Defensie kampt overal met grote tekorten: België heeft grote militaire investeringen nodig
Federaal formateur Bart De Wever buigt zich de komende weken met de toekomstige coalitiepartijen onder meer over de gewenste defensie-investeringen. Dat is geen gemakkelijk dossier, wegens de beperkte budgettaire ruimte. Zelfs met stevige investeringen zal België nog een hele tijd aan het staartje van de NAVO-lidstaten bungelen.
Nu de schaduw van de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober over de federale formatiegesprekken hangt, schakelt de Wetstraat een aantal versnellingen lager. In de federale formatiegesprekken is het de bedoeling de komende weken te werken rond thema’s als migratie, justitie en defensie, waarvan verwacht wordt dat ze tot minder onenigheid leiden dan de sociaaleconomische twistpunten. De onderhandeling over defensie wordt echter geen gezondheidswandeling. Het is de bedoeling dat de Belgische defensie-uitgaven de komende jaren stijgen richting de NAVO-norm van 2 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Daarvoor moeten miljarden euro’s extra worden gevonden, terwijl tegelijk een begrotingssanering van 27 miljard euro nodig is.
4 miljard te weinig
In 2014 voldeden zeven NAVO-lidstaten aan die 2 procentnorm. Ondertussen zijn het er 24. Ondanks extra investeringen in defensie onder de regering-Michel en de regering-De Croo bengelt België nog altijd aan de staart van het peloton. “Volgens de NAVO geven we dit jaar 7,9 miljard euro uit aan defensie, of 1,3 procent van het bbp. Om aan 2 procent te raken is dat 4,1 miljard euro te weinig”, zegt Herman Matthijs, defensiespecialist en professor openbare financiën (VUB, UGent).
“Daarnaast is er nog de investeringsnorm van 20 procent: een vijfde van de militaire uitgaven moet gaan naar investeringen in materiaal. België zat lang aan 15 procent. Om aan 20 procent te komen moeten we in de begroting van 900 miljoen naar minstens 1,2 miljard euro gaan. Daar is nog geen plan voor. Het grootste deel van het budget gaat naar personeel en werkingskosten.”
‘De NAVO raamt dat we dit jaar 7,9 miljard euro uitgeven aan defensie. Om aan de 2 procentnorm te raken is dat 4,1 miljard euro te weinig’
Herman Matthijs, VUB, UGent
De laagste NAVO-ambitie
In de afgevoerde supernota van formateur Bart De Wever (N-VA) staat de ambitie om 1,8 procent van het bbp aan defensie te besteden tegen 2029. “Dat wordt beschouwd als een opvallende verhoging. Nochtans zou dat de laagste ambitie van alle Europese NAVO-landen zijn”, waarschuwt Michelle Haas, onderzoeker defensiebeleid aan de UGent. “In de tabel van de supernota staat 1,991 miljard euro extra voor defensie. Rekening houdend met de economische rapporten over de groei voor de komende jaren lijkt dat onvoldoende om die 1,8 procent-doelstelling te halen. De berekening van de defensie-uitgaven gebeurt trouwens niet overal op dezelfde manier. Sommige landen nemen de steun aan Oekraïne en de pensioenen van militairen mee in het budget, wat het totale bedrag uiteraard optrekt. België doet beide en zelfs dan blijven we zwak scoren.”
Om alle munitievoorraden op peil te krijgen doet het bedrag van 7 miljard euro de ronde. Het huidige budget van 3 miljard euro is ruim onvoldoende.
Wel is Michelle Haas minder streng dan Herman Matthijs over de 20 procentnorm voor investeringen in militair materieel. “Vorig jaar voldeed België slechts nipt aan die norm, in 2024 halen we die niet. Maar veel landen zitten al ver voorbij die norm. De NAVO-lidstaten hebben de afgelopen tien jaar met hun investeringen een significante inhaalslag gemaakt. België blijft dus achteroplopen. Die 20 procent is niet zomaar een percentage. Het is een richtsnoer om je militaire slagkracht op lange termijn te kunnen garanderen. Inherent aan defensie is het constant doorvoeren van moderniseringsprocessen in alle componenten. Nieuwe bedreigingen vergen nieuwe benaderingen en investeringen. Er wordt continu aan onderzoek en ontwikkeling gedaan.”
Volgens Herman Matthijs is de 20 procentnorm voor militair materieel onvoldoende voor België. “Om de tekorten aan te vullen moet het investeringspeil naar 30 procent per jaar gaan.” Matthijs maakte een overzicht van die lacunes: defensie kampt zowat overal met grote tekorten.
Luchtafweer stond al op de agenda
De voorbije dagen ging veel aandacht naar het feit dat België geen luchtafweer of antiraketsystemen heeft, terwijl het gastland is voor de NAVO en de instellingen van de Europese Unie, en belangrijke havens heeft. Matthijs: “Tegen ballistische raketten, vliegtuigen en kruisraketten kan het Patriot-luchtafweersysteem dienstdoen. Wel is zo’n unit duur, met 900 miljoen euro per stuk. Stel dat we er daarvan vijf bestellen, dan kost dat rond 4,5 miljard euro.”
“Luchtafweer stond al een tijdje op de agenda”, zegt Michelle Haas. “Ook de vorige regering wilde daar werk van maken. Maar er is onvoldoende budget voor vrijgemaakt.” De beslissing om in luchtafweer te investeren werd nog door de ontslagnemende regering-De Croo genomen, maar er is nog geen duidelijkheid over de timing en de aantallen. Bovendien heeft België zich in 2022 aangesloten bij het European Sky Shield Initiative (ESSI). Onder impuls van Duitsland willen verschillende NAVO-landen via gezamenlijke aankopen tot een Europees luchtafweersysteem komen.
Tekort aan munitie
Een ander heikel punt is het tekort aan munitie. Marc Thys, gewezen chef van de landmacht, stelde de discussie op scherp door te stellen dat Belgische militairen bij een gewapend conflict zeer snel “met stenen zouden moeten gooien, omdat de munitie op is”. Een boutade? Niet volgens Herman Matthijs: “Aangezien het Belgisch leger amper munitievoorraden heeft, lijkt dat een topprioriteit. Dat zou dan moeten gaan over jaarlijkse bestellingen à rato van 750 miljoen euro.”
‘Het Nederlandse defensiebudget van 21 miljard euro is drie keer hoger dan het Belgische. Het bokst in een andere gewichtsklasse’
Michelle Haas, UGent
Luitenant-generaal Frédérick Goetynck, die verantwoordelijk is voor het beheer en de aankoop van het militaire materieel, waarschuwde ook al meermaals dat het aanvullen van de munitiestocks een absolute prioriteit moet zijn. Dat gaat van de aankoop van kogels tot obussen en raketten. Momenteel maakt het Belgisch leger gebruik van maar liefst driehonderd types munitie. Niet alleen die voorraden moeten worden aangevuld, er moet de komende jaren ook munitie worden aangekocht voor de nieuwe wapensystemen op de F-35A-gevechtsvliegtuigen, mijnenjagers en fregatten. Het gaat om nieuwe technologie die nog meer dan vroeger gedigitaliseerd is. Kortom, het huidige budget van 3 miljard euro is ruim onvoldoende. Om alle munitievoorraden op peil te krijgen doet het bedrag van 7 miljard euro de ronde.
Betekent dit dat andere militaire investeringen daarvoor moeten wijken? “Dat niet zozeer”, nuanceert Michelle Haas. “Uiteraard beperken wapensystemen zonder munitie je inzet en stel je je zo uitermate kwetsbaar op. Binnen defensie is er een consensus dat die munitievoorraad opnieuw moet worden opgebouwd, want er zijn ernstige tekorten. Maar op heel korte termijn naar een munitievoorraad van dertig standaarddagen gaan, wat de NAVO-norm is, is geen evenwichtig beleid. Je moet de prioriteiten tegen elkaar afwegen. Zo moet België in de NAVO een essentiële logistieke rol opnemen, zodat munitievoorraden kunnen worden verplaatst. Ook dat vraagt investeringen.”
Elf F-35’s te weinig
Het is echter niet allemaal kommer en kwel bij defensie. Volgend jaar komen de eerste van de 34 bestelde F-35A-gevechtsvliegtuigen aan in België. Alleen: België heeft elf F-35A’s te weinig gekocht om te voldoen aan de NAVO-norm van 45 vliegtuigen. “Stel dat we er 16 bijkopen om aan vijftig vliegtuigen te komen, verdeeld over de basissen van Peer en Florennes, dan kost dat 1,3 miljard euro”, berekende Herman Matthijs. “En dat is welkom, want er zullen weleens toestellen uitvallen, zoals met de F-16 is gebeurd.”
Bovendien staan nog andere toestellen op het boodschappenlijstje van de luchtmacht, als België ten overstaan van de NAVO-bondgenoten geen mal figuur wil slaan. In defensiekringen is men tevreden dat er acht Airbus A400M-transportvliegtuigen zijn gekocht om de oude C-130’s te vervangen. “Ook daarvan kan België zeker bijkomende toestellen gebruiken”, stelt Herman Matthijs: “Vier extra Airbus A400M’s kosten 700 miljoen euro. Transporthelikopters hebben we helemaal niet. Nederland heeft wel de nieuwste versie van de Chinook besteld.” Aan zes zulke toestellen hangt een prijskaartje van 600 miljoen euro. Een andere lacune zijn gevechtshelikopters. “Dan spreken we over toestellen zoals de Apache en de Tigre. Voor twaalf van die heli’s betalen we al snel 1 miljard euro”, zegt Matthijs.
