De Belgische werkzaamheidsgraad van de 25- tot 64-jarigen is met 75,8 procent een van de laagste van de Europese Unie. Trek die op naar het Europese gemiddelde van 78 procent en dat zorgt voor 10,8 miljard euro extra middelen, berekent de econoom Eric Dor. Dat komt overeen met het bedrag dat de regering-De Wever wil vinden voor de begrotingssanering.
Tijdens de lopende begrotingsbesprekingen draait de discussie vaak om hogere belastingen om de overheidsfinanciën onder controle te krijgen. Een hogere effectentaks en eventueel een miljonairstaks, een hogere btw, zwaardere belastingen op aanvullende pensioenen, enzovoort. Er lijkt veel minder aandacht te gaan naar maatregelen die de werkzaamheidsgraad optrekken, wat nochtans een dubbele winst zou betekenen voor de regering. Enerzijds moeten er dan minder uitkeringen aan werklozen worden betaald, anderzijds zorgen extra banen voor meer belastinginkomsten via sociale bijdragen en verhogen wellicht de btw-opbrengsten dankzij meer consumptie.
In de voorstellen van eerste minister Bart De Wever (N-VA) is er sprake van een strengere opvolging van de langdurig zieken, en dat is het dan. Misschien ligt de focus tijdens het lopende begrotingsconclaaf minder op maatregelen om de Belgen meer en langer aan het werk te houden omdat de regering daar de voorbije maanden al een aantal belangrijke beslissingen heeft genomen. Het beperken in de tijd van de werkloosheidsuitkeringen, een pensioenmalus die voor langere loopbanen moet zorgen, een flexibelere arbeidsmarkt. Dat moet de werkzaamheidsgraad op langere termijn optrekken. De vraag blijft of die maatregelen daarvoor voldoende zullen zijn.
Europees gemiddelde halen niet zo moeilijk
De impact van een hogere werkzaamheidsgraad op de overheidsfinanciën kan moeilijk overschat worden. Dat leren recente berekeningen van de Belgische econoom Eric Dor, verbonden aan de Iéseg School of Management in Rijsel. In zijn studie Les finances publiques de Wallonie, Bruxelles et Belgique dégradées par des taux d’emploi trop bas toont hij aan hoe de Belgische staatskas miljarden misloopt door een te lage werkzaamheidsgraad.
Momenteel is in België 75,8 procent van de 24- tot 65-jarigen aan de slag. Dat is het vijfde laagste cijfer van de Europese Unie. Enkel Griekenland, Spanje, Roemenië en Italië doen slechter. Dor is van oordeel dat België op zijn minst moet proberen het Europese gemiddelde van 78 procent te halen, “wat niet zo veeleisend is”, stelt hij. Dat zou de Belgische staatskas 10,8 miljard euro kunnen opbrengen dankzij minder uitkeringen en meer fiscale inkomsten. Dat is uitgerekend het bedrag dat de regering-De Wever wil vinden om de begroting de komende jaren te saneren.
Volgens de berekeningen van Dor doet die 10,8 miljard euro het begrotingstekort dalen tot onder 3 procent van het bruto binnenlands product (bbp), de norm die de Europese Commissie vooropstelt. “Hadden we die werkzaamheidsgraad de voorbije jaren gehaald, dan bedroeg het begrotingstekort 2,7 procent in 2024. Er zouden geen extra besparingen nodig zijn geweest”, aldus Eric Dor. “Het is dus noodzakelijk om de werkzaamheidsgraad op te trekken, zeker in Wallonië en Brussel.”
Wallonië en Brussel blijven ondermaats presteren
In de studie van de econoom worden de regionale verschillen in de werkzaamheidsgraad nog eens pijnlijk duidelijk. Dor maakt daarbij een onderscheid tussen de werkzaamheidsgraad van de 25- tot 54-jarigen – “in deze groep is er weinig kans op arbeidsuitval” – en die van de 55-plussers.
In Vlaanderen is 89,8 procent van de 25- tot 54-jarigen aan de slag. Daarmee staat de regio op de 24ste plaats in een ranking van 92 Europese regio’s. Niet slecht, maar ook niet indrukwekkend. De situatie in Wallonië en Brussel met een respectievelijke werkzaamheidsgraad van 80,5 en 78,3 procent in die leeftijdscategorie is dramatisch slecht. In de Europese ranking staan ze op een 86ste en 89ste plaats.
Eenzelfde beeld is er bij de werkzaamheidsgraad van de 55-plussers. De werkgelegenheidsgraad van 55- tot 64-jarigen ligt in heel België aanzienlijk lager dan die van 25- tot 54-jarigen. Die werkgelegenheidsgraad is echter hoger in Vlaanderen (67,1%) dan in Brussel (61,8%) en in Wallonië (58,3%). Brussel en Wallonië staan opnieuw onderaan in de Europese ranglijst van de regio’s, met respectievelijk de 77ste en 84ste plaats. Zelfs in Vlaanderen is de werkgelegenheidsgraad van 55- tot 64-jarigen laag in vergelijking met de rest van Europa. Dus ook de Belgische regio met de meeste banen moet nog een inhaalbeweging maken.