EU begint eindelijk nog eens een nieuw jaar in een sfeer van optimisme

ANGELA MERKEL EN EMMANUEL MACRON De nieuwe Duits-Franse as kan de Europese Unie doen heropleven. © REU

De Europese Unie kan weer aan zichzelf bouwen.

Opgewekter zal de Europese Unie de afgelopen tien jaar niet aan een nieuw jaar begonnen zijn. Die uitbarsting van – zij het voorzichtige – vreugde heeft meerdere redenen, waaronder een economische opleving waardoor Europa Amerika achter zich laat en de geruststellende aanwezigheid van Angela Merkel, die zich opmaakt voor haar vierde en waarschijnlijk laatste ambtstermijn als bondskanselier.

Misschien heeft de EU vooral weer energie gekregen door de verkiezing van Emmanuel Macron, de vurig pro-Europese Franse president, en de indruk dat het eurosceptische populisme over zijn hoogtepunt heen is.

‘Realisme’

Voor het eerst in jaren is er het gevoel dat er mogelijkheden zijn. In de handel bijvoorbeeld. De EU zal handelsverdragen onderhandelen en soms afsluiten met partners als Japan, Mexico en Australië. Maar dat elan zal worden getemperd door wat eurocraten ‘realisme’ noemen.

Dat houdt zaken in als het doorlichten van buitenlandse investeringen en represailles tegen landen die Europese bedrijven discrimineren (zoals China). Er komen ook handelsbesprekingen met Groot-Brittannië, dat zich opmaakt om de EU te verlaten. Naarmate de deadline voor het ondertekenen van de scheidingsvoorwaarden nadert, zullen de onderhandelaars eind 2018 doorgaan tot in de vroege uurtjes, om nog op tijd te zijn voor zijn lange weg naar goedkeuring tegen maart 2019.

Migratie wordt een ander thema. Na de trauma’s van 2015-2016 zullen de EU-leiders proberen te voorkomen dat het aantal vluchtelingen dat de Middellandse Zee oversteekt, weer stijgt. Met hun steun zal Italië blijven praten met de milities in Libië, die de stroom hebben ingedamd.

Het meningsverschil over de verdeling van de migranten kan opgelost geraken, als de weerspannige EU-regeringen erin zouden toestemmen een symbolisch aantal vluchtelingen rechtstreeks uit Afrika en het Midden-Oosten op te nemen.

Diepe breuken

Maar relatieve kalmte op dat front zal de diepere breuken in de Europese Unie niet helen. Daarvan is het Catalaanse probleem nu het spectaculairste. In de aanloop naar verkiezingen in Hongarije zal premier Viktor Orban in het voorjaar zijn kenmerkende mix van xenofobische bekrompenheid en anti-Brussel-gebral nog wat luider laten horen.

De aanvallen van de Poolse regering op de rechterlijke macht en andere instellingen kunnen de Europese Commissie ertoe brengen de eerste stap te zetten naar het schorsen van het Poolse stemrecht in de EU.

Andere Oost-Europese regeringen zijn op hun hoede voor de Hongaren en Polen, maar ze zijn zeer eensgezind als het gaat om de vette subsidies uit de EU-begroting. In de lente beginnen de regeringen te debatteren over een Commissie-voorstel over de begroting voor wel zeven jaar vanaf 2020. Het wordt een hard gevecht.

Het vertrek van Groot-Brittannië slaat een jaarlijks weerkerend gat van 9 tot 10 miljard euro in de begroting. Sommige nettobetalers willen dat meer geld gaat naar gemeenschappelijke prioriteiten, zoals migratie en defensie, en minder naar autowegen en riolen in Oost-Europa. Duitsland kan de begrotingsdebatten ook gebruiken om zwakkere economieën tot hervormingen aan te zetten.

Stimulans afbouwen

Dat zal bijdragen tot een breder debat over de opbouw van de eurozone. Daar heeft het voltooien van de bankenunie prioriteit. Die mist nog een gemeenschappelijk vangnet voor banken in problemen en een depositogarantiestelsel voor heel Europa. Als het Duitse verzet overwonnen kan worden, worden misschien institutionele veranderingen mogelijk, zoals de versterking van het Europees Stabiliteitsmechanisme, het Europese bail-outfonds.

Al die onderhandelingen zullen ook de vraag oproepen wie Mario Draghi zal opvolgen als voorzitter van de Europese Centrale Bank (ECB). Zijn mandaat loopt eind 2019 af. Duitsland zou campagne kunnen voeren voor Jens Weidmann, de strenge gouverneur van de Bondsbank. Anderen zullen zich fel verzetten.

Zonder crisis van buitenaf blijven de economische wateren waarschijnlijk kalm, waardoor de ECB langzaam haar monetaire stimulansen kan afbouwen. De zwakste schakel is Italië. Zijn trage groei is een probleem, maar het grootste risico is dat de populistische Vijfsterrenbeweging de meeste stemmen haalt bij de verkiezingen in het voorjaar.

Griekenland

Buiten de EU blijven prikkelbare buren mogelijke een bron van instabiliteit: Rusland, de woelige westelijke Balkan, Turkije, dat afglijdt naar een autoritair systeem. Misschien breekt de EU met dat laatste land de aanslepende gesprekken over lidmaatschap af. Maar de regionale spanningen en de aanhoudende terreurdreiging zullen ook vaart zetten achter gesprekken over samenwerking op het gebied van inlichtingendiensten en defensie.

Het meest symbolische moment komt er in augustus, als de Griekse regering erin slaagt uit het steunprogramma te stappen. De verkeerde aanpak van de Griekse catastrofe leidde in 2010 tot de eurocrisis. Voor Griekenland weer naar de financiële markten kan stappen, wachten nog moeilijke onderhandelingen over de schuld van het land.

Maar wat is er beter om te tonen dat de EU het ergste achter de rug heeft, dan de bevrijding van haar meest geplaagde lidstaat?

De auteur, Tim Nuttal, is columnist bij The Economist

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content