Mario Draghi, voorzitter van de Europese centrale bank (ECB), zet de deur wijd open voor drastische maatregelen om de veel te lage ‘inflatie’ de hoogte in te stuwen, ‘by whatever means necessary’.
De inflatie in de eurozone moet zo snel mogelijk weer stijgen naar het niveau van net onder de 2 procent waar de Europese Centrale Bank (ECB) naar streeft. De centrale bank zal daar alles aan doen wat binnen haar mogelijkheden en haar mandaat van prijsstabiliteit ligt, zei voorzitter Mario Draghi vrijdag op een conferentie in Frankfurt.
Op dit moment beperkt de ECB zich tot het opkopen van gedekte obligaties en herverpakte leningen om de markten van extra liquiditeit te voorzien. Als dat onvoldoende is om de vraag en daarmee het prijsniveau in de eurolanden een impuls te geven, zal de centrale bank ‘de omvang, het tempo en de samenstelling’ van het opkoopprogramma aanpassen. ‘By whatever means necessary’, luidde het. De kans is dus groot dat er een rondje QE (kwantitatieve versoepeling) volgt. QE is het instrument dat de Federal Reserve (Fed) eerder al gebruikte om de slabakkende economie aan te zwengelen.
Volgens Draghi is er de afgelopen jaren op finacieel valek veel verbeterd in de eurozone, maar het verwachte economisch herstel kwam er tot nader order niet. Het groeitempo is laag en ook de werkloosheid daalt slechts langzaam. Het lage vertrouwen in de economie wordt gemakkelijk verstoord, waardoor investeringen nog altijd op een laag pitje staan. Recente cijfers over de ontwikkelingen in de Europese industrie geven volgens Draghi aan dat een sterk herstel in de komende maanden onwaarschijnlijk is. Door de lage vraag is ook het tempo waarin de prijzen stijgen verder teruggezakt. Dat baart de ECB steeds meer zorgen.
De inflatieverwachtingen op korte termijn blijven voor de Italiaan ‘overdreven laag’. Tijdens de toelichting van Draghi zakte de euro tot onder de 1,25 dollargrens. (Reuters/Belga/BO)
