LOWER COST CARRIER

WAT IS REGIONAAL ?

DAT werd opgericht in 1966 op de luchthaven van Deurne als Delta Air Transport. De maatschappij, een geesteskind van Freddy Van Gaever, nu aktief binnen VLM, verzorgde regionale lijn- en chartervluchten met kleine schroefvliegtuigen. Begin ’86 werd Sabena aandeelhouder, toen nog samen met KLM. De Nederlandse luchtvaartmaatschappij verdween mettertijd uit het kapitaal, Sabena houdt thans 80 % aan. De rest van de aandelen zit bij OMOB (10 %) en bij AG (10 %). Het eigen vermogen bedraagt vandaag bijna 500 miljoen frank. Ondanks de vlootvernieuwing dringt een kapitaalverhoging zich toch niet op, aldus algemeen direkteur Walter Vermeiren, “omdat we hebben geopteerd voor een operationele leasing van de 23 RJ85-toestellen via een Duitse financiële instelling. “

In ’94 beliep de nettowinst 38 miljoen frank bij een omzet van 2,5 miljard (3,6 miljard dit jaar). DAT vervoerde vorig jaar 922.225 passagiers, 110 % meer dan in 1990 toen 438.225 passagiers werden vervoerd, en goed voor meer dan een kwart van Sabena’s reizigers op het Europese netwerk.

HET IS EEN TREND,

zeker in Europa : de nationale luchtvaartmaatschappijen zetten hun regionale dochters in het zonnetje Swissair doet het met Crossair, Lufthansa doet het met Lufthansa CityLine, KLM met CityHopper, Air UK en Eurowings, Sabena met DAT. Maar wat ís een zogenaamde regionale luchtvaartmaatschappij ? Volgens de European Regional Airlines Association (ERAA) gaat het om een luchtvaartonderneming “die traditioneel uitsluitend korte-afstandsvluchten uitvoert gemiddelde afstand : 409 km, gemiddelde duur : 1,04 uur met jets die 19 tot maximum 120 zitplaatsen tellen. ” Volgens de ERAA is de gemidddelde ouderdom van een regionale vloot 7,7 jaar en worden momenteel 50 % van de Europese routes gevlogen door een regionale luchtvaartmaatschappij.

Van waar het plotse sukses van de regional carriers ? Walter Vermeiren : “Wij zijn lower cost carriers. DAT heeft een kleine struktuur, met een grote betrokkenheid van de werknemers, die ook enorm geresponsabilizeerd (kunnen) worden. Het bedrijf is bovendien jonger, waardoor de loonkosten lager en de flexibliteit hoger liggen. Zo werk ik bijvoorbeeld veel met deeltijds tijdelijk personeel ja, dit is aanvaard door de vakbonden én ook veel met on call personeel. Ik kan tot 15 % van mijn personeelsbestand invullen met on call nee, dáár zijn de vakbonden niet gelukkig mee. “

DAT evolueert naar 530 medewerkers, in voltijds ekwivalent slechts een goede 400. Ondanks de verdrievoudiging in aantal vervoerde passagiers tussen 1990 en nu, blijft de administratie van DAT kleinschalig, nauwelijks 30 man sterk.

CROSSAIR.

Walter Vermeiren verwacht ook veel van de synergieën met Crossair. “Op het gebied van het onderhoud kunnen wezenlijke besparingen gerealizeerd worden, ” zegt hij. “Nu reeds is afgesproken dat de Zwitsers het technisch onderhoud van de motoren van de nieuwe RJ-vloot zullen doen, en dat wij de airframe (van onze toestellen én die van Crossair) voor onze rekening nemen. “

Het is overigens opvallend dat de kabine-indeling van de Crossair RJ100’s en die van de DAT RJ85’s identiek wordt. Tweede opvallende harmonizering van de DAT- en Crossair-produkten : het wit van de nieuwe DAT-toestellen is niet het matte Sabena-wit, wel het harder schitterende wit van de Zwitserse luchtvaartmaatschappij.

Louter schoonheidsaanpassingen om de klant een eenvormig produkt aan te bieden ? Of evolueren Swissair en Sabena naar één gezamenlijke exploitatiemaatschappij voor de regionale dochters ?

Het lijkt evident dat die exploitatiemaatschappij dan niet in België gehuisvest zal zijn, maar wel in Zwitserland waar voor de piloten een fiskaal gunstiger statuut mogelijk is.