Kosten en baten van ETF’s
Expert aan het woord verbindt organisaties met de lezers van en doet een beroep op de specialisten van Roularta Brand Studio voor tekst en illustraties. De inhoud wordt eventueel aangebracht door de partner en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.
Exchange traded funds – kortweg ETF’s – zijn het nieuwe mantra van de moderne retailbelegger aan het worden. Fondsen die nauwgezet bepaalde beursindexen volgen, maken beleggen voor een breed publiek bereikbaar. Maar wat kosten ze en – vooral – wat brengen ze op?
Een ETF is een fonds: op zich heeft dit al een impact op de kostprijs. Je koopt een mand waarin aandelen en/of obligaties zitten en betaalt voor die mand. Dat is per definitie goedkoper dan wanneer je elk aandeel dat in die mand zit, apart zou gaan kopen. De kostenstructuur van een ETF kan daarbij grosso modo in drie onderdelen worden opgebroken: productkosten, transactiekosten en belastingen. Charles Symons, hoofd van iShares, gespecialiseerd in de uitgave van ETF’s: “Eerst en vooral zijn er de kosten op productniveau. Bij ons is dat gemiddeld 0,2 %. Daarin zit alles: managementfee, administratie, bewaarkosten.”
Gorik Nelissen staat aan het hoofd van de financiële markten bij online bankier Keytrade Bank. Hij vult aan: “Daarbovenop komen de transactiekosten. Doordat je een mandje koopt, liggen die laag. Bij ons als onlinebank als Keytrade betaal je 14,95 euro voor een transactie op Euronext tot 5.000 euro. Voor hogere bedragen is dat 24,95 euro. Omdat je een mandje koopt, betaal je maar één keer die kosten, en niet één keer per onderliggend aandeel. Dat scheelt weer een serieuze slok op de borrel. En ten derde betaal je natuurlijk ook beurstaks aan de staat. Die kan oplopen tot 1.32 %.”
Een voorbeeld: je belegt 50.000 euro in een ETF die de S&P 500 volgt.
· Management fee: 35 euro
· Transactiekost: 24,95 euro
· Beurstaks: 135 euro
· Totale kost: 194,95 euro
Gorik Nelissen commentarieert: “Vergeet niet dat je bij een traditionele grootbank alleen al snel tot 3 % op je kapitaal betaalt als instapkost: dat alleen al zou je 1.500 euro kosten. En dan komt er gemiddeld nog een management fee van 1 % tot 2,5 % bij: nog eens 500 tot 1.250 euro. Plus de beurstaks natuurlijk. Eerlijk: ik begrijp niet dat een particulier nog bereid is om aan deze voorwaarden zijn geld te beleggen.”
De opbrengsten van ETF’s volgen nauwgezet de performantie van de index zelf die wordt gevolgd. Doordat een ETF meticuleus een bepaalde beursindex volgt, zal je fonds die beurs nooit kunnen verslaan. Symons: “je volgt de index die je voor ogen hebt en je rendement zal die index dus weerspiegelen. Je zal op die manier de markt nooit over- maar evenzeer nooit underperformen.” Is dat niet wat magertjes? Toch niet, want er zijn al meerdere studies gepubliceerd die haarfijn aantonen dat het moeilijk is om op lange termijn de markt (de referentie-index) te verslaan. In die optiek kan je een ETF als een degelijk beleggingsmiddel zien, zeker als je het zou vergelijken met pakweg een traditionele spaarrekening bij een grootbank.
In een laatste bijdrage over ETF’s blikken we vooruit: wat zijn de opkomende trends in de wereld van exchange traded funds?