Britse overheidsschuld loopt op tot 2 biljoen pond door coronamaatregelen
De Britse overheidsschuld is voor het eerst gestegen tot meer dan 2 biljoen (2.000 miljard) pond. Dat meldt het Britse statistiekbureau ONS vrijdag.
De Britse overheidsschuld is in juli van dit jaar opgelopen tot 2,004 biljoen pond (ruim 2,2 biljoen euro) en ligt nu 227,6 miljard pond hoger dan eind juli vorig jaar, blijkt uit cijfers van het Britse statistiekbureau ONS vrijdag.
Daarmee is de overheidsschuld opgelopen tot 100,5 procent van het jaarlijkse bbp. Het is voor het eerst sinds 1961 dat de Britse overheidsschuld hoger ligt dan het jaarlijks bruto binnenlands product van het land.
Dat de overheidsschuld zo fors is opgelopen, is een gevolg van de coronacrisis. De overheid geeft namelijk meer geld uit om de Britse bedrijven en particulieren te ondersteunen tijdens de crisis, en bovendien daalden de inkomsten uit belastingen door de lockdownmaatregelen.
De overheid liet een ‘enorme toename’ van de overheidsschuld toe in de afgelopen vier maanden, zegt analist bij Capital Economics Andrew Wishart. ‘Door de zeer lage financieringskosten zal de overheid wel in staat zijn om ook de volgende fase van het herstel van de economie te ondersteunen’, verduidelijkt hij.
‘Deze crisis heeft de overheidsfinanciën stevig onder druk gezet, aangezien we maatregelen hebben genomen om miljoenen banen, bedrijven en gezinnen te ondersteunen’, aldus minister van Financiën Rishi Sunak. ‘De cijfers van vandaag zijn een duidelijk signaal dat we de overheidsfinanciën op het gepaste moment weer op orde moeten brengen. Dat zal gepaard gaan met het nemen van moeilijke beslissingen’, voegt hij eraan toe.