Jan Denys: ‘Ik zal al blij zijn als de regering deze arbeidsmarktagenda rond krijgt’
Arbeidsmarktspecialist Jan Denys is gematigd optimistisch over de Belgische jobmarkt. Netto komen er de volgende jaren zeker banen bij. En het regeringsbeleid zal daarbij helpen. Maar hij wijst ook op de zwakke punten van de Belgische arbeidsmarkt: werklozen vinden nog altijd moeilijk een baan.
Bij het aantreden van de regering-Michel was Jan Denys, arbeidsmarktspecialist bij de humanresourcesgroep Randstad, positief over het omvangrijke deel ‘arbeidsmarkt’ in het regeerakkoord. Meer dan 100 dagen later is hij dat nog altijd. Jan Denys: “Wat is de grote arbeidsmarktuitdaging voor de toekomst? Meer mensen langer aan het werk krijgen. Dat is ook de eigenlijk zeer eenvoudige visie van de regering en de beste garantie voor het voortbestaan van onze welvaartsstaat. Helaas hoor je die boodschap veel te weinig bij degenen die haar het meest zouden moeten uitdragen, de vakbonden. De geplande arbeidsmarktmaatregelen liggen trouwens grotendeels in het verlengde van wat de regering-Di Rupo deed. Ik heb me altijd positief uitgelaten over het beleid van de vorige minister van Werk, Monica De Coninck.”
Monica De Coninck (sp.a) blijft achter de maatregel van de vorige regering staan die de inschakelingsuitkering voor schoolverlaters tot drie jaar beperkt. Maar ex-premier Elio Di Rupo en het ABVV kiezen voor de frontale aanval: ze wijzen op de duizenden jongeren die hun uitkering verliezen.
Jan Denys: “Er is het politieke aspect. De PS heeft de maatregel goedgekeurd, maar zit nu in oppositie en kraakt hem daarom af. Fraai is anders. Daarnaast is het logisch dat de maatregel meer kritiek krijgt in Wallonië en Brussel, omdat de jeugdwerkloosheid daar gewoon veel hoger ligt.”
Er wordt altijd gesproken over jongeren, maar 70 procent van de mensen die hun inschakelingsuitkering verliezen zijn ouder dan 30 jaar.
Jan Denys: “De kern van de zaak is: wie ouder is dan 30 en nog een beroep moet doen op een inschakelingsuitkering, heeft zeer weinig kans om ooit nog aan een job te raken. Ik ben principieel geen voorstander van een wachtuitkering. In onze welvaartsstaat moet het een kwestie zijn van geven en nemen. En je krijgt pas iets nadat je iets hebt bijgedragen. Ik vind dat er redenen zijn om mensen zonder diploma geen inschakelingsuitkering te geven. Wie geen enkele kwalificatie haalt, is niet geschikt om de arbeidsmarkt te betreden. Ides Nicaise van het HIVA, niet direct de rechterzijde, pleit ook voor een kwalificatieplicht.”
Wordt een aantal regeringsmaatregelen niet te veel uitgehold? De verstrenging van het brugpensioen wordt bijvoorbeeld in de tijd gespreid.
Jan Denys: “Dat is het normale spel met de sociale partners. En aan elke maatregel zitten scherpe kantjes die er beter afgevijld worden. Dat de gevolgen iets worden verzacht voor bepaalde groepen die buitensporig zwaar getroffen worden, daar valt veel voor te zeggen. Zo vergroot je ook het draagvlak voor de maatregel. Als dat de prijs is voor sociale vrede, waarom niet? Als de richting maar de juiste is.”
Verlofstelsels zoals tijdskrediet en landingsbanen zijn ook verstrengd. U pleit daar al lang voor. Waarom?
Jan Denys: “Als de pensioenleeftijd opschuift, is het normaal dat ook de landing later wordt ingezet. Ik ben een koele minnaar van die landingsbanen. Het globale netto-effect is bij mijn weten nooit aangetoond. In sommige gevallen zijn ze nuttig en soms zelfs noodzakelijk, maar het beeld dat minder werken het ideale loopbaaneinde is, is veel te eenzijdig. Mensen kunnen langer aan het werk blijven door ook na hun vijftigste nog nieuwe competenties te verwerven en opleidingen te volgen. Door alleen in te zetten op uitbollen, versterk je in feite het stigma van de ‘oudere werknemer’.”
“Ik vind ook dat het globale stelsel van tijdskrediet, waarmee op kosten van de gemeenschap de loopbaan on hold wordt gezet, geen antwoord is op de uitdagingen van de toekomst. Er komen almaar meer redenen om de loopbaan even te onderbreken, waardoor zo’n stelsel steeds groter en onbetaalbaarder wordt. Ik geloof meer in een gemengd stelsel van enerzijds gemotiveerd tijdskrediet en anderzijds een loopbaanrekening waarop tijd of geld wordt gespaard gedurende de loopbaan. Dat laatste speelt beter in op de individuele noden. De regering heeft zo’n loopbaanrekening aangekondigd. Een goed initiatief.”
Moet er nog meer gebeuren?
Jan Denys: “Eerlijk, ik zal al heel blij zijn als de regering deze arbeidsmarktagenda rond krijgt. Het is een zeer ambitieuze agenda. Maar als een slimme taxshift arbeid bijkomend goedkoper kan maken, waarom niet?”
Hoe ziet u de arbeidsmarkt evolueren? De voorbije jaren was de nettojobcreatie niet denderend.
Jan Denys “Er komen netto nog altijd banen bij. We kenden de voorbije dertig jaar slechts enkele jaren van jobdestructie. Een groot verschil met de periode 1975-1984, toen we jaarlijks minder banen hadden. Alleen is de groei niet altijd genoeg om de groei van de beroepsbevolking, de mensen die zich aanbieden op de arbeidsmarkt, te compenseren. Tussen 1985 en nu kwamen er liefst 1 miljoen banen bij. En dan te bedenken dat toen een consensus was dat we geen jobgroei meer zouden kunnen realiseren en dat enkel een collectieve arbeidsherverdeling ons zou helpen. Het ACV is in die periode nog met een voorstel gekomen dat je maximum anderhalve job per gezin mocht hebben. God zij dank hebben we dat pad niet gevolgd.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier