Nationale Bank: ‘Winstmarges bedrijven onder druk na jarenlange hausse’

Daan Killemaes
Daan Killemaes Hoofdeconoom Trends

Sinds 2000 en zeker sinds 2014 zijn de winstmarges van de Belgische bedrijven trendmatig gestegen tot historisch hoge niveaus in 2022, stelt de Nationale Bank vast. Opvallend, dat bedrijfsfeestje werd mogelijk omdat de loonkosten minder snel stegen dan de productiviteit. De bedrijven lijken op die manier een buffer te hebben om de recente sterke stijging van de loon- en de energiekosten op te vangen.

De Belgische bedrijven zien op dit ogenblik redelijk wat zwarte sneeuw. Ze kampen sinds vorig jaar met een sterke stijging van de energie- en de loonkosten, die de winstmarges en de concurrentiekracht onder druk zet. De Nationale Bank verwacht dat de winstmarges van de bedrijven dit jaar dalen, omdat de gestegen kosten slechts gedeeltelijk doorgerekend worden. Gemiddeld gesproken slagen de bedrijven erin 60 procent van de kostenstijging op relatief korte termijn te recupereren via hogere verkoopprijzen.

Historisch hoge marges

Het goede nieuws is dat het doorsneebedrijf op een stevige winstbuffer kan terugvallen om die kostenstijging te verteren. In een nieuwe studie onderzocht de Nationale Bank de ontwikkeling van de winstmarges op langere termijn. “Er tekent zich sinds 2000 een opwaartse tendens af. Zeker vanaf 2014 zien we een stijging tot 2022. Vooral in een aantal industriële sectoren, zoals de farmacie, de chemie en de metaalverwerking, zijn de marges gestegen”, zegt Tomas De Keyser, econoom van de Nationale Bank.

Die stijging is vooral merkbaar op het niveau van de bruto-exploitatiemarge, die aangeeft hoeveel van de toegevoegde waarde overblijft als vergoeding voor het ingezette kapitaal. De stijging van de netto-exploitatiemarge, die ook rekening houdt met de afschrijvingskosten, is minder uitgesproken. “In een moderne economie zijn er meer kapitaalgoederen met een kortere levensduur. Dat verhoogt de afschrijvingskosten”, zegt Tomas De Keyser. Ook andere parameters op bedrijfsniveau, zoals het rendement op eigen vermogen, bevestigen het beeld van een gestegen winstgevendheid van de bedrijven gedurende de voorbije twintig jaar.

Loonkosten stegen trager dan productiviteit

De Nationale Bank ging ook op zoek naar verklaringen voor de gestegen winstmarges. “Een derde van de stijging kan worden verklaard door structuurveranderingen in de economie. Het aandeel van sectoren met hogere marges, zoals de farmacie en de chemie, in de economie is gestegen”, zegt Tomas De Keyser.

Maar er zijn nog andere, grotere krachten op het werk. Opvallend is dat het gros van de margetoename te danken is aan een strikte beheersing van de loonkosten. “Sinds 2014 zijn de loonkosten minder snel gestegen dan de productiviteit. De loonkosten per gewerkt uur zijn, ook rekening houdend met gerichte lastenverlagingen, de laatste tien jaar stabiel gebleven. De Belgische loonkostenhandicap is opgelost dankzij een beleid van loonmatiging en de taxshift. Arbeid was in België in 2022 niet meer duurder dan in onze drie buurlanden. Op korte termijn zal de loonkostenhandicap echter opnieuw opduiken, omdat de bedrijven nu geraakt worden door een grote loonschok”, zegt Tomas De Keyser.

De cijfers zijn indrukwekkend. Sinds 1996 is in de Belgische economie de productiviteit per gewerkt uur met ruim 25 procent gestegen, terwijl de reële loonkosten per gewerkt uur slechts met ruim 10 procent toenamen. “Vooral in de industrie bleven de loonkosten achter op de productiviteit”, zegt Tomas De Keyser. Als de productiviteit sneller stijgt dan de loonkosten, dan stijgt de winst per eenheid product en dus ook de winstmarge. Ook opvallend, de drie buurlanden volgen het Belgische voorbeeld niet. In Nederland, Duitsland en Frankrijk volgen de lonen beter de productiviteit en was er de voorbije twintig jaar een veel minder uitgesproken stijging van de winstmarges.  

Ook de daling van de rentelasten gaf de winstgevendheid vooral de laatste jaren een extra zetje. De brutowinst van het doorsneebedrijf steeg van 1 procent op activa in 1993 tot 6 procent in 2021. Bedrijven lijken ook over iets meer prijszettingsmacht te beschikken. Vooral in de dienstensectoren is de concentratie toegenomen en dus de mededinging afgenomen. “Toch moeten we opletten om daar grote conclusies aan vast te knopen, omdat ook in de dienstensector de concurrentie van buitenlandse bedrijven toeneemt”, zegt Tomas De Keyser.

Geen hebzucht of graaiflatie

De Nationale Bank onderzocht ook of de hogere winstmarges mee aan de basis lagen van de recente inflatieschok. De bank bevestigt echter dat er geen sprake is van zogenaamde ‘graaiflatie’, waarbij bedrijven de prijzen opdrijven om hun winstmarges te verhogen. “Tot 2020 was de binnenlandse prijsdruk vrij stabiel rond 2 procent. Winsten en lonen droegen in gelijke mate bij aan de inflatie. Het waren ook communicerende vaten. Als de lonen sneller stegen, daalden de marges, en omgekeerd. Vanaf 2021 was de kostenschok echter zo groot, dat zowel de winsten als de lonen bijdroegen aan de binnenlandse inflatiedruk. De bedrijven proberen hun marges te verdedigen, maar we stellen geen graaiflatie vast. Vanaf 2023 dalen de winstmarges en teren bedrijven in op hun hoge winstbuffer”, zegt Tomas De Keyser.

Politiek dynamiet

De analyse van de Nationale Bank ligt politiek gevoelig. Werkgevers wijzen op de recente sterke stijging van de loon- en de energiekosten, die de concurrentiekracht opnieuw aantast, terwijl werknemers in de historische hoge winsten ruimte zien om hogere lonen te eisen. In de regentenraad van de Nationale Bank, waarin de sociale partners zetelen, is de studie stof voor discussie. In het begeleidend persbericht merkt de Nationale Bank op dat “toenemende bedrijfswinsten in het publieke debat vaak worden bekritiseerd. De hogere winsten zouden staan voor ‘hebzucht’ van bedrijven en, vooral recentelijk, bijdragen aan een hogere inflatie die de koopkracht uitholt.”

De vermeende hebzucht van de bedrijven kan de Nationale Bank niet terugvinden in de data. “Hogere winsten vaak samen hangen met hogere economische groei en werkgelegenheid” zegt de Nationale Bank. “Bovendien kan winstgevendheid een buffer vormen om externe schokken op te vangen. In België bestaat een gedetailleerd wettelijk kader om te voorkomen dat loonontwikkelingen op basis van onderhandelingen leiden tot een aanhoudende verslechtering van het concurrentievermogen, wat zou kunnen wegen op investeringen, werkgelegenheid en groei. Dit kader is echter onder druk komen te staan door de recente piek in de inflatie en de daaruit voortvloeiende aanzienlijke indexering van de nominale lonen.”

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content