Kleren die kleuren

Schimmels vreten kleren aan : deconstructie. Martin Margiela stelt de vergankelijkheid van de mode ten toon.

Aan hem kon geen mens die middag om uitleg vragen, want neen, de ontwerper was er niet. Martin Margiela, of beter La Maison Martin Margiela, had officieel laten weten dat de meester hemzelve niet aanwezig zou zijn bij de vernissage van zijn tentoonstelling. Dat hoefde eigenlijk niet, want de man die sinds oktober ’88 modecollecties tekent onder zijn eigen naam had achttien silhouetten klaarstaan, één silhouet voor één collectie. Een soort overzicht van negen jaar werk, maar dan wel een overzicht dat de tand des tijds had doorstaan. Of net niet. Want Margiela werkte voor deze expo samen met Ad van Egeraat, hoofddocent microbiologie aan de Landbouwuniversiteit van Wageningen in Nederland, en die man heeft een neus voor bacteriën en schimmels. Margiela’s kleren waren een week lang ondergedompeld in een bad vol micro-organismen en nadien in volle zon onder plastic gezet, zodat deze beestjes (voor kenners : de gele bacterie, de groene schimmel, de fuchsia-bacterie, de roze gist) voluit konden gaan. De dag van de vernissage werden de kleren (mantels, jurken, truien, rokken, bloezen) elk in ensembles op paspoppen gezet, maar lekker niet in het museum, wel aan de verkeerde kant van het glas, buiten. Door de blootstelling aan de lucht, hield de vervorming en deconstructie van de kleren door de schimmels en bacteriën haast meteen op. Zodat de toeschouwer oog in oog kwam te staan met kleren die verkleurd waren, jurken met scheuren of vochtvlekken in, of met haar op.

Een vreemde zet is deze expo voor Margiela geenszins. Hij treedt moderegels met de voeten, verzet voortdurend bakens en schrijft aldus modegeschiedenis. Grunge en deconstructie ? Margiela was er eerst mee. Metamode ? Margiela zette de toon. Als steeds onderzoekt deze Genkenaar (die al jaren in Parijs woont) de essentie van wat mode zijn moet : een wisselend gevoel van aantrekken en afstoten. Hij ontleedt elk kledingstuk, haalt het uiteen en zet het weer in elkaar, maar vergeet daarbij opzettelijk bepaalde stappen of houdt vroegtijdig op. Margiela probeert met zijn kleren ook na te gaan hoe een drager tegenover vergankelijkheid staat en hoe had hij dit beter kunnen testen dan door zijn kleding op schimmels te vergasten ?

Voor Van Egeraat was er nog een andere reden om met Margiela in zee te gaan. Hij vond het tijd worden dat de mensheid bacteriën en schimmels eens in een minder slecht daglicht ziet. Maar hij had kunnen weten dat ze in het museum vreemd zouden opkijken bij het horen van het woord schimmel. Een week voor de expo kwamen de organisatoren en suppoosten op vraag van deze laatsten bijeen. Want hadden die bacteriën om en rond het museum geen kwalijke gevolgen voor zij die er moesten werken ?

Veerle Windels

Martin Margiela, Exhibition (9/4/1615), Museum Boijmans Van Beuningen, Museumpark 18-20, Rotterdam. Nog tot 17 augustus. Info : tel.0031-10-441.94.00.

Uit de lente/zomercollectie ’97 van Martin Margiela

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content