Tegen ballistische raketten, vliegtuigen en kruisraketten kan het Patriot-luchtafweersysteem dienstdoen. Wel is zo’n unit duur. Stel dat we er daarvan vijf bestellen, dan kost dat rond 4,5 miljard euro.”
Herman Matthijs, VUB, UGent
Fregatten nodig of niet?
Een onderdeel van de Belgische defensie dat goede punten krijgt, is de marine, vooral omdat België hier een efficiënt partnerschap heeft met de Nederlandse marine. Al dreigen we de rol te moeten lossen. Onze noorderburen plannen de aankoop van twee extra fregatten, boven op de zes die ze al hebben. In België ligt de aankoop van een derde fregat op tafel. “Waar samenwerking mogelijk is tussen de Belgische en Nederlandse marine, staat die ook”, zegt Michelle Haas. “Experts wijzen op het belang van een drieslag of vierslag. Als je één fregat operationeel wilt hebben, moet je minstens over drie exemplaren beschikken.”
Lees verder onder de foto
Volgens Matthijs is dat geen prioriteit: “Zo’n derde fregat kost 1,2 miljard euro. Voor dat bedrag heb je vijftien nieuwe F-35’s. De NAVO vraagt dat eigenlijk niet en wil dat de marine inzet op bijkomende goede bewapende patrouillekorvetten, om het Kanaal, een van de drukste vaarroutes ter wereld, en de Antwerpse-Brugse haven te beschermen. Je kunt drie stuks aanschaffen voor elk 45 miljoen euro. Momenteel heeft de marine twee kleinere van die schepen.”
Michelle Haas begrijpt dat België en Nederland vaak met elkaar worden vergelijken, maar nuanceert: “Het Nederlandse defensiebudget van 21 miljard euro is drie keer hoger dan het Belgische. Het bokst in een andere gewichtsklasse, op zowat alle domeinen.”
Tanks voor Nederland
Vorige week raakte bekend dat onze noorderburen vijftig Leopard-tanks wil kopen. Kostprijs: tussen 206 en 315 miljoen euro per jaar, personeel inbegrepen. Net als België had Nederland zijn tanks verkocht. Afgezien van de achttien pantservoertuigen die het van Duitsland huurt, heeft het sinds meer dan tien jaar geen tanks meer.
Ons land heeft wel bijna driehonderd licht gepantserde gevechtsvoertuigen van het type-Griffon besteld. De eerste worden in 2025 geleverd. De Griffons kregen onlangs kritiek van Franse defensie-experts. Ze zouden ongeschikt voor intense gevechtsoperaties zoals in Oekraïne. Ze zijn eerder ontworpen voor vredesmissies. De Griffons bieden onvoldoende bescherming tegen zware oorlogsmunitie. Moet België hier het geweer van schouder veranderen? Haas: “Nederland kijkt voor zijn landcomponent naar het oosten en zet eerder in op tanks, België werkt de komende jaren een strategisch partnerschap uit met Frankrijk. Ik zie België op korte of zelfs middellange termijn niet kiezen voor zware pantservoertuigen. Het budget dat de politiek vrijmaakt, is momenteel te beperkt voor zo’n bijkomende capaciteit.”
“België heeft geen interesse in tanks”, besluit Herman Matthijs. “Er zijn hier ook geen eenheden om die te bemannen. Nochtans zijn tanks relatief gezien niet zo duur. 25 tanks heb je voor nog geen miljard euro.”
Beluister ook onze podcast
In de dagelijkse podcast van Trends-Kanaal Z van dinsdag 10 september legt Peter De Keyzer uit wat het belang is van de nieuwste Nederlandse defensienota, waarmee onze noorderburen zich profileren als een serieuze speler op het geopolitieke toneel, en voldoen aan hun NAVO-verplichtingen. Beluister hier:
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Meer kazernes nodig
Als België extra militair materiaal aankoopt, van munitie tot voertuigen, is er ook ruimte nodig om die te stockeren. En als vanaf volgend jaar de nieuwe F-35A’s aankomen, is een nieuwe infrastructuur nodig waar ze kunnen worden onderhouden en waar vluchtsimulators aanwezig zijn. Voor die vloot worden nieuwe complexen gebouwd in Florennes en Kleine-Brogel. Verder staat een modernisering van de luchthaven van Zaventem op de agenda, een nieuw defensiehoofdkwartier in Evere, plus een upgrade van de kazernes van Marche-en-Famenne en Leopoldsburg. Ook de bouw van twee nieuwe kazernes staat gepland. Op tien jaar is dat een investering van 4,5 miljard euro.
“Momenteel is de infrastructuur ondermaats om extra personeel op te vangen”, weet Herman Matthijs. Nochtans is het de bedoeling dat het aantal militairen en burgers dat bij defensie werkt, toeneemt van 26.000 vandaag naar 29.000 in 2030. Matthijs: “De militaire keukens zijn niet berekend op dat personeel. Er zijn zelfs geen bedden genoeg.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier