Geert Janssens, hoofdeconoom van VKW Metena, vindt een aantal positieve elementen terug in de formateursnota van Elio Di Rupo, maar “er wordt te veel in de marge gewerkt. Het gaat niet ver genoeg.
“Dat de werkloosheidsuitkeringen degressiever worden gemaakt, is een goede zaak. Dat is de hoeksteen van een modern arbeidsmarktbeleid. Maar als ik de nota lees, stel ik mij toch de vraag of dit meer mensen naar een job zal lokken.
Di Rupo pleit voor een verhoging van het belastingvrije minimum voor inkomens tot 25.000 euro per jaar, wat op jaarbasis 250 euro extra oplevert. Dat is een goede zaak, maar is het voldoende om mensen ertoe aan te zetten een job te zoeken? Zeker als de uitkeringen verder geïndexeerd wordt. Het financiële verschil tussen werken en niet werken moet groot genoeg blijven.”
De voorstellen om het brugpensioen te verstrengen vinden in de ogen van de VKW Metena hoofdeconoom weinig genade. “Ten gronde is er geen sprake van een ontrading van vervroegde uittreding. Eigenlijk zou men deze nota vijf of zes jaar geleden op tafel moeten hebben gelegd, ten tijde van het Generatiepact. Ondertussen is de situatie zo ontspoord dat er veel diepgaandere maatregelen nodig zijn.”
Janssens waarschuwt ook voor het negatieve effect van nieuwe belastingverhogingen. Di Rupo wil het gat in de begroting voor een derde dichtrijden via nieuwe inkomsten. “Men zou beter voor nieuwe inkomsten zorgen door een beleid te voeren dat meer jobs kan creëren. Dat zie ik te weinig in de nota. Het indexsysteem dat onze loonkosten de hoogte injaagt, wordt niet ter discussie gesteld.”
Janssens waarschuwt voor de invoering van een ‘bijzondere crisisbijdrage’ van ongeveer 0,5 porcent op grote vermogens boven de 1,25 miljoen euro. “Dat is dubieus. Ik zie hier het begin van een echte vermogensbelasting.”
A.M.
