Luxe aan je lijf

Het Belgische herenmodehuis Scabal pakt uit met een luxecollectie van formaat: Nr. 12, naar analogie van het huisnummer van de Scabalwinkel op Savile Row. Reportage vanuit dit statige stukje Londen.

Het is een rustige ochtend op Savile Row. Weinig passanten in dit streepje Mayfair, maar we zijn gewaarschuwd: achter de statige gevels gonst het van de bedrijvigheid. Tot in de kelders van deze herenhuizen wordt naarstig gewerkt. Jonge apprentices kijken toe hoe oudere heren een stof verknippen, en dromen ervan over enkele weken zelf de schaar te mogen hanteren. Elders legt een kleermaker de laatste hand aan een knoopsgat – met de hand welteverstaan.

Al meer dan 150 jaar komen heren van stand naar deze plek in Londen om zich een nieuw kostuum aan te schaffen. Let wel, ze nemen het doorgaans niet meteen mee naar huis. Er komt wel wat bij kijken: maten opnemen, stoffen kiezen, voering, knopen. Na twee à drie pasbeurten kan het pak mee huiswaarts, en wordt de rekening vereffend. In stilte. Want luxe is ook … discretie.

Volledig vernieuwd

Dat is niet anders op nr. 12, waar Scabal sinds veertig jaar gevestigd is. De winkel is sinds april compleet vernieuwd, en dat merk je. Warme tinten en veel leder zetten de toon voor een bedrijf dat de jongste vijf jaar meer en meer in de spotlights is komen te staan. Vooral de Hollywoodconnectie van Scabal wordt vaak in de pers aangehaald (Scabal leverde stoffen voor The Godfather, Titanic en Casino, maar ook voor Daniel Craig in zijn laatste Bondfilm), maar echte kenners weten dat het bedrijf met hoofdkwartier in Brussel een vaste waarde is in het topsegment van de stoffenleveranciers.

Zeventig jaar geleden begon Scabal als een bedrijf dat uitsluitend stoffen leverde aan kleermakers. Aanvankelijk beperkte de familie Thissen zich tot de Benelux, vanaf de jaren zeventig kwam de internationale expansie. “Een grote stap was de aankoop van de weverij in Huddersfield, in Groot-Brittannië”, zegt Gregor Thissen, een knappe veertiger die zelf het beste uithangbord van zijn bedrijf is. “Dat gebeurde in 1973 en heeft ons een stevige duw in de rug gegeven. We zijn bijvoorbeeld de eersten die ooit met een ‘Super 120’-kwaliteit van start gingen. Onze kernactiviteit vandaag is nog steeds de stoffen. Daarin ligt ook onze grootste competentie; alleen mag dat ons niet weerhouden om te diversifiëren. We maken sinds de jaren zeventig ook zelf kostuums, we zijn gestart met accessoires en we hebben eigen winkels. Op dat punt zijn er veel spelers op de markt; maar wat ons van de rest onderscheidt, is precies de kennis en de knowhow met betrekking tot de stoffen.”

Sterrenstoffen

Scabal kan prat gaan op een immense stoffencollectie, goed voor 5000 artikelen. Ieder seizoen pakt de stoffenleverancier uit met vijftien verschillende kwaliteiten, gaande van kasjmier tot zijde en mohair. In elke kwaliteit worden er dertig tot veertig dessins voorgesteld. Dat alles samen resulteert in maar liefst 600 nieuwe stoffen per seizoen.

Thissen haalt er de mooiste stoffen van Scabal bij. De ‘gold treasure’, de ‘diamond chip’, de ’22 carat stripe’, de ‘lapis lazuli’, de ‘summit’. Stoffen voor sterren en voor heren die al alles hebben. De ‘summit’ bijvoorbeeld gaat over de toonbank voor 1500 pond per meter. Alle Scabalstoffen worden ieder seizoen wereldwijd aangeboden aan kleermakers, via zogenaamde bunches, stofbundels die het bedrijf zelf vervaardigt en waarmee de klant inzicht krijgt in het aanbod. “We maken zo’n 40.000 bunches per jaar”, zegt Neil Hart, verantwoordelijke internal development en al zeventien jaar in dienst bij Scabal.” De stofstalen gaan naar maar liefst 65 landen waarin we werkzaam zijn. Onze klanten zijn toonaangevende kleermakers, maar ook ontwerpers. Wij leveren stoffen aan Brioni en talloze kleermakers hier op Savile Row, maar ook aan bekende namen als Tom Ford, Armani en Prada. Na de bestelling werken we uitermate snel aan een levering. Een voorbeeld: krijgen we op vrijdag een bestelling uit Australië binnen, dan leveren we de stof aan op maandag.”

Scabals bekendste klanten? George W. Bush, die via zijn kleermaker in Washington, Georges de Paris, Scabalstoffen om het lijf krijgt. Maar ook Vladimir Poetin, gewezen VN-secretaris-generaal Kofi Annan, Tom Cruise, Michael Bloomberg, de burgemeester van New York, en Michael Jordan, van wie geweten is dat zijn pakken dubbel zoveel stof vergen als bij een doorsneeklant. Hij bestelt ook steevast twintig pakken tegelijk. Of waren het er dertig?

Connoisseurs

Eind jaren zeventig startte Scabal met het maken van eigen herenpakken. Vandaag maken ze jaarlijks zo’n 100.000 stuks, in hun productie-eenheid in het Duitse Saarbrücken. Daarvan zijn er 80.000 made-to-measure-pakken, een niet te onderschatten aandeel in de productie.

” Customization is een buzz-word, maar in ons geval is die vorm van personalisering pure realiteit”, zegt Thissen.

“Het probleem is alleen dat veel mannen gewoon niet meer weten wat made-to-measure als maatwerk precies betekent. Er is veel goedkope made-to-measure op de markt.” Het is een van de redenen waarom het bedrijf uitpakt met Nr. 12, een exclusieve lijn van pakken die aangeboden wordt in zowel ready-to-wear als made-to-measure. Een samengaan van topklassestoffen met een niet te missen techniciteit. “Nr. 12 is uiteraard gelinkt aan ons adres op Savile Row, maar de onderliggende filosofie is veel belangrijker”, aldus Thissen. “Het is een collectie voor connoisseurs, voor mensen die luxe weten te appreciëren. In het geval van made-to-measure komen er heel authentieke technieken aan te pas. Zo wordt de stof gestoomd en gestreken voor hij met de hand geknipt wordt. Katoen en paardenhaar worden gebruikt ter versteviging van het voorpaneel. Alle stukken worden met de hand aan elkaar gezet. Het grote geheim van een goedgemaakt jasje is een perfect compromis tussen vorm en lichtheid. We hebben hier geopteerd voor de Engelse stijl, strak aan de schouder, een hoger zittende taille maar toch op alle fronten comfortabel.”

Er komen voorbeelden. Een jasje dat mooi de lijn van het lichaam volgt en supersoft aanvoelt, in de wandelgangen giaca camicia genoemd. Maar ook broeken uit de collectie die afwerkingen hebben meegekregen die gerealiseerd zijn met de hand. “Bepaalde dingen gebeuren met de machine, omdat ze met de hand geen beter resultaat zouden opleveren”, zegt Mario Acuri, technisch directeur van Scabal. En hij geeft het voorbeeld van de jaszakjes. Stel dat je die met de hand opnaait, dan zou je dat zelfs met het blote oog kunnen zien. Identiek zullen de jaszakjes in dat geval immers nooit zijn. “In zo’n jasje gaan dertig uur werk. We kunnen er slechts dertig per dag maken, 8000 per jaar. En dat doen we niet in Duitsland, maar wel in Italië, waar deluxe tailoring écht in het DNA zit. De Nr. 12 is een arbeidsintensief product, waardoor de levertermijn op zes weken komt te liggen.” (T)

Door Veerle Windels