‘Onbetaalbare energienormen helpen het klimaat geen meter vooruit’

‘Torenhoge energienormen kosten de burger niet enkel handenvol geld, ze brengen ook nog eens zijn job in gevaar’, schrijft Anneleen Van Bossuyt (N-VA).

Deze week zette de energiecommissie van het Europees Parlement het ledlicht op groen om verplicht 40% energie te besparen in de EU tegen 2030. Hiermee legt Europa consumenten en bedrijven een torenhoge (financiële) last op die zijn doel – het verminderen van de CO2-uitstoot – volledig voorbijschiet. De N-VA bevestigt uiteraard ten volle haar steun voor het klimaatakkoord van Parijs. Maar we kunnen de klimaatdoelstellingen enkel op een ambitieuze, maar realistische manier bereiken.

Om tegen 2030 de CO2-uitstoot in Europa met 40% terug te dringen, focust de Unie onder andere op hernieuwbare energie en een betere financiering voor groene projecten. Heel belangrijk is ook het inzetten op energie-efficiëntie. Hiermee wil men hetzelfde resultaat bereiken, maar op een zuinigere manier. Concreet voorbeeld: een woonkamer verlichten met ledlampen in plaats van met klassieke gloeilampen. De Europese instellingen hanteren helaas een andere definitie van energie-efficiëntie. Ze willen dat we gewoon minder energie gaan verbruiken. Voor de EU is twee gloeilampen simpelweg vervangen door één gelijk aan een verhoogde efficiëntie. Indien we deze redenering algemeen zouden toepassen, dan dreigen er verstrekkende gevolgen.

De 40%-efficiëntie waar de leden van de energiecommissie zich achter schaarden, zal onze gezinnen op hoge kosten jagen en onze bedrijven wegpesten uit de Europese Unie. Zo wil de energiecommissie bv. dat alle bestaande (!) huizen tegen 2050 bijna energieneutraal zijn… Veel succes alvast aan de inwoners van de Gentse binnenstad waar 1931 het gemiddelde bouwjaar is. De kosten voor renovatie zullen de pan uit swingen, wat betaalbaar wonen nog moeilijker zal maken, in het bijzonder voor jonge gezinnen.

De voorbije weken werden de Europarlementsleden geconfronteerd met een agressieve lobbycampagne. Bedrijven die veel te winnen hebben bij strengere energienormen bestempelden voorstanders van een realistisch beleid als waren ze klimaatontkenners. Absurd. Niet iedereen kan zich een passiefwoning en een Tesla veroorloven. Enkel door haalbare doelstellingen voorop te stellen, krijgen we iedereen mee. En zo’n breed gedragen engagement is echt wel noodzakelijk als we de klimaatdoelen van Parijs willen halen.

Ook de Europese Commissie erkent de noodzaak om ambitie met realisme te verzoenen en stelt een doel van 30% voor ogen. Dat lijkt me wél een haalbaar streefcijfer. Realistisch groen kan ervoor zorgen dat onze bedrijven niet wegtrekken uit Europa door het radicalisme van enkele wereldvreemde parlementsleden. Bovendien werken we al enkele jaren aan het perfectioneren van het ETS-systeem. Dit systeem regelt de handel in uitstootrechten van broeikasgassen. Onze Vlaamse bedrijven zoals de chemische cluster en staalsector vallen onder ETS. Zij behoren vandaag tot de wereldtop op het vlak van energie-efficiëntie. Maar als Europa bijkomende loodzware verplichtingen oplegt, wordt hun situatie onwerkbaar. Verhuizen naar landen net buiten de grenzen van de EU, waar lagere milieunormen gelden, is dan hun enige mogelijkheid om te blijven produceren.

Torenhoge energienormen kosten de burger niet enkel handenvol geld, ze brengen ook nog eens zijn job in gevaar. Hopelijk trekt de plenaire vergadering van het Europees Parlement dit in januari nog recht. Onbetaalbare energienormen helpen het klimaat geen meter vooruit.