EXCLUSIEF. Margrethe Vestager breekt de almacht van big tech open: ‘Ik blijf vechten voor een sterker Europa’

MARGRETHE VESTAGER "Het lidmaatschap van Oekraïne zal de EU de dynamiek geven die ze nodig heeft." © DEBBY TERMONIA
Jozef Vangelder
Jozef Vangelder redacteur Trends

In tijden waarin de grootmachten de Verenigde Staten en China de eigen industrie massaal subsidiëren, blijft de Europese Unie een baken van open en faire concurrentie, met Europees commissaris Margrethe Vestager als opperscheidsrechter. Haar jongste wapenfeit, de Digitalemarktenwet, moet de marktmacht van big tech definitief doorbreken. “Het echte werk begint nu.”

Nee, ze kreeg geen boze telefoon van Tim Cook, de CEO van Apple, toen ze het iconische Amerikaanse bedrijf vorig maand bedacht met een boete van 1,84 miljard euro. “Op mijn niveau verlopen de gesprekken beleefd”, zegt Margrethe Vestager, Europees commissaris voor Mededinging. “Uiteraard voel je soms de spanning. Het vergt nu eenmaal moeite om mensen te doen gehoorzamen aan de wet.” De wet, dat zijn de Europese regels voor eerlijke concurrentie, waarvan Vestager nu al tien jaar lang de behoeder is. Jarenlang misbruikte Apple zijn dominante positie in de verkoop van muziekstreamingapps via zijn App Store. Gebruikers kregen niets te zien over goedkopere streamingsdeals buiten de App Store, een oneerlijk voordeel voor Apple Music, de streamingapp van Apple. Maar vorige maand besliste Vestager dus dat het welletjes was geweest.

In het verleden pakte Vestager ook al Google aan met miljardenboetes. Het gevecht met de techgiganten en de kritiek die dat uitlokte – “she hates the United States” zei de toenmalige Amerikaanse president Donald Trump over haar – zal ongetwijfeld veel persoonlijke energie gekost hebben. Vorig jaar leek ze even de uitgang te zoeken, toen ze het voorzitterschap van de Europese Investeringsbank ambieerde, maar misliep.

Waar blijft u de energie vandaan halen na tien jaar?

MARGRETHE VESTAGER. “Uit het feit dat ik ten dienste sta. Ik doe het voor de Europeanen, en die houden me op gang, naast natuurlijk mijn ochtendjogging en push-ups. En mijn team. Ik heb getalenteerde en geëngageerde mensen rond mij. Belangrijke dingen kun je nooit alleen verwezenlijken.”

U bent de bewaker van de faire concurrentie in Europa. Veel mensen associëren concurrentie echter met jobverlies, aftakelende sociale normen en een race to the bottom.

VESTAGER. “Dat is een risico. Maar in Europa hebben we een markteconomie met een sociaal vangnet. We hebben ook wetten die de natuur beschermen en kinderarbeid verbieden. De markt zit dus ingekaderd in een frame. In dat frame laten we de concurrentie spelen, zodat consumenten voldoende keuze krijgen tegen betaalbare prijzen, terwijl bedrijven hun best moeten doen om hun klanten te houden.”

De bedoeling van de Digitalemarktenwet is procedures kort te houden. Vroeger sleepten ze soms vier tot vijf jaar aan. Nu willen we afronden na een jaar.

China en de Verenigde Staten subsidiëren massaal hun industrie. EU-lidstaten delen ook subsidies uit, maar zijn onderworpen aan de Europese de regels voor eerlijke concurrentie. Hoelang kan de EU dat nog volhouden? Zullen we niet gedwongen worden ook voluit te subsidiëren?

VESTAGER. “Als het over subsidiebedragen gaat, kunnen we China en de VS nooit overtreffen, dus moeten wij slimmer zijn. We geven alleen subsidies aan bedrijven als dat nodig is om te doen wat wij vragen, met bedragen net groot genoeg om het beoogde doel te halen. Denk bijvoorbeeld aan de strijd tegen de klimaatverandering. De markt zal die strijd uit zichzelf niet voeren. Je hebt subsidies nodig om bedrijven te helpen investeren in de energietransitie.”

Gebruiken EU-lidstaten dat argument niet om hun eigen industrie rijkelijk te subsidiëren? Industriële politiek lijkt het nieuwe normaal geworden. Vrije en faire concurrentie lijkt hopeloos ouderwets.

