Les Liaisons Dangereuses

De intercommunales voor de energiedistributie dwingen weinig respect af. Het zijn machines van de particratie, ondoorzichtig en ondergeschikt aan gemeentelijke politieke belangen of de belangen van de energiebedrijven Electrabel en Distrigas.

De sleutel voor de bevrijding van de gereguleerde energiemarkt in België is de liberalisering van de distributie van de elektriciteit en het gas, eerder dan de liberalisering van de productie. De vrije productiemarkt is in beginsel bedongen en er is een kalender. De discussie over de open markt voor de distributie belooft een hardere dobber te worden. Steve Stevaert (SP), Vlaams minister bevoegd voor de intercommunales, dringt aan op een snellere liberalisering van de stroommarkt (de intercommunales ondertekenden contracten met Electrabel tot 2007). Hij schaatst echter met een grote bocht om het punt dat zelfs met een vrijere aankoop van productie, hét knelpunt de distributie is. De intercommunales zullen eventueel vrijer kunnen inkopen, hoewel de klanten van de intercommunales voor en na even gebonden blijven aan hun lokale monopolist. De echte liberalisering van de stroommarkt vergt dat de consument zelf kan bepalen bij wie of waar hij zijn elektriciteit zal kopen (dat kan in de nabije toekomst via allerhande ad hoc-samenwerkingen; de wijk, de stad, de subregio enzovoort).

De huidige

en dus gereguleerde energiemarkt brengt mee dat de activa van de intercommunales jaarlijks geïndexeerd zijn volgens de index van de consumptieprijzen. Hoe meer wordt geïnvesteerd, hoe beter. Dividenden van de intercommunales hebben een apart fiscaal statuut. De grote vraag luidt of dit gereguleerde kaartenhuis niet opzij moet. De vrije concurrentie kan – mits een bekwame regulator – doorzichtigheid en redelijkheid brengen.

Er zijn trouwens te veel intercommunales in België (zie tabel: Aantal intercommunales); een drietal in Vlaanderen zou voldoende zijn. De huidige intercommunales dreigen in het niet te verzinken naast hun zussen of de opvolgers van hun zussen in het grotere en grenzenvrije Europa.

Hoe snel de situatie zal omslaan in de volgende jaren blijkt uit een scenario dat circuleert bij Brusselse experts. Het zou niet verbazingwekkend zijn als SuezLyonnaise des Eaux ( SLE) haar toekomstige Belgische dochters Distrigas en Electrabel zou trachten te verkopen aan Gaz de France en Electricité de France. SLE werkt liever met waterbedrijven in de VS of een elektriciteitsmonopolie in Argentinië. Het is rendabeler daar te concurreren dan te vechten in een Europese vrije markt met steeds mallere marges. SLE is in hoofdzaak geïnteresseerd in EGI-Tractebel, een goed bedrijf voor het hermodelleren van centrales in het buitenland.

Dubbelhartig

De wereld van de Belgische intercommunales is deze van de bizarre en de dubbelhartige betrekkingen. Pierre Choderlos de Laclos, Frans soldaat en schrijver van Les Liaisons Dangereuses (1782), de roman van de overspeligheid, met de galante avonturen van de verleider Valmont en zijn concubine Mme de Mertieul, zou de patroonheilige van de Belgische energie-intercommunales kunnen zijn.

Electrabel en Distrigas weten dat aan de vrijmaking van de energiemarkt niet te ontkomen is en maken er het beste van. De gemeenten bezitten wettelijk het monopolie voor de verdeling op hun grondgebied van elektriciteit en gas bij de kleine verbruikers (privé en kmo). De gemeentebesturen doen of hun neus bloedt. Hun eerste oogmerk is om de kiezer niet te confronteren met extra-belastingen. De dividenden van de intercommunale energiedistributeurs vloeien in toto voor ruim 18 miljard frank naar de Vlaamse gemeentekassen (en voor 25 miljard frank naar de privé-partner in de gemengde intercommunales, Electrabel). Deze slinkse belastingheffing willen de gemeenten, tegen beter weten in, voortzetten. Hoofddirecteur Yvan Dupon van Electrabel heeft hen daar wel op gewezen tijdens de lange onderhandelingen over de nieuwe leveringscontracten van elektriciteit (de periode van het contract is korter dan de intercommunales gewenst hadden, in 2007 loopt de vaste termijn af). De gemeenten en de intercommunales bleken echter veel meer geïnteresseerd te zijn – hun traditionele bekommernis – om te weten op welke vaste inkomsten uit de energiedistributie zij konden rekenen na de gemeenteraadsverkiezingen van 2000.

