En dan nu: goed nieuws
Bent u de woorden crisis, recessie, schulden, werkloosheid of begrotingstekort zo beu als koude pap? Laat dit artikel dan uw hart verwarmen. Optimisme moet en mag weer, dankzij het klavertjevier van het economisch herstel.
Bent u de woorden crisis, recessie, schulden, werkloosheid of begrotingstekort zo beu als koude pap? Laat dit artikel dan uw hart verwarmen. Optimisme moet en mag weer, dankzij het klavertjevier van het economisch herstel.
Hoe lang duurt ze nog, de chronische crisis waarin het Westen na de implosie van de schuldzeepbel gesukkeld is? Een vuistregel zegt dat de opkuis van een gebarsten schuldenzeepbel ongeveer even lang duurt als het opblazen van die zeepbel. In dat geval moet de westerse economie zeven tot acht jaar door de woestijn, en is het vandaag nog te vroeg om victorie te kraaien. Maar dat betekent niet dat er geen reden tot optimisme mag zijn. Onder het oppervlak gebeurt er heel wat, en dit klavertjevier legt het fundament voor een nieuwe opgaande fase in de wereld én in Vlaanderen: de innovators, de ondernemers, de investeerders en de energieleveranciers.
De innovators: iedereen zijn Silicon Valley
Harde economische tijden zijn vaak een goede voedingsbodem voor technologische doorbraken. De logica is eenvoudig: wie in moeilijke omstandigheden wil overleven, moet innovatief zijn. Geen wonder dus dat overal ter wereld wordt gepoogd het succes van Silicon Valley te imiteren. De Californische cluster van winstgevende en hoogtechnologische bedrijven voedt en vernieuwt zichzelf voortdurend. Silicon Valley is in de jaren zeventig niet als bij wonder ontstaan. Innovatie is nooit het resultaat van een onbevlekte ontvangenis. Al meer dan honderd jaar wordt in Californië geïnvesteerd in hightech.
In Vlaanderen zie je met wat goede wil her en der iets gelijkaardigs ontstaan. Al de ondernemersactiviteit van internetbedrijven in het zog van Netlog roept in het Gentse spontane vergelijkingen op met Silicon Valley. En we hebben het Leuvense imec en andere onderzoekscentra, die in heel de wereld worden geprezen. Maar de sector waar we de jongste jaren écht mee kunnen uitpakken, is de biotechnologie. Onze uitgebreide gezondheidszorg is de ideale voedingsbodem voor heel wat biotechbedrijven. Met dank aan de voorzichtigheid en visie van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie kunnen we nu spreken van een echte Vlaamse biotechcluster.
De ondernemers: met zes miljard zijn ze
Tot aan de val van de Berlijnse Muur eind 1989 en de marktgerichte hervormingen in China en India, was ondernemen vooral een zaak van West-Europa, Noord-Amerika, Japan, Australië en enkele kleinere landen. Dat is beeld is grondig veranderd. Zowat de hele mensheid leeft nu in een of andere vorm van vrijemarkteconomie. Een explosie van ondernemingszin was het gevolg. Voor gevestigde bedrijven, vooral in het Westen, vormt deze explosie een enorme uitdaging. Nieuwe ondernemingen schieten als paddenstoelen uit de grond, waar ook ter wereld. De enorme welvaartsstijging in landen als China, India en andere opkomende landen is in hoge mate het gevolg van de toenemende entrepreneurial drive. In combinatie met een forse toename van de voorraad menselijk kapitaal, een gevolg van beter onderwijs en intensievere training, zorgt de ervoor dat de welvaartskoek dagelijks groeit.
De investeerders: zij hebben de centen
Bedrijfsleiders met vijf minuten investeringsmoed, meer is in principe niet nodig om de westerse economie weer op de rails te krijgen. Tijdens de Grote Recessie van 2008-2009 klapten de bedrijfsinvesteringen in elkaar, om nooit echt te herstellen. Een klassiek en zichzelf voedend economisch herstel begint nochtans bij bedrijven die de investeringskraan opendraaien. Dat is de voorbije jaren niet gebeurd, met als gevolg dat het westerse bedrijfsleven een enorme investeringsachterstand opgelopen heeft. Een pessimist ziet daarin een hypotheek op onze toekomst, maar een optimist ziet het enorme inhaalpotentieel. Wat ontbreekt is de moed, of beter gezegd het vertrouwen om geld te pompen in een onzekere economische toekomst.
Iemand moet de impasse doorbreken, want het geld om de economie een zweepslag te geven is er, en wel in enorme hoeveelheden. Precies omdat ze de voorbije jaren zo weinig geïnvesteerd hebben, beschikken de bedrijven over grote cashreserves. Voor de VS en Europa worden de excessieve kasreserves (de cash die niet nodig is voor de normale bedrijfsuitoefening) geschat op elk ongeveer 2000 miljard dollar. Ook in België hebben de bedrijven een aardige spaarpot opzij gelegd van ongeveer 150 miljard euro aan cash en liquide middelen. Daar kan je al eens een nieuwe fabriek mee neerzetten.
De energieleveranciers: bijna alle remmen los
De energieprijzen hebben de voorbije decennia meer dan eens de groei van de wereldeconomie gefnuikt. Want een groeiende economie betekent meer vraag, en meer vraag betekent hogere energieprijzen. De laatste keer gebeurde dat in 2008, toen olieprijzen tot 147 dollar per vat mee het lot van de wereldeconomie bezegelden. Vandaag betaalt het Westen nog altijd stevig door voor een vat ruwe olie, maar tegelijk slinkt met de dag de kans dat de wereld zich opnieuw vastrijdt in energieschaarste.
Ooit zullen historici de 21ste eeuw omschrijven als een van de meest boeiende periodes in de energiegeschiedenis. Hernieuwbare energie mag dan soms worden gecontesteerd wegens de vele subsidies, maar de opmars ervan lijkt onstuitbaar. Tegelijk is de kans zeer klein dat fossiele brandstoffen deze eeuw al ten grave worden gedragen. Schaliegas en -olie drukken de prijs van energie, en verminderen de afhankelijkheid van de wereld aan het Midden-Oosten. Al profiteren vooral de Verenigde Staten daarvan, en mogen die zich zelfs laven aan een herindustrialisering, gebaseerd op goedkope energie.
Al wil dat niet noodzakelijk zeggen dat de prijs van energie zal dalen. Want de gigantische investeringen in nieuwe stroomproductie en in het transportnet, moeten worden terugverdiend. En laat dat het goede nieuws zijn: de wereldeconomie zal bij machte zijn om die investeringen terug te verdienen.
Door Johan Van Overtveldt, Daan Killemaes, Luc Huysmans, Roeland Byl en Stijn Fockedey. Een uitgebreidere analyse kan u deze week in Trends lezen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier