Kris Claes (Voka): ‘Nog 87 hectare om te ondernemen in Vlaams-Brabant. Veel te weinig’
Meer verkeer via het water en een internationale spoorhub rond Tienen kunnen helpen om de mobiliteitsknoop in Vlaams-Brabant te ontwarren, zegt Kris Claes van Voka-Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant. “De files fnuiken de groei. Ook het tekort aan bedrijventerrein is een probleem. In Vlaams-Brabant is nog amper 87 hectare over om te ondernemen, veel te weinig.”
Samen met de Antwerpse Ring is de Brusselse Ring en het omliggende Vlaams-Brabant een zekerheid in de file-overzichten. “Het mobiliteitsprobleem blijft ons zorgen baren, want het weegt op de economische groei van de provincie Vlaams-Brabant”, zegt Kris Claes, gedelegeerd bestuurder van Voka-Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant. “En dat terwijl de provincie met Brussels Airport de op een na grootste economische groeipool van Vlaanderen is. De luchthaven genereert 2 procent van het bbp en huisvest 317 bedrijven. Ze biedt rechtstreeks werk aan 24.000 medewerkers, indirect komen daar zijn er dat nog 40.000 meer.
“Brussels Airport heeft een future proof businessmodel, het is een van de weinige Europese luchthavens waar de combinatie cargo en passagiersvluchten zo gemaximaliseerd wordt. 30 procent van de cargo van Brussels Airport vertrekt met passagiersvluchten. Maar als de mobiliteitsknoop niet ontward wordt, dan komt die groei in gevaar.”
Daarom doet Voka-KvK Vlaams-Brabant in een memorandum naar aanleiding van de verkiezingen van 9 juni voorstellen. “Het is een goede zaak dat de Vlaamse regering een princiepsakkoord heeft bereikt over het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan voor de aanpassing van de Brusselse Ring, maar er is meer nodig om iets te doen aan de verkeerscongestie,” legt Claes uit. “We pleiten voor een mobiele shift die één legislatuur overstijgt.”
Watergebonden economisch netwerk
Op korte termijn denkt de Vlaamse werkgeversorganisatie aan rechtstreekse hogesnelheidstreinverbindingen tussen Brussels Airport en de bestaande HST-knooppunten. Claes: “Dat zou helpen om intercontinentale vluchten naar Zaventem te halen. Op langere termijn moet er geïnvesteerd worden in goederentransport via het water. De provincie wordt doorsneden door het ABC-kanaal – Antwerpen, Brussel, Charleroi – en er is een connectie naar het kanaal Leuven-Dijle. We streven naar een watergebonden economisch netwerk.”
Claes verwijst naar de mogelijkheden die nu al gebruikt worden. De bouwmaterialenleverancier André Celis uit Leuven vervoert via de binnenscheepvaart 100.000 ton bouwmaterialen per jaar over het kanaal Leuven-Dijle. Dat haalt 4.500 vrachtwagens minder op de weg. “Daarom onze vraag aan de Vlaamse Waterweg (het agentschap dat de waterwegen in Vlaanderen in beheer heeft, nvdr) om een studie uit te voeren over de optimalisatie van watergebonden industriegebieden in Vlaams-Brabant. Twintig jaar gelden werd hetzelfde gedaan met het Economisch Netwerkgebied Albertkanaal en dat heeft tot positieve resultaten geleid.”
Zoeken naar industrieterreinen
Voka-Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant ziet ook kansen in het optimaliseren van het goederentransport per spoor. Het dichte spoorwegennet in Vlaams-Brabant is vooral gericht op personenvervoer. “De verdere uitbouw van de logistieke spoorinfrastructuur is onontbeerlijk voor onze ondernemingen”, benadrukt Kris Claes, “We pleiten voor dubbelgebruik van het spoor voor vracht en reizigers, investeringen in hubs en verbindingen met opslagplaatsen zoals een spoorhub Tienen. De locatie is geschikt om naast de spoorontsluiting de hierbij gepaarde gaande overslagactiviteiten te waarborgen. Er is daar nu al voldoende industrieel weefsel. Er is een interprovinciale verbinding naar Zuid-Limburg. In Hélécine in Luik, net over de taalgrens, is men een groot industrieterrein aan het ontwikkelen. Steeds meer Voka-leden steken die grens over om er te investeren. In eerste instantie gaat het over een terrein van 50 hectare industriegrond.” Voorzichtige berekeningen komen aan een reductie van 25.000 vrachtwagenritten per jaar als die hub optimaal wordt gebruikt. De CO2-uitstoot daalt significant met 2.743 ton op jaarbasis of een vermindering van 23,6 procent.
‘Het economisch netwerk rond onze kanalen en aan de spoorhubs zijn een deel van de oplossing voor het tekort aan bedrijventerreinen’
Kris Claes, Voka-Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant
De nood aan voldoende industrieterreinen is volgens Voka een tweede groot aandachtspunt. In 2023 daalde het aanbod van gronden met 15 procent en werden er 7 procent meer gronden in gebruik genomen. Van de totale oppervlakte in Vlaams-Brabant is 5.912 hectare beschikbaar als bedrijventerrein, 81 procent daarvan is bebouwd. Van de resterende onbebouwde ruimte wordt slechts 1,7 procent op de markt aangeboden.
“De densiteit aan industrieterreinen is natuurlijk al zeer groot, maar er is in Vlaams-Brabant nog amper 87 ha over om te ondernemen, wat veel te weinig is”, weet Kris Claes. “Het gaat bovendien vooral om versnipperde kavels. Het gros is tussen 0,5 en 4 hectare. Dat kan voor aanwezige bedrijven of voor bedrijven die lokaal willen uitbreiden een oplossing zijn, maar voor potentiële buitenlandse investeerders is dat een probleem. Wij pleiten om die versnippering tegen te gaan. Het economisch netwerk rond onze kanalen en aan de spoorhubs zijn een deel van de oplossing.”
Laagste werkzaamheidsgraad van Vlaanderen
Voka-Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant schuift het arbeidsmarktbeleid als derde prioriteit naar voren. De situatie in de provincie is paradoxaal. 4,1 procent van de Vlaams-Brabantse beroepsbevolking is rechtstreeks actief in onderzoek en ontwikkeling. Dat is het hoogste percentage van alle provincies. Dat komt omdat Leuven met imec de Vlaamse innovatiemotor herbergt. Anderzijds is de werkzaamheidsgraad met 73,6 procent er de laagste van heel Vlaanderen.
Tegelijk raken nog veel vacatures niet ingevuld. “Anders dan in andere regio’s blijft er een grote vraag naar hoger opgeleiden, door de sterke concentratie van multinationals in de provincie maar ook door de O&O-instituten als imec of die van bedrijven als Siemens”, aldus Claes. “We merken ook veel langdurig werklozen. Om de werkzaamheidsgraad op te trekken is een ander federaal beleid nodig met onder andere een beperking in de tijd van de werkloosheidsuitkeringen, een standpunt van Voka Nationaal. De samenwerking tussen VDAB en Actiris heeft het aantal werkende Brusselaars hier wel doen toenemen, maar er in meer nodig. De samenwerking tussen VDAB en Actiris moet geoptimaliseerd worden. Dat moet het aantal werkloze Brusselaars die aan een baan worden geholpen in Vlaams-Brabant optrekken van 2.000 naar 3.000.”
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier