Geert Noels over de Europese ziekte: ‘Europeanen zitten vast in een tunnelvisie’

Geert Noels
Geert Noels
Jozef Vangelder
Jozef Vangelder redacteur Trends

Om welvarend te blijven zal Europa zijn oogkleppen moeten afzetten, stelt econoom Geert Noels. “Elke dag wordt de Europeanen ingepeperd dat er te veel ongelijkheid is. Wij houden niet van mensen met financieel succes. Dat creëert een cultuur van middelmatigheid.”

Om de financiële markten te begrijpen moet je naar andere meningen willen luisteren. Daarom trekt Geert Noels, de oprichter van de vermogensbeheerder Econopolis, regelmatig naar de Verenigde Staten om er te spreken met collega’s. Dat is altijd leerzaam, omdat je in de Verenigde Staten nog anders mag denken, vindt Noels. Hij is net terug uit New York, waar hij met een aantal economen sprak. “Het devies in Wall Street is heel simpel: wie foute beleggingen wil vermijden, moet het hele verhaal onder ogen durven zien. New York is niet bepaald een Republikeinse stad en ik ga er niet langs bij Republikeinse denktanks, en toch verschilt het verhaal daar helemaal van het eenzijdige narratief in Europa.

Als voorbeeld geeft Geert Noels de relatieve kalmte op de financiële markten onder het recente geweld in het Midden-Oosten: “Een deel van de verklaring voor die kalmte, hoor je daar, is dat Israël een aantal belangrijke onrusthaarden in de regio zware slagen heeft toegebracht. Israël is uitgegroeid tot een regionale macht, die nu zijn sterkte heeft getoond. Dat zal een stuk stabiliteit creëren. Maar dat narratief willen wij in Europa niet onder ogen zien.”

Kortom, Europeanen zijn te belerend.

GEERT NOELS. “Europeanen zijn enorm vooringenomen. Neem immigratie, een onderwerp waar ik als econoom dertig, veertig jaar lang in een wijde bocht omheen heb moeten lopen. In New York zeggen economen mij openlijk dat Europa nooit een beleid heeft gevoerd om immigratie om te zetten in sociale integratie, maatschappelijke stabiliteit en economische groei. Ook in België is dat soort debatten taboe, of krijg je maar één narratief te horen. In Wall Street kijken ze naar de feiten zoals ze zijn, zonder taboes, omdat ze daar ook alle belang bij hebben. Als je de financiële markten wilt begrijpen, mag je niet selectief zijn in wat je wilt horen, of you’re out of business.”

‘We moeten onze naïviteit loslaten en pragmatischer omgaan met China. Durven zeggen: “Hier is de grens”’

De Europese landen hebben beloofd 5 procent van hun bbp te besteden aan defensie- en defensiegerelateerde uitgaven. Wat zegt Wall Street daarover?

NOELS. “Daar zien ze die 5 procent als een noodzaak. Veel Europese landen hebben er weliswaar geen idee van waar ze dat geld gaan vinden. Maar als het lukt, denkt Wall Street, krijgen we een stabielere wereld en worden de Verenigde Staten en Europa opnieuw goede partners. Opnieuw is dat een veel evenwichtiger verhaal dan het Europese discours. Europeanen zitten vast in een tunnelvisie. Wie een ander narratief heeft, krijgt een stigma opgekleefd en komt niet of nauwelijks aan bod in de media. Europeanen erkennen wel dat ze met structurele problemen kampen, maar kijken er allemaal op dezelfde manier naar. Dan zal er weinig veranderen.”

Vorig jaar kwam ex-ECB-voorzitter Mario Draghi nochtans met een groot rapport met aanbevelingen voor meer Europese groei.

