Meer dan helft van overheidsbudget opgeslokt door uitkeringen en gezondheidszorg
De uitgaven van de verschillende overheden in ons land gaan voor 37,7 procent naar uitkeringen voor sociale bescherming en voor 14,8 procent naar gezondheidszorg. Samen dus meer dan de helft van de totale uitgaven en de tendens is ook stijgend, zo blijkt uit een overzicht voor 2023 dat het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR) donderdag publiceerde. In absolute termen gaat het om bijna 160 miljard euro op een totaal van ruim 317,5 miljard euro.
Binnen de uitkeringen voor de sociale bescherming zijn de pensioenen de belangrijkste categorie, namelijk 21,3 procent of ruim een op de vijf euro die wordt uitgegeven. Tien jaar eerder was dat nog 19,2 procent en twintig jaar eerder 17,8 procent.
Ook uitkeringen voor ziekte en arbeidsongeschiktheid namen de voorbije jaren toe, van 5,4 procent in 2013 tot 7 procent in 2023. De werkloosheidsuitkeringen zijn goed voor 2 procent van de totale uitgaven, meer dan een halvering tegenover 2013.
De uitgaven voor de gezondheidszorg gaan wel nog in stijgende lijn en vertegenwoordigden vorig jaar 14,8 procent van het totaal.
Daarna volgen de categorieën economische zaken (met onder meer de uitgaven voor het arbeidsmarktbeleid, maar ook weginfrastructuur en openbaar vervoer) en algemeen bestuur met elk 13 procent van de overheidsuitgaven. Die laatste categorie ging de voorbije jaren gestaag naar beneden, door de dalende rentelasten, zegt het INR.
Uit de statistieken van het INR wordt ook het typisch cyclisch patroon bevestigd waarbij in de twee jaar voor de lokale verkiezingen er een toename is van de investeringen op het lokale overheidsniveau.
Toename investeringen
De uitgaven voor onderwijs vertegenwoordigen 12 procent van het totaal, gevolgd door de andere categorieën die elk minder dan 5 procent van het totaal bedragen. “Het respectieve aandeel van defensie, openbare orde en veiligheid, huisvesting en gemeenschapsvoorzieningen, milieubescherming en recreatie, cultuur en religie – die elk apart een zeer beperkte fractie van het totaal vertegenwoordigen – is nauwelijks geëvolueerd over de voorbije tien jaar”, zegt het INR.
Daarnaast werden ook de overheidsinvesteringen geanalyseerd, goed voor 17,4 miljard euro in 2023. Die investeringen gaan vooral (35 procent) naar economische zaken – in het bijzonder naar vervoer en fundamenteel onderzoek – en naar algemeen bestuur (28 procent), zegt het INR. De verdeling van de uitgaven weerspiegelt dan weer de bevoegdheidsverdeling tussen de overheden.
De federale overheid is verantwoordelijk voor een vijfde van de overheidsinvesteringen (vooral vervoer, algemeen bestuur en defensie), de gemeenschappen en gewesten de helft (vervoer, fundamenteel onderzoek en onderwijs) en de lokale besturen ruim een kwart (weginfrastructuur, recreatie en cultuur, en onderwijs). Uit de statistieken van het INR wordt ook het typisch cyclisch patroon bevestigd waarbij in de twee jaar voor de lokale verkiezingen er een toename is van de investeringen op het lokale overheidsniveau.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier