De begrotingen van de afzonderlijke Europese lidstaten krijgen een strenger Europees toezicht.
De begrotingen van de afzonderlijke Europese lidstaten krijgen een strenger Europees toezicht.
Het Europees Parlement schaarde zich dinsdag in Straatsburg met ruime meerderheid achter twee wetten die het Europees toezicht op de begrotingen verder aansnoert.
De eerste wet is gericht op landen met zware financiële problemen. Ze versterkt het toezicht op lidstaten die beroep doen op de Europese noodfondsen en kan lidstaten met ernstige risico’s voor de financiële stabiliteit dwingen om toevlucht te zoeken tot financiële steun.
De tweede wet regelt de budgettaire coördinatie en heeft wel meteen impact op een land als België.
Om te beginnen moeten de regeringen voortaan tegen 15 oktober een begrotingsontwerp voor volgend jaar overmaken aan de Europese Commissie.
“Al dit najaar zullen we merken hoe de Europese Commissie voortaan een grotere toezichtsrol op zich neemt”, waarschuwt Marianne Thyssen (CD&V). Na het indienen van de ontwerpbegroting heeft de Commissie tot 30 november tijd om een advies uit te brengen. Daarbij kan ze bijsturingen eisen. Bij extreme ontsporingen kan ze binnen twee weken na de indiening zelfs het volledige begrotingsontwerp van tafel vegen.
De Europese inmenging in het nationale begrotingswerk vloeit voort uit de eurocrisis, toen bleek dat budgettaire ontsporingen in één euroland verregaande gevolgen kunnen hebben voor andere landen in de muntunie.
De voorafgaande controle van de Commissie komt er nu voor de goedkeuring in het parlement. Dat wordt wel enigszins gecompenseerd, aangezien nationale parlementen de eurocommissaris kunnen vragen het advies te komen toelichten.
Thyssen wijst er op dat niet enkel de cijfers van tel zijn. Het begrotingsontwerp moet ook aangeven hoe de geplande maatregelen bijdragen tot de realisatie van de sociaaleconomische strategie Europa2020. Lidstaten in een procedure voor buitensporig tekort, zoals België momenteel, moeten bovendien een partnerschapsprogramma opstellen met een aantal prioriteiten om de concurrentiekracht te versterken en structurele zwakheden aan te pakken. (Belga/BO)