NOELS. “Dat rapport heeft zeker zijn verdiensten, maar het zal de Europese tunnelvisie niet doorbreken. Daarvoor is het te dirigistisch, te veel top-down. Elke vijf jaar schrijft Europa wel een groot rapport, dat telkens dezelfde analyses maakt, maar zonder veel gevolgen blijft op het terrein door de complexiteit van het Europese beleid. De Brusselse bubbel moet leven van regelgeving en remt zo innovatie en ondernemerschap af, ook al is dat de bedoeling niet. Is het niet ironisch dat Europese ondernemers hun kapitaal in de Verenigde Staten moeten zoeken, ondanks al het kapitaal in Europa? De Europeanen krijgen hun kapitaalmarkt niet georganiseerd. En zo zijn er nog van die paradoxen die getuigen van de Europese inertie en sclerose.

“Je wordt al meegetrokken in de Brusselse bubbel nog voor je er aangekomen bent. Mijn vlucht vanuit New York heb ik moeten verplaatsen door een staking. Als ik dan land in Zaventem, blijken er problemen te zijn met de douaniers. Misschien krijg ik mijn koffer niet door acties bij de bagageafhandelaars. En als ik dan de trein naar huis neem, moet ik vrezen dat ik niet thuis geraak, opnieuw door acties.”

Is het dan allemaal koek en ei in de Verenigde Staten?

NOELS. “Dat zeg ik niet. De Amerikaanse tycoons, bijvoorbeeld, hebben te veel invloed. En ik ben absoluut geen fan van Donald Trump. Ik wil gerust een boompje opzetten over de selectieve blindheid van Trump en vele andere Amerikanen voor de klimaatopwarming. Maar de politieke agenda in de Verenigde Staten is heel anders dan in Europa. Neem de ongelijkheid. In de Verenigde Staten is dat een groot probleem, in Europa veel minder. Toch wordt de Europeanen elke dag ingepeperd dat er te veel ongelijkheid is. Wij houden niet van mensen met financieel succes. Zij worden in onze pers elke dag verketterd. Dat creëert een cultuur van middelmatigheid.”

Hoe moet het dan wél vooruit met Europa?

NOELS. “Het begint met leiderschap. Kort na de Tweede Wereldoorlog had je in Europa een aantal visionaire leiders die nog niet bureaucratisch waren ondergesneeuwd. Vandaag hebben de meeste politici hun hele carrière in de bureaucratie doorgebracht. Dan kun je niet verwachten dat ze die bubbel met frisse ideeën zullen doorprikken. In de Verenigde Staten hoor ik totaal geen respect voor Ursula von der Leyen, de voorzitter van de Europese Commissie, en Christine Lagarde, de voorzitter van de Europese Centrale Bank. Er is wel veel respect voor de Franse president Emmanuel Macron en de Duitse bondskanselier Friedrich Merz. Zij hebben allebei een verleden in het bedrijfsleven en weten hoe het er in de economie echt aan toe gaat.”

Wat moet gebeuren om de Europese economie weer aan de praat te krijgen?

NOELS. “De woorden van de toekomst zijn dual use. We moeten de 5 procent aan defensie- en defensiegerelateerde uitgaven maximaal gebruiken om onze economie te versterken via infrastructuurinvesteringen. Je kunt daar een maatschappelijk wervend projecten van maken. Een van de tastbare voordelen die Europa ons heeft gebracht, is het netwerk van autosnelwegen. Laat ons hetzelfde doen voor de stroomvoorziening: een geïntegreerd elektriciteitsnetwerk, een Europese smart grid, die heel Europa overspant. Dat is een grote investering, maar geen weggegooid geld, omdat het voldoet aan een reële behoefte. Mensen begrijpen dat. Gecombineerd met hernieuwbare energie zal die smart grid Europa zelfvoorzienender en dus weerbaarder maken, met bovendien lagere elektriciteitsprijzen. Zo’n tastbaar project is veel beter dan grootscheepse relanceplannen die leiden tot vriendjespolitiek en corruptie.”

Op de Trends Summer University zei u dat de toetreding van China tot de Wereldhandelsorganisatie in 2001 van een veel groter historisch belang is dan in de aanslagen in New York in datzelfde jaar.

NOELS. “Inderdaad, de intrede van China in het wereldhandelssysteem was ontwrichtend voor onze economie en onze maatschappij. China heeft veel Europese bedrijven kapotgemaakt, omdat het de spelregels helemaal anders interpreteerde en wij niet de moed hadden daar iets aan te doen. Het is alsof je tegenspeler in een sportwedstrijd doping gebruikt en bovendien de regels niet volgt. Dan kun je niet winnen.

“De Verenigde Staten hebben China nu een halt toegeroepen met een brutale verhoging van hun invoertarieven op Chinese producten. Ook Europa is wakker geschoten, maar doet nog onvoldoende om het tij te keren. Hier lijken we nog altijd niet goed te beseffen dat bijna alle Europese industrieën in een overlevingsstrijd zitten. Dat komt door de dure energie, de regeldrift en de hoge loonkosten, maar ook door onze makke omgang met China. Je economie kan niet overleven als zo’n grote macht niet alleen je thuismarkt maar ook al je exportmarkten ontwricht.”

China kampt toch ook met problemen?

NOELS. “Zeker. De snelle vergrijzing is er een van. Maar China heeft zijn zaakjes beter voor elkaar. Ik denk niet dat China aan kracht zal verliezen. Het land is enorm geklommen op de ladder van de toegevoegde waarde en palmt nu strategische sectoren in, met een uitgekiende planning. Kijk maar naar de opmars van de Chinese elektrische auto’s, die nu stelselmatig de wereldmarkt innemen. China wint ook volop terrein in hightech en artificiële intelligentie. “Tien jaar geleden zeiden economen nog: China focust op productie met een lage toegevoegde waarde, wij doen de hoge toegevoegde waarde. Dat is compleet fout gebleken. Daar hadden we veel eerder iets moeten aan doen.”

‘Europa is afgegleden naar een continent dat veel te bieden heeft op het gebied van cultuur en levenskwaliteit, steunend op economische fundamenten die aan het wankelen zijn’

Wat dan?

NOELS. “Nogmaals, we moeten onze naïviteit loslaten en pragmatischer omgaan met China. Durven zeggen: ‘Hier is de grens.’ Dat hoeft geen platte verhoging van invoertarieven te zijn. Wel moeten we sterker onderhandelen, met het oog op onze strategische belangen. Je kunt veel kritiek hebben op de eenzijdigheid en de brutaliteit van Trump, maar Europa is veel te soft. Wij openen te gemakkelijk onze markt voor allerlei producten uit allerlei landen, zonder te kijken naar de gevolgen voor onze economie. Dat is vreemd. Enerzijds doen we alles om onze ondraaglijk zware sociale zekerheid te beschermen, anderzijds kiezen we vrolijk voor Chinese auto’s, laptops en smartphones, omdat die goedkoper zijn. Dat is de hypocrisie in Europa: het beste van beide werelden willen zonder te beseffen dat we ons hele bedrijfsleven aan het ondergraven zijn.”

De Europeanen hebben het te goed?

NOELS. “We hebben heel veel te verliezen en beseffen het nog altijd te weinig. Europa is afgegleden naar een continent dat veel te bieden heeft op het gebied van cultuur en levenskwaliteit, steunend op economische fundamenten die aan het wankelen zijn. We wentelen ons graag in het narratief van ‘we hebben het toch goed, het is hier toch lekker eten?’ Dat zal wel. We kunnen uitpakken met Michelin-sterren. Maar je kunt in veel landen ter wereld goed eten, dus daarmee moet je niet bij buitenlandse investeerders komen. Het draait om concurrentiekracht, energieprijzen, onderwijskwaliteit, vaardigheden, attitude. Dan zijn we snel uitgepraat in België. We zullen meer nodig hebben dan Michelin-sterren om ons opnieuw op de kaart te zetten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content