen spaarde afgelopen jaar niet
Een op de drie Belgen heeft het afgelopen jaar niet gespaard, meestal omdat het financieel niet mogelijk is. Wie wel spaarde, zette gemiddeld 326,5 euro per maand opzij.
Het spaarboekje blijft, ondanks de lage rentevoeten, het populairste spaarmiddel. Dat blijkt uit een enquête bij 1.000 Belgen van Wikifin.be (het programma financiële educatie van de fianciële waakhond FSMA), in samenwerking met De Tijd/L’Echo en Radio 1/RTBF.
Marktonderzoeksbureau TNS voerde het onderzoek uit aan de hand van een online vragenlijst. De bevraging vond plaats in januari 2017 bij 1.002 Belgen tussen 25 en 74 jaar.
Vooral Belgen tussen 35 en 44 jaar en 65-plussers zeggen niet gespaard te hebben het voorbije jaar. De voornaamste reden die de niet-spaarders meegeven, is dat ze geen geld over hebben om opzij te zetten (66 procent). Eenentwintig procent zegt niet te sparen omdat dat niets opbrengt.
Een op de drie Belgen zegt dat zijn spaarpot het voorbije jaar verkleind is.
Wie wel spaart, doet dat vooral om onverwachte kosten te kunnen betalen (49 procent) en om een spaarreserve op te bouwen (40 procent). Wie spaargeld moest uitgeven, deed dat om onverwachte kosten te kunnen betalen (30 procent) of om kleine aankopen te financieren, zoals bijvoorbeeld een reis, smartphone of hobby (28 procent).
Spaarders zetten gemiddeld 326,5 euro opzij per maand. Als je de niet-spaarders meetelt, wordt er gemiddeld 186 euro per maand gespaard. Hoeveel spaargeld heb je nodig? Volgens de helft van de ondervraagden moet je minstens twee nettogezinsinkomens als buffer opzij hebben staan. Eenenveertig procent heeft die ook effectief. Bijna een derde van de respondenten heeft maximaal één inkomen ter beschikking.
Een op de drie Belgen zegt dat zijn spaarpot het voorbije jaar verkleind is. Dat komt volgens de meerderheid omdat facturen steeds hoger worden. Bij 28 procent bleef de hoeveelheid spaargeld gelijk, bij nog eens 28 procent ging die omhoog. Ongeveer de helft van de Belgen heeft spaargeld bij een enkele bank, een kwart spaart bij twee banken. Spaargeld verplaatsen naar een andere bank gebeurt niet snel: 44 procent van de ondervraagden geeft aan pas vanaf een renteverschil van 3 procent zijn geld over te schrijven.