Nieuwe regels rond fiscale attesten voor kinderopvang

© Getty Images
Roel Van Espen medewerker Trends

Voor organisaties en verenigingen die een vorm van kinderopvang aanbieden – zoals kampen, weekends of speelpleinwerking – gelden sinds een tijd nieuwe verplichtingen. Voor aangiftejaar 2022 knijpt de fiscus evenwel nog een oogje dicht.

De uitgaven voor de opvang van kinderen nemen vaak een flinke hap uit het gezinsbudget. Gelukkig kunnen ouders een deel daarvan terugkrijgen via een belastingvermindering, op voorwaarde dat ze beroepsinkomsten hebben. Voor elk kind ten laste dat jonger is dan 14 jaar mogen ze een bepaald bedrag per opvangdag fiscaal inbrengen. Bij een zware handicap kan dat zelfs zolang de leeftijd van 21 niet bereikt is.

Het fiscaal in te brengen bedrag wordt in principe jaarlijks geïndexeerd. Voor aangiftejaar 2021 (inkomsten uit 2020) mochten ouders tot 13 euro per opvangdag in hun belastingaangifte vermelden. “Voor aangiftejaar 2022 (inkomsten uit 2021) werd de daglimiet opgetrokken tot 14 euro”, weet Steven Matheï, fiscalist en beheerder van de website Vereniginginfo.be. “De belastingvermindering bedraagt 45 procent van de werkelijke uitgaven. Alleenstaande ouders die aan bepaalde voorwaarden voldoen, kunnen nog een vermindering verkrijgen die (afhankelijk van hun inkomen) kan oplopen tot 75 procent.”

Het belastingvoordeel geldt voor de uitgaven aan vrijetijdsinitiatieven buiten de gebruikelijke lesuren. Dat betekent: voor en na school, tijdens de middagpauzes, op woensdagnamiddagen, op vrije dagen, in het weekend en tijdens de schoolvakanties.

“Ook ouders die een beroep doen op kinderopvang die georganiseerd wordt door een erkende vereniging, kunnen in principe aanspraak maken op een belastingvermindering”, merkt Steven Matheï op. “Denk bijvoorbeeld aan kampen of uitstappen van sportclubs, jeugdorganisaties of socioculturele gezelschappen waarvoor – naast het gebruikelijke lidgeld – bijkomend of afzonderlijk betaald wordt. Let wel: het lidgeld zelf komt hiervoor niet in aanmerking.”

Kinderopvang door een commercieel initiatief – denk bijvoorbeeld aan een binnenspeeltuin, een pretpark of een fitnesscentrum – komt nooit in aanmerking voor een belastingvermindering.

De vereniging moet erkend zijn

Een voorwaarde voor de fiscale aftrek van de opvangkosten is de officiële erkenning van de organiserende vereniging. Die erkenning kan zij aanvragen bij het openbaar bestuur dat bevoegd is voor het bereik van haar activiteiten, bij het openbaar bestuur dat haar controleert of subsidieert, of bij het lokaal bestuur van de gemeente waar haar zetel gevestigd is.

“Alleen met een erkenning op zak kan de vereniging fiscale attesten voor de door haar georganiseerde kinderopvang uitreiken”, zegt Steven Matheï. “Ze is wettelijk verplicht om die af te leveren vóór 1 maart van het jaar dat volgt op het jaar van de gedane uitgaven.”

“Ouders hebben zo’n attest nodig om de belastingvermindering effectief te kunnen verkrijgen. Dat document dient immers als bewijs van de opvang en van het bedrag dat zij daarvoor betaalden. Willen ze hun kosten voor inkomstenjaar 2021 op hun nakende belastingaangifte vermelden, dan zouden ze het daartoe voorziene attest al een tijd geleden moeten ontvangen hebben. Is dat nog niet gebeurd, dan nemen ze het beste zo snel mogelijk contact op met de bewuste organisatie.”

Het gebruik van een modelattest

Maar er is meer. Verenigingen die kinderopvang organiseren, zijn vanaf dit jaar verplicht hun fiscale attesten in een geformaliseerde vorm af te leveren. Dat blijkt uit een circulaire die de federale overheidsdienst Financiën begin februari verspreidde. Organisaties dienen een zogeheten modelattest nummer 281.86 te gebruiken, en dat kunnen ze (in Word-formaat) downloaden op deze website.

Wij polsten bij enkele sportclubs en socioculturele verenigingen die kinderopvang organiseren, en uit die rondvraag blijkt dat zij doorgaans nog niet op de hoogte waren van de nieuwe verplichting. “Wij hebben onze fiscale attesten netjes vóór 1 maart uitgereikt aan alle ouders”, zegt Ronald, de voorzitter van een Limburgse tennisclub. “Maar we hadden geen idee dat we daarvoor een nieuw modelattest moesten gebruiken. Hopelijk komen de ouders nu niet in de problemen, en komen ze alsnog in aanmerking voor de belastingvermindering.”

Ronald hoeft zich gelukkig geen zorgen te maken. Wij informeerden bij de FOD Financiën, en daar knijpt men dit aangiftejaar nog een oogje dicht. “Voor de in 2021 georganiseerde opvangactiviteiten aanvaarden we nog dat verenigingen het gebruikelijke attest – een eigen of het oude, niet verplichte model – gebruiken”, klinkt het. “Maar voor de opvangactiviteiten in het huidige inkomstenjaar 2022 is het nieuwe modelattest (volgend aangiftejaar) wél verplicht.”

Ook nieuw: de elektronische verzending

Er geldt nog een bijkomende nieuwe verplichting: verenigingen moeten vanaf dit jaar alle ingevulde fiscale attesten inzake kinderopvang ook op elektronische wijze overmaken aan de FOD Financiën. Dat dient te gebeuren via de onlinetoepassing Belcotax-on-web. De elektronische aangifte moet in principe eveneens gebeuren vóór 1 maart van het jaar dat volgt op het jaar van de uitgaven voor de kinderopvang.

Opnieuw vallen heel wat verenigingen uit de lucht, blijkt uit onze peiling. “Niet elke vzw heeft zomaar de middelen, mensen of infrastructuur om modelattesten elektronisch te verzenden”, is een van de reacties. Maar ook daar heeft de FOD Financiën begrip voor. De circulaire vermeldt expliciet: “De elektronische verzending is niet verplicht zolang de opvanginstantie niet beschikt over de nodige geïnformatiseerde middelen.” Verenigingen die hun fiscale attesten voor 2021 niet via Belcotax-on-web doorstuurden, hoeven zich dus niet aan een sanctie te verwachten.

De circulaire vermeldt overigens ook dat verenigingen in de toekomst altijd een volmacht of mandaat mogen geven aan een andere instantie om de elektronische verzending van hun fiscale modelattesten te organiseren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content