Regeerakkoord

Het federaal regeerakkoord zegt: “De regering zal de liberalisering van de elektriciteitssector versnellen. Zij zal daarbij het tempo van onze belangrijke handelspartners volgen.” Olivier Deleuze(Ecolo) is staatssecretaris voor Energie en Steve Stevaert wil er de zweep op. Aan De Standaard zei Olivier Deleuze: “Ik heb Stevaert ontmoet. Informeel. Mijn enige bijbel is het regeerakkoord. De liberalisering van de elektriciteitsmarkt is bij wet geregeld ( nvdr – door de vorige regering), en de verandering van die wet is nu niet aan de orde.”

Achter die uitspraak schuilt een zwaar meningsverschil. Steve Stevaert verwacht (terecht) van de snellere liberalisering van de stroom een daling van de tarieven. Lagere tarieven kunnen de verbruikers aanzetten tot het ruimer omspringen met de energie en dat druist in tegen de prioriteiten van de groenen; zij willen via het wapen van de hoge tarieven de consument afhouden van het morsen met elektriciteit en gas.

Verhulde macht

De intercommunales vormen een reusachtige machtsstructuur. De PS’er Elio Di Rupo symboliseert de verwevenheid van de partijpolitiek en de intercommunales. Politieke zwaargewichten van alle partijen verschijnen aan de top: symbolisch zijn de CVP’ers Johan De Roo bij Imewo en Jos Ansoms bij Iveka. Zij zijn met hun rode en blauwe confraters politieke energiebaronnen. De belangrijkheid van de intercommunales gaat veel verder dan de 18 miljard frank die zij via hun dividenden voor de gemeenten jaarlijks opleveren voor de Vlaamse ontvanger. De ondoorzichtigheid en de kameradenrepubliek begint aan de top, voornamelijk bij de gemengde intercommunales. Intermixt, de koepel van de intercommunales met als operationale partner Electrabel, wordt geleid door een duo, een CVP’er en een PS’er die elkaar communautair en ideologisch dubbelen en in de gaten houden. Intermixt en de leden bieden de directeuren en de bestuurders van de intercommunales goedbetaalde jobs aan, met daarbij de kans om vrienden en partijgenoten te “placeren”. Een voorzitterschap van een zware intercommunale in de energie staat voor een auto met chauffeur. De reisjes met smulpartijen van de bestuurders en hun echtgenote smeden de verstandhouding en de trouw aan deze intransparante vormen van gemeentelijke democratie. Intercommunales zijn vluchthuizen voor gebuisde en toekomstig gebuisde plaatselijke partijcoryfeeën. Intercommunales missen, ondanks de dure woorden van minister na minister en regering na regering, de nodige democratische legitimiteit.

Een oud euvel

van de (gemengde) intercommunales is voorts dat hun medewerkers vaak geen partij kunnen geven aan de ingenieurs van Electrabel. Een uitzondering is Iveka uit de provincie Antwerpen dat zijn eigen energie-experts heeft laten opleiden en tegenmacht opbouwde contra de kennis van de privé-partner.

Marktmacht

De gemengde intercommunales zijn een captieve markt van de zussen van Electrabel, voornamelijk van Fabricom en Tractebel Engineering. Zonder of met minimaal doorzichtige offertes verrichten deze allerhande werkzaamheden voor de gemengde intercommunales. Het plaatsen van een paal, het trekken van een sleuf, het vernieuwen van lampen belandt bij de favoriet. Of de kosten daarbij onder controle blijven, wordt door velen betwijfeld. Een hoge Waalse ambtenaar van de energie-administratie: “Deze hele samenhang werkt ten nadele van de gewone mensen als stroomgebruiker of als belastingbetaler. Bij de zuivere intercommunales zitten de privé-groepen minder aan de feestdis en daar is de besmetting en het georchestreerde spel zwakker.”

Boekhoudkundig en fiscaal is het samenwerken met intercommunales een goktent met vaste winnaars: de indexering van de activa van de intercommunales is een uitnodiging om maximaal te investeren. De optelsom van de dividenden voor de gemeenten en (verhulde) inkomsten voor de dochters van Tractebel-Electrabel loopt in de tientallen miljarden frank.

Wallonië

De Belgen betalen veel voor hun elektriciteit en gas en Vlaanderen betaalt proportioneel nog meer. Door de concentratie van de klanten en de makkelijkere bereikbaarheid is het technisch een koud kunstje om de energie in Vlaanderen goedkoper aan te bieden. Met het geld verdiend bij de distributie van de elektriciteit en het gas bouwen Charleroi en Luik cultuurcentra en renoveren ze kastelen. Het zijn niet de kleine Waalse dorpjes die een probleem vormen voor de naar boven geëgaliseerde elektriciteitstarieven in België (de zogenaamde perequatie omwille van de nationale solidariteit). Deze perequatie is een gift aan allen die in Wallonië slordig beheren. Het Controlecomité voor Elektriciteit en Gas kent hier de details, maar zal zich nooit wagen aan een publicatie of een discussie over haar bevindingen.

FRANS CROLS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content