Banken verlengen betalingsuitstel voor ondernemingen

Vincent Van Peteghem © Belga Image
Patrick Claerhout
Patrick Claerhout redacteur bij Trends

De banken verlengen het betalingsuitstel voor ondernemingen tot eind juni. Bovendien wordt de maximale termijn van het betalingsuitstel in sommige gevallen opgetrokken van negen naar veertien maanden.

De kritiek op de banken klonk de voorbije weken heel luid. Ze zouden te weinig mededogen tonen om ondernemers in moeilijkheden te helpen. Met de verlenging van het betalingsuitstel voor bedrijfskredieten tot eind juni pareert de banksector nu een deel van die kritiek. “We hebben altijd gezegd dat we in deze crisis bondgenoten van de ondernemingswereld zijn”, zegt Karel Baert, de CEO van de sectorfederatie Febelfin. “Dit akkoord bevestigt onze consequente houding.”

Febelfin kwam met minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) overeen om het betalingsuitstel voor ondernemingskredieten, dat liep tot eind maart, met nog eens drie maanden te verlengen tot eind juni. Het grote probleem was dat veel ondernemingen op dat moratorium geen beroep meer zouden kunnen doen omdat ze de maximale termijn van negen maanden al hebben opgebruikt. Het systeem is al sinds april 2020 in voege.

Vanwaar die termijn van negen maanden? De European Bank Authority (EBA) voorziet dat banken maar negen maanden betalingsuitstel kunnen toekennen zonder dat ze daar extra kapitaal voor opzij moeten zetten. Die maatregel moet voorkomen dat banken te weinig zicht hebben op de onderliggende kredietkwaliteit en de terugbetalingscapaciteit van de kredietnemer. Daardoor zouden ze de risico’s te laag kunnen inschatten.

Voorwaarden

Nu hebben de banken in België beslist dat ze gezonde ondernemingen, ongeacht de sector, die hun negen maanden betalingsuitstel op dit moment al hebben opgebruikt tot vijf maanden extra respijt geven, tot eind juni. Dat brengt de maximale termijn in hun geval op veertien maanden. Hun krediet komt dan in de boekhouding van de banken wel in een hogere risicoklasse terecht. Dat verplicht de banken om er meer kapitaal tegenover te zetten onder de vorm van kredietprovisies, die de winst drukken.

“Dit is een ongezien engagement vanuit de banksector om alle bedrijven die voor de crisis gezond waren de kans te geven deze crisis te overbruggen”, beklemtoont Baert. De banken stellen wel voorwaarden aan die financiële gezondheid en levensvatbaarheid.

Bedrijven worden als niet gezond beschouwd als ze eind 2019 een negatief eigen vermogen hadden en voldeden aan één van vier criteria. Die hebben betrekking op eerdere achterstallen op kredieten (los van de moratoria), achterstallen bij de belastingen of de RSZ (los van de steunmaatregelen van de overheid), een negatief resultaat in 2019, of een tekort om het kapitaal te versterken in geval van een negatief netto-actief.

Daling kredieten onder moratorium

Dat de banken dit engagement kunnen nemen, heeft mede te maken met de forse daling van de ondernemingskredieten onder moratorium sinds eind vorig jaar. Medio januari stonden er nog maar 26.000 zulke kredieten op betaalpauze, voor een totaal bedrag van 5,2 miljard euro. In september 2020 ging het nog om 24,3 miljard euro bij in totaal 141.000 leningen.

Die daling is te danken aan het feit dat de tweede lockdown de Belgische economie veel minder hard getroffen heeft dan de eerste. Volgens de NBB was er in het vierde kwartaal van 2020 zelfs een lichte economische groei van 0,4 procent. Ook de verlenging van de fiscale steunmaatregelen van de overheid gaf de bedrijven zuurstof.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content