Miljarden voor berging nucleair afval komen terecht in staatsfonds Hedera
Er komt een openbare instelling – Hedera genaamd – die zal instaan voor het financieel beheer van de nucleaire passiva en voor de controle op de uitgaven. Daaronder valt onder meer de 15 miljard euro die de regering is overeengekomen met Engie-Electrabel voor de berging van het nucleair afval in de deal over de verlenging van de kerncentrales Doel 4 en Tihange 3. Dat heeft minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) dinsdag aangekondigd in de Kamer.
Minister Van der Straeten en premier Alexander De Croo waren naar de bevoegde Kamercommissie afgezakt om tekst en uitleg te geven bij het akkoord van voor de zomer met Engie-Electrabel. Zoals bekend gaat de levensduurverlenging in vanaf november 2025. In die deal is een provisie voorzien van 15 miljard euro voor de berging van het nucleair afval (oorspronkelijk was dat maar 10,5 miljard euro), net als een provisie van 8 miljard euro voor de ontmanteling van de zeven kerncentrales in ons land.
Hedera
Verschillende partijen hadden eerder opgeroepen dat die 15 miljard euro enkel zou mogen dienen voor de berging van het afval. Minister Van der Straeten kondigde dinsdag de oprichting aan van een openbare instelling voor het beheer van dat geld. De instelling zal naar de naam ‘Hedera’ luisteren. Dat is Latijn voor klimop, een wintergroene plant die symbool staat voor sterke groei. De naam is niet toevallig gekozen. Het is immers de bedoeling dat de middelen op termijn aandikken tot de 61 miljard euro die nodig is om de kosten voor het beheer van nucleair afval te beheren.
De andere nucleaire passiva zijn de toekomstige verplichtingen rond de financiering van de ontmanteling van de nucleaire sites BP1 (de voormalige Eurochemic-site) en BP2 (de voormalige afvalverwerkingsdivisie van het Studiecentrum voor Kernenergie). Ook de toekomstige financiering van een kwart van de ontmanteling van de BR3-reactor, de eerste drukwaterreactor in Europa, valt hieronder. In totaal zal 6 miljard euro nodig zijn om deze sites te saneren.
Tijdens de gedachtewisseling werd duidelijk dat er nog een pak wetgevend werk op de plank ligt. De minister wil die teksten goedgekeurd zien voor de ontbinding van het parlement in mei volgend jaar. Dat gaat onder meer over de aanpassing van de wet op de provisies en de wet op de kernuitstap uit 2003. Volgens Van der Straeten zit het parcours rond het MER op het goede spoor en is de publieke consultatie afgerond. ‘Ik zie hier geen rode lichten.’
De minister gaf ook aan dat ons land een voorkooprecht heeft op Tractebel, mocht Engie van plan zijn dat bedrijf te verkopen in de loop van de levensduurverlenging van de kerncentrales. Dat zou helpen de expertise die het in huis heeft aan boord te houden.
Lees ook: