Le petit Belge

Karel Van Miert blikt terug op zijn elf jaar als Europees Commissaris. ‘Le petit Belge’ trotseerde er Kohl, Clinton en de eigen ‘kameraden’.

Begin februari ’94 kreeg Europees Commissaris Karel Van Miert ( SP) een telefoontje van premier Jean-Luc Dehaene ( CVP). Of ze samen konden lunchen? “Dehaene nodigt nooit zomaar iemand uit: als hij je vraagt te komen eten, dan gaat er iets gebeuren,” commentarieert Van Miert in zijn selectieve memoires Mijn jaren in Europa. Het was zowat tien maanden voor er een nieuwe Commissie zou aantreden. Binnen de Belgische coalitie van christen-democraten en socialisten was al afgesproken dat Van Miert zou worden voorgedragen voor een nieuw mandaat. In de Commissie was slechts plaats voor één Belg. Tijdens de lunch bevestigt Dehaene dat Van Miert de kandidaat blijft. “Maar wat doen we als we met Wilfried Martens het voorzitterschap kunnen krijgen?”

Van Miert weet dat Martens (CVP) niet bijster veel kans had om het tot commissievoorzitter te schoppen. Een maand later lekt een Britse journalist evenwel dat Dehaene de gedoodverfde kandidaat was om Jacques Delors op te volgen. Dan heeft Van Miert door dat Dehaene het veld voor zichzelf aan het verkennen was. Prompt zocht hij zijn invloedrijke partijgenoot Willy Claes op, toen nog minister van Buitenlandse Zaken. Claes sust zijn kameraad. “In werkelijkheid, zoals later zou blijken, waren zowel Dehaene als Claes volop voor zichzelf in de weer. De ene voor het voorzitterschap van de Commissie, de andere voor het secretariaat- generaal van de Navo. Eerder gemaakte overeenkomsten telden blijkbaar niet meer.”

Zwijgen over Agusta.

Geregeld komt de anders zo minzame en milde Van Miert behoorlijk stekelig en nijdig uit de hoek. Enkele grote namen zet hij genadeloos in hun hemd. Vooral voormalig bondskanselier Helmut Kohl moet het ontgelden. Voor de Belgische politiek heeft Van Miert nauwelijks aandacht. In twee hoofdstukken haspelt hij zijn leven en loopbaan af voor hij mocht verhuizen naar de Europese Commissie. In ijltempo maken we er kennis met de op 17 januari 1942 geboren zoon van katholieke Kempense keuterboeren uit Oosthoven. Op zijn veertiende klapte Karel de schoolpoort achter zich dicht en ging vader helpen op de boerderij. Na een blindedarmoperatie op zijn zeventiende besluit Karel evenwel om terug naar school te keren, waarvoor hij eerst examen moest doen voor de centrale jury van de overheid. Dankzij een bescheiden studiebeurs kon hij later naar de Gentse universiteit. Hij kiest de richting diplomatieke wetenschappen.

Zijn eindverhandeling gaat over de toenmalige EEG-Commissie. Na Gent volgt zelfs een studie in het Franse Nancy. En tijdens de inval van het Warschaupact in Tsjechoslowakije in augustus ’68 bevindt de boerenzoon zich al bij vrienden in Praag. Ondertussen rijpt zijn politieke interesse in de entourage van de Europese instanties. Hij vindt er aansluiting “bij Europees georiënteerde Vlaamse socialisten.” Tot grote verrassing bracht de telg van een katholieke boerenfamilie het tot covoorzitter van de unitaire BSP en later tot voorzitter van de Vlaamse SP. In die tijd gist ook het Agusta-schandaal, dat een smet kan werpen op het blazoen van strenge integerheid, dat Van Miert als Europees Commissaris bij vriend en vijand opbouwde. Over Agusta zwijgt hij evenwel in alle talen.

Kohl, Clinton en de kameraden.

Aanvankelijk zag Van Miert niets in Europese memoires, ook niet nadat uitgever Lannoo aandrong. Pas toen het Deutsche Verlags-Anstalt bleef volhouden, gaf hij toe. De Duitse versie verscheen zelfs nog voor de Nederlandstalige. Vandaar allicht de ruime aandacht voor Kohl. Na een wel zeer vriendelijke kennismaking, haalt Kohl woedend uit wanneer hij zijn zin niet kijgt van Van Miert. De Belg ontmaskert de grote staatsman Kohl als een lakei van Duitse zakenlui.

Zeker toen Van Miert als commissaris voor Mededingingsbeleid een stokje stak voor de monopolieplannen van mediareuzen Kirch en Bertelsmann, gaat Kohl keihard tekeer. Van Miert bindt niet in en le petit Belge (zoals Delors hem al noemde) bouwt respect en aanzien op. Hij wijkt zelfs niet als president Clinton met handelssancties dreigt wanneer Van Miert de fusie tussen Boeing en McDonnell Douglas niet zonder Europese bijsturing goedkeurt. Bedreigingen zijn er wel vaker, onder meer uit het kamp rond Formule I-paus Bernie Ecclestone. Daarbij werden zelfs de Britse socialisten ingeschakeld, maar ook voor partijgenoten zwicht Van Miert, die zweert bij een goed functionerende markteconomie, niet. Bij de voorstelling van het boek vielen dan ook weinig voormalige kameraden te bespeuren.

Over zijn einde als Europees Commissaris blijft Van Miert bitter. Hij werd meegesleurd in de val van de Franse Edith Cresson, die beschuldigd werd van fraude. De Commissie van de Luxemburger Jacques Santer (de compromiskandidaat die opdoemde nadat de Britse conservatieven hun veto over Dehaene als voorzitter uitgesproken hadden) zag geen andere uitweg meer dan collectief aftreden.

Karel Van Miert, Mijn jaren in Europa. Lannoo, 342 blz., 895 fr.

LUC DE DECKER

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content