VESTAGER. “Net daarom heb ik de job die ik heb. Ik moet voldoende strikt en irriterend zijn om te zeggen: ‘Een subsidie kan enkel als die beperkt blijft tot het strikte minimum en de kansen van andere bedrijven niet belemmert.’ Want niet alle lidstaten hebben dezelfde diepe zakken, de ene kan meer subsidiëren dan de andere. Als een lidstaat een subsidie geeft, moet de rest van Europa daar ook baat bij hebben. En subsidies dienen niet om jobs van andere lidstaten af te pakken en te verhuizen naar je eigen land. Het moet fair blijven.”

Frankrijk geeft miljardensubsidies aan nieuwe batterijfabrieken, Duitsland doet hetzelfde voor nieuwe halfgeleiderfabrieken. Loopt het niet uit de hand? Hebt u dit nog onder controle?

VESTAGER. “Het is onder controle en het verloopt transparant. De Europese productie van halfgeleiders dient onze belangen, want het maakt ons minder afhankelijk van producenten elders in de wereld, zoals Taiwan. Onze afhankelijkheid van Russisch gas heeft ons lessen geleerd. Soms moeten we ook belangrijke bedrijven steunen die over de kop dreigen te gaan, al verbinden we daar wel voorwaarden aan. Sommige van de eerste banken die steun kregen tijdens de financiële crisis lokten klanten met affiches als ‘kom naar ons, wij zijn veilig, want wij kregen een staatsgarantie’. Zo werkt het niet, natuurlijk. Wie steun krijgt, mag dat niet etaleren. Je mag in dat geval ook geen dividenden uitbetalen of bonussen uitdelen. En je moet je toespitsen op je kernactiviteit. Die voorwaarden zorgen ervoor dat bedrijven die geen staatssteun krijgen nog altijd kunnen concurreren met jouw bedrijf.”

Als het over subsidiebedragen gaat, kunnen we China en de VS nooit overtreffen, dus moeten wij slimmer zijn.

Bent u niet bang dat al die Europese investeringen in halfgeleiderproductie zullen uitmonden in overcapaciteit?

VESTAGER. “Mijn zorg is eerder dat China te veel halfgeleiders zou kunnen produceren en daarmee onze markt kan overspoelen. Dat zou ons opnieuw afhankelijk maken, deze keer van China. Dat is nu al het geval voor zonnepanelen. Van alle zonnepanelen die we in Europa installeren, komt het leeuwendeel uit China. We hebben nagelaten productiecapaciteit in Europa te houden. Die fout mogen we niet herhalen voor halfgeleiders. We moeten voldoende bevoorradingsbronnen hebben.”

In 2019 blokkeerde u de fusie van de treinactiviteiten van de twee Europese industriële zwaargewichten, Siemens en Alstom. Zou u dat vandaag opnieuw kunnen doen, nu de industriële politiek hoogtij viert?

VESTAGER. “Dat denk ik wel, zeker als je de toestand vijf jaar later ziet, vandaag dus. De Chinese concurrenten van Siemens en Alstom zijn nergens te bespeuren buiten China (Siemens en Alstom argumenteerden destijds dat een fusie hen moest wapenen tegen de gesubsidieerde Chinese concurrenten op de wereldmarkt, nvdr). Beide Europese bedrijven zijn intussen wereldleiders in de productie van treinen. Ze stellen het uitstekend zonder de fusie.”

Begin vorige maand werd de Europese Digitalemarktenwet van kracht. Die moet de marktmacht van bigtechbedrijven als Apple, Alphabet, Meta en Amazon openbreken en zorgen voor meer concurrentie op hun platformen, zoals appwinkels. Critici zeggen dat meer concurrentie de privacy en de veiligheid van gebruikers in gevaar brengt.

VESTAGER. “De twee hebben niks met elkaar te maken. Jouw smartphone blijft perfect veilig als je kunt kiezen uit bijvoorbeeld meerdere appwinkels. Het is aan de bedrijven om te zorgen voor besturingssystemen die onze smartphone veilig houden en tegelijk meer concurrentie toelaten.”

Amper twee weken nadat de Digitalemarktenwet van kracht werd, opende u onderzoeken tegen Alphabet, Apple en Meta voor de niet-naleving ervan. Bent u opnieuw vertrokken voor een jarenlang gevecht, zoals zo vaak in het verleden?

VESTAGER. “Neen. De bedoeling van de Digitalemarktenwet is juist om procedures kort te houden. Vroeger sleepten ze soms vier tot vijf jaar aan. Nu willen we afronden na een jaar. Deze wet zit de betrokken bedrijven veel dichter op de huid. Ze moeten hun platformen openstellen voor concurrentie, en dat vergt een verandering van hun zakenmodel. Ik zie het een beetje als een zwangerschap. Die vergt veel voorbereiding, maar het werk begint pas als het kind er is. Wij hebben de Digitalemarktenwet voorbereid, het Europese Parlement en de Raad hebben haar goedgekeurd. De wet is er nu. We moeten haar niet alleen uitvoeren, maar ook afdwingen, wat veel inspanningen zal vragen. Het echte werk begint nu.”

Boven op de Digitalemarktenwet komt ook de Digitaledienstenwet, en vorige maand keurde het Europese Parlement de Artificiële Intelligentie-wet goed. Hoe meer wetten, hoe lastiger om ze allemaal af te dwingen. Hebt u voldoende mensen en expertise in huis?

VESTAGER. “Uiteraard is het een massa werk. Maar we werken samen met de mededingingsautoriteiten van de lidstaten, en dat helpt veel. Net zoals wij hebben zij deskundigen aangeworven, zowel juristen als mensen met technische kennis. De mededingingsautoriteiten van de lidstaten kennen de toestand in hun eigen land heel goed. Samen vormen wij een sterker team.”

We hebben nagelaten productiecapaciteit voor zonnepanelen in Europa te houden. Die fout mogen we niet herhalen voor halfgeleiders.

Eerlijke concurrentie vergt regels. Maar grote bedrijven hebben specialisten om de regelgeving te bestuderen en te verwerken. Kleine bedrijven hebben die vaak niet, zodat ze niet kunnen uitgroeien tot geduchte concurrenten. De regelgeving kan zo een averechts effect hebben op de concurrentie.

VESTAGER. “Daarom is de wetgeving asymmetrisch. Voor grote bedrijven zijn er veel regels, voor kleine bedrijven zijn er veel minder, of zelfs geen. Het zijn immers de kleine bedrijven die voordeel moeten halen uit het feit dat grote bedrijven hun diensten moeten openbreken en andere spelers toegang verlenen tot hun klanten en data. Dat geeft aan kleine bedrijven de kans om hun innovaties te tonen en zich te bewijzen.”

Zal artificiële intelligentie de concurrentie tussen de bigtechbedrijven aanwakkeren? Ze strijden nu om de beste chatbots. Of zal AI hun dominantie eerder versterken? Want ze hebben massa’s cash, onderzoekers en rekenkracht, en zeeën van data om hun AI-modellen te trainen.

VESTAGER. “Daarom is de Digitalemarktenwet zo belangrijk. Als zoekmachines zoveel krachtiger worden dankzij AI, dan moeten andere bedrijven des te meer toegang krijgen tot de data. We zorgen er nu voor dat kleine Europese bedrijven toegang krijgen tot supercomputers. Die heb je nodig om AI-modellen te ontwikkelen. Op die manier krijgen ook kleine bedrijven kansen op de AI-markt. Zo zie je, het spel is nog niet gespeeld, de grote jongens hebben nog niet gewonnen. Integendeel. AI kan de concurrentie op de digitale markten een nieuwe vonk geven.”

Iets anders. Er is een oorlog aan de gang op Europese bodem. Er is 100 miljard euro nodig om de Europese defensie-industrie op te krikken. Wat met het idee om het geld te verzamelen via de uitgifte van Europese obligaties? Dat gebeurde ook al om het coronaherstelfonds te spijzen.

VESTAGER. “Het beste dat we kunnen doen voor onze defensie-industrie is bestellingen plaatsen. De lidstaten moeten hun defensiebudgetten verhogen, en dat extra geld in Europa spenderen, het liefst via gezamenlijke aankopen. Geen enkel bedrijf kan zonder klanten, ook defensiebedrijven niet. Zij moeten kunnen rekenen op kopers, die ook terugkeren. Dat is de sleutel tot een Europese defensie-industrie die kan leveren wat Oekraïne nodig heeft.”

Is het echte probleem met Europese obligaties niet dat ze de EU te veel financiële onafhankelijkheid zouden verschaffen in de ogen van de lidstaten?

VESTAGER. “Het is ingewikkelder dan dat. We leenden 800 miljard euro op de kapitaalmarkten om de Recovery and Resilience Facility (het coronaherstelfonds, nvdr) te financieren. Dat is veel geld, maar we hebben nog meer geld nodig om al die leningen af te lossen, terwijl we over niet meer inkomsten beschikken dan voorheen. Als de EU meer inkomsten moet krijgen, wie zal dan betalen en wie zal het geld krijgen? Denk eerst na over die vragen. Niet dat ik bang ben van meer Europese financiële slagkracht. Maar wie aan de Europese belastingbetalers meer geld vraagt, moet eerst legitimiteit verwerven. Dat doe je door een faire en transparante verdeling van het geld.”

De toetredingsonderhandelingen met Oekraïne zijn opgestart. Het is een groot land, dat bovendien veel geld zou krijgen uit de Europese cohesiefondsen, geld dat niet langer naar andere EU-lidstaten zou vloeien. Moet de echte stresstest voor de Europese solidariteit met Oekraïne nog komen?

VESTAGER. “Het lidmaatschap van Oekraïne zal de EU de dynamiek geven die ze nodig heeft. Oekraïne heeft zijn problemen, zoals corruptie. Maar het oplossen van zulke problemen maakt deel uit van het toetredingsproces. De komst van Oekraïne geeft ons ook de kans om het Europese beleid te herbekijken. Wordt het geld van de Europese cohesiefondsen nog altijd juist verdeeld? Zit het Europese landbouwbeleid nog goed? Spoort het met onze groene doelstellingen en onze strijd tegen de klimaatverandering? De uitbreiding is ook een kans om de solidariteit tussen de verschillende delen van Europa te hernieuwen. De Centraal- en Oost-Europese landen zijn nu bijna twintig jaar lid van de EU. Krijgen ze genoeg gewicht in het beslissingsproces, of denken we nog altijd in termen van het oude Europa?”

Het spel is nog niet gespeeld, de grote jongens hebben nog niet gewonnen. AI kan de concurrentie op de digitale markten een nieuwe vonk geven.

Voor de Europese verkiezingen begin juni wordt een ruk naar rechts verwacht. Welke gevolgen ziet u voor de EU?

VESTAGER. “Ik denk niet dat de verschuiving naar rechts zover zal gaan als de peilingen laten uitschijnen. Tot nog toe kregen de burgers enkel de campagnes te zien van rechtse partijen, met veel negativisme over Europa. De andere partijen waren intussen bezig met het echte werk in het Europese Parlement: wetten maken en stemmen, zodat de EU kon functioneren. Die partijen zullen nu ook hun kiescampagne opstarten. We zullen wel zien voor welke partijen de burger zal kiezen. Belangrijk is dat er een brede coalitie op de been komt die de Europese democratie steunt, de agenda blijft bepalen, en de Europese Commissie verantwoordelijk houdt voor de uitvoering en het afdwingen van de wetten. Want wetten die niet afgedwongen worden, zijn niks waard.”

Wat met uw persoonlijke toekomst? Wilt u doorgaan als Europees commissaris na de verkiezingen?

VESTAGER. “De kans is zeer klein. Mijn partij zit niet in de Deense regering (Vestager behoort tot Radikale Venstre, een Deense sociaal-liberale partij, nvdr). Ik hoop dat ik mij op een of andere manier kan blijven inzetten voor Europa. Want mensen merken allicht dat ik gepassioneerd ben door Europa.”

En wat met de toekomst van de EU? Zal ze over tien of twintig jaar sterker zijn, of zwakker?

VESTAGER.The world is a wild place. Het is oorlog in Europa, de klimaatverandering is volop aan de gang, China wordt steeds assertiever. Europa moet sterker worden. Want het gaat om een fundamenteel humaan idee: we zijn allemaal gelijkwaardig. Het zal steeds meer inspanning vergen om dat idee te verdedigen en om te zetten in de dagelijkse praktijk. Daarom blijf ik vechten voor een sterker Europa. En we zullen er geraken.”

Margrethe Vestager is dit weekend te gast in Trends Talk op Kanaal Z. Bekijk het volledige interview via de video hieronder.

Lees ook:

Bio

Dochter van twee Deense dominees

Studeert economie aan de universiteit van Kopenhagen

Zit op haar 21ste in het partijbestuur van Radikale Venstre, de sociaal-liberalen van Denemarken

Wordt in 2011 Deens vicepremier, bevoegd voor Economie en Binnenlandse Zaken

Is sinds 2014 Europees commissaris voor Mededinging

Loopt in de kijker met haar kordate aanpak van techgiganten als Google en Apple

Krijgt in 2017 een eredoctoraat van de KU Leuven

Is sinds 2019 vicevoorzitter van de Europese Commissie, met ‘A Europe Fit for the Digital Age’ als nieuwe bevoegdheid boven op Mededinging

Verliest in 2023 de race om het voorzitterschap van de Europese Investeringsbank

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content