Kris Voorspools
‘De overheden profileren zich als onbetrouwbare partner in de energietransitie’
‘Bedrijven die de juiste keuzes maakten, worden hard getroffen, terwijl business as usual buiten schot blijft en zelfs beloond of gecompenseerd wordt. Zo haken investeerders af.’ Dat zegt Kris Voorspools van 70GigaWatt Consulting.
In de energietransitie moeten we weg van fossiele brandstoffen en de omslag maken naar veel meer hernieuwbare energie en betere energie-efficiëntie. Die omslag moet er overal komen: in de energievoorziening, het transport, de gebouwen, de industrie. Daar is ondertussen iedereen van overtuigd. Toch blijft die transitie een zeer moeilijk verhaal in de praktijk.
Dat heeft veel met perceptie te maken. De groene sector krijgt nog altijd een geitenwollensokkenstempel. Dat zijn allemaal sympathieke en ietwat naïeve wereldverbeteraars, maar eigenlijk moet je dat niet ernstig nemen als volwaardige economische activiteit. Als een olieconcern jaar na jaar miljardenwinsten boekt, vinden we dat allemaal normaal. We zijn dat gewoon. Maar als een windmolen break-even draait, is dat toch een beetje raar. Als een investeerder plots zelfs winst durft te maken dankzij zonnepanelen, dan moet er overduidelijk drastisch ingegrepen worden. Dat kan en mag niet.
Vreemd toch? Enerzijds verwachten we dat hernieuwbare energie en energie-efficiëntie de volledige economie gaan voeden. Anderzijds vinden we het toch wel heel verdacht dat bedrijven die investeren in die transitie winstgevend zouden zijn.
In de toekomst zullen hernieuwbare energie en energie-efficiëntie gezonde economische activiteiten zijn, of ze zullen niet zijn. In diezelfde toekomstige economische realiteit zullen andere activiteiten, die nu nog altijd zeer rendabel zijn, geen plaats meer hebben. Die energietransitie moet sterk ingebed zijn in een gezond en faciliterend economisch kader. In die gezonde economie zullen er altijd bedrijven zijn die winsten boeken, anders is die economie niet gezond. Winsten zullen verschuiven van de olieconcerns naar de windboeren, de zonoogsters en de efficiëntiegoeroes.
Een economisch kader dat in lijn ligt met de doelstellingen is vanzelfsprekend, maar het beleid lijkt daar anders over te denken. Daar is het concept van een gezonde groene sector nog altijd wat ongemakkelijk. Daarom even een wake-upcall. Beleid, waar zijn jullie in godsnaam mee bezig?
Overwinstbelasting
Het is u niet ontgaan, de stroomprijzen waren de afgelopen jaren extreem hoog. De oorzaak lag bij enorm hoge gasprijzen vanwege de invasie van Oekraïne, waar de levering van aardgas als economisch wapen gebruikt werd.
Economische activiteiten die niet afhankelijk zijn van aardgas, hadden daar minder last van. Sterker nog, sommige van die bedrijven doen het zelfs uitzonderlijk goed. Die bedrijven krijgen zo een voorsmaakje van wat ons te wachten staat in de energietransitie: een gezonde economische bedrijfsvoering zonder fossiele brandstof. Geweldig toch?
Europa, gevolgd door onze federale overheid, denkt daar anders over. Die overwinst mag niet. Correctie, het woord “overwinst” wordt zelfs niet gebruikt in het wetsvoorstel. Het gaat over een “plafonnering van marktinkomsten van elektriciteitsproducenten”. Er wordt dus zelfs niet gekeken of een bedrijf winst maakt of niet; het is perfect mogelijk dat zelfs de omzet van een verlieslatend bedrijf op die manier wordt afgepakt.
De overheden profileren zich als onbetrouwbare partner in de energietransitie.
Bovendien zijn producenten die gebruikmaken van brandstoffen vrijgesteld van die omzetbelasting. In regel wordt stroomproductie die gebruikmaakt van “brandstoffen” vrijgesteld van de plafonnering van marktinkomsten. Daarbij gaat het enkel over fossiele brandstoffen (zelfs het gebruik van steenkool wordt vrijgesteld), terwijl stroomproductie met biobrandstoffen wel moet bijdragen. Kortom, de brandstoffen die we weg willen uit de energievoorziening worden gespaard, en alle energievormen die de toekomstige economie gaan voeden worden bijkomend belast.
Certificatenknip
Om de transitie naar hernieuwbare energie en energie-efficiëntie op gang te brengen werd steun verleend in de vorm van groenestroom- en warmtekrachtcertificaten. Dat is niet abnormaal. Een nieuwe economische activiteit heeft wel een duwtje in de rug nodig om te kunnen opboksen tegen de gevestigde waarden. Vooral als het de bedoeling is dat die nieuwe activiteiten de boel volledig overnemen.
Die certificaten waren ook een belangrijke voorwaarde voor banken om die nieuwe activiteiten te financieren. Het zorgde voor een stabiele bron van omzet over een vooraf bepaalde termijn.
Maar daar denkt de Vlaamse regering nu anders over. Door de hoge stroomprijzen leeft ook daar het vermoeden dat met de productie van hernieuwbare energie of warmtekrachtkoppeling buitensporige winsten gemaakt worden. Dus moet er grondig geknipt worden in de toekenning van die certificaten. Ook daar wordt niet gekeken of de betrokken bedrijven winstgevend zijn of niet. Er wordt enkel academisch gerekend wat de theoretische winst is van een referentie-installatie. Eenheidsworst. In de realiteit zal elke individuele installatie heel anders zijn dan die referentie. Sommige zullen inderdaad winstgevend zijn (als ze min of meer dezelfde keuzes hebben gemaakt als de aannames in de referentieberekening), maar andere zullen amper break-even draaien.
Hoe dan ook verandert de knip in de certificaten retroactief de afspraken die gemaakt zijn met die bedrijven. Een systeem dat de nodige stabiliteit verzekerde voor de banken om mee te investeren in de energietransitie wordt zo onderuit gehaald.
Et alors?
Of het nu gaat over een knip in de certificaten of het plafonneren van marktinkomsten, het resultaat is hetzelfde. Sommige bedrijven zien hun winst verdwijnen, andere bedrijven zullen onherroepelijk failliet gaan. Voor alle duidelijkheid: het gaat hier specifiek over bedrijven die juiste keuzes maakten die in lijn zijn met de doelstellingen van de energietransitie. Bedrijven die door de overheden aangemoedigd, gesteund en beloond zouden moeten worden.
Die recente ontwikkelingen schetsen een erg somber beeld voor de toekomst. Bedrijven die de juiste keuzes maakten worden hard getroffen, terwijl business as usual buiten schot blijft en zelfs beloond of gecompenseerd wordt. De overheden profileren zich zo als onbetrouwbare partner in de energietransitie. Beleid moet toestaan dat duurzaam ondernemen meer is dan een sympathiek geitenwollensokkenverhaaltje, maar een ernstige en gezonde winstgevende activiteit. Zonder stabiele partner haken investeerders af.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier