‘Klant zal opdraaien voor de kosten van de regelgeving’

“We gaan terug naar grotere banken”, waarschuwt Gerrit Zalm (61), de Nederlandse oud-minister van Financiën en directievoorzitter van de Nederlandse bank ABN AMRO. Too big to fail? Neen, too small to comply heet de nieuwe uitdaging.

Voor één keer moest zelfs Bart De Wever plaatsmaken op het Schoon Verdiep, de befaamde eerste verdieping van het Antwerpse stadhuis. De Nederlandse bank ABN AMRO had er vorige week een rist klanten uitgenodigd voor de lunch en voorafgaandelijk mocht een aantal journalisten vragen stellen aan directievoorzitter Gerrit Zalm.

Met twaalf jaar op de teller — in twee periodes, tussen 1994 en 2002 en tussen 2003 en 2007 — is Zalm vooral bekend als de langst zittende minister van Financiën in de geschiedenis van Nederland. Eén keer per jaar komt de Nederlandse oud-politicus naar België, naar eigen zeggen ‘om te tonen hoe belangrijk dit land wel is voor ABN AMRO’.

De Nederlandse bank, die in 2008 door de Nederlandse overheid uit de gekapseisde Fortis-groep werd gekocht, is in België vooral actief als vermogensbankier (ABN AMRO Private Banking), als internetbank (Money You), en als financier van ondernemingen en specifieke sectoren. Door de sterke aanwezigheid van de maritieme en de diamantsector heeft Antwerpen voor ABN AMRO een bijzonder belang.

Veel nieuws had Zalm niet aan te kondigen. In ons land doet de Nederlandse staatsbank het behoorlijk. Money You haalde in iets meer dan een jaar 40.000 klanten en 1,5 miljard euro spaargeld binnen. ABN AMRO Private Banking lijkt zich te herstellen van de klappen die het kreeg na de financiële crisis. De vermogensbank groeide vorig jaar met 20 procent, dixit Zalm, maar met een toevertrouwd vermogen van 5 miljard euro blijft ze een kleine speler. Niettemin zijn de ambities in private banking steil (zie kader).

Hoe is het gesteld met de gezondheid van de banken? Zijn ze klaar voor de balansdoorlichting van de ECB?

GERRIT ZALM. “De kapitaalpositie van de banken is fundamenteel verbeterd. Verschillende instellingen hebben de voorbije jaren hun winsten ingehouden of hun balans verkleind. Ik wil niet vooruitlopen op de resultaten van de asset quality review, want dat is een grote, ingrijpende oefening. Maar ik heb vertrouwen in de globale en grondige aanpak van de ECB. Dat kan het geloof van investeerders in de sector herstellen. Ook als zou blijken dat een aantal banken zijn kapitaal moet versterken of zijn balans afbouwen. Het is beter dat er duidelijkheid komt over de kwaliteit van de kredietportefeuilles dan dat de onzekerheid blijft bestaan. Wat ABN AMRO betreft, denk ik dat onze portefeuille de toets redelijk zal doorstaan. We hebben met De Nederlandsche Bank al een oefening gedaan voor vastgoedleningen en daar zijn we heel goed doorheen gekomen, zonder dat extra voorzieningen noodzakelijk waren.”

Verwacht u een consolidatie van de banksector in Europa?

ZALM. “Ik denk dat banken een minimale schaal nodig hebben om zelfstandig en op een rendabele manier te overleven. Er is een toevloed aan regelgeving waaraan moet worden voldaan, er zijn de stijgende technologiekosten,… Voor banken die te klein zijn, wordt dat een uitdaging. Het zou heel goed kunnen dat we een nieuwe reeks fusies en overnames krijgen. Alleen voldoende grote banken kunnen een interessant verdienmodel ontwikkelen.”

Staat dat niet haaks op een van de lessen van de financiële crisis: banken mogen niet ‘too big to fail‘ zijn?

ZALM. “Het is een paradox. Het probleem dat je nu krijgt, is dat bepaalde banken ‘too small to comply‘ worden. Kleine banken moeten aan exact dezelfde regels voldoen als de grote, en dat vergt een grote juridische en compliance-staf. Ik heb begrepen dat Europa dit jaar zo’n 200 regelgevingscomplexen ter consultatie naar de markt stuurt. Zelfs een bank als ABN AMRO is nauwelijks nog in staat dat allemaal te verwerken, laat staan dat je dat straks ook nog eens allemaal moet invoeren. We gaan dus weer naar grotere banken. Om te vermijden dat dit weer een systeemrisico inhoudt, moeten we ervoor zorgen dat het toezicht goed is en de banken voldoende gekapitaliseerd zijn.”

In vergelijking met Amerikaanse of Canadese banken hebben de Europese banken nog altijd een zwakke kapitaalbuffer?

ZALM. “ABN AMRO heeft in elk geval de ambitie om ruim boven de normen van Bazel III uit te komen. In Nederland gaf de minister van Financiën, Jeroen Dijsselbloem, al aan dat hij een leverage ratio (verhouding eigen vermogen op balanstotaal) van 4 procent beter vindt dan de 3 procent die Bazel voorschrijft. We moeten afwachten hoe de rest van Europa daarop reageert. Maar het zou dus best kunnen dat de kapitaalratio’s nog aangescherpt worden. Daarmee kan ik leven. Ik vind het wel belangrijk dat overal in Europa dezelfde lijn uitgezet wordt. We gaan tenslotte met één toezichthouder werken.”

Kunnen banken in zo’n omgeving voldoende rendement halen?

ZALM. “Uiteindelijk wel, simpelweg omdat iedere financiële instelling ermee te maken heeft. Het is een algemene kostenverhoging voor de hele sector. En dus zal ze verrekend worden aan de klant. Het is zoals een accijns op benzine, die wordt niet door de pomphouder, maar door de klant betaald. Zo zal het in de banksector ook gaan. Waardoor de bank toch weer een aanvaardbaar rendement voor de aandeelhouders haalt.”

En wat is zo’n aanvaardbaar rendement?

ZALM. “ABN AMRO mikt op 9 tot 12 procent rendement op eigen vermogen. Er zijn banken die de lat hoger leggen, maar wij houden vast aan ons gematigde risicoprofiel. Om de risico’s te spreiden, willen we onze internationale activiteiten, bijvoorbeeld de financiering van grondstoffen, energie en de scheepvaart, ontwikkelen. Daarin groeien we heel snel, met meer dan 10 procent per jaar. Zo worden we minder afhankelijk van de economische situatie in Nederland. De voorbije jaren is de Nederlandse economie met 2 procent gekrompen. Als lokale Nederlandse bank heeft dat een enorme impact op je resultaten.”

Ligt de eurocrisis definitief achter ons?

ZALM. “Dat weet je nooit zeker, maar er zijn wel veel signalen dat het ergste achter de rug ligt. Ook in de bekende probleemlanden is er veel gebeurd. Griekenland, Ierland, Spanje en Portugal kampten met enorme tekorten op de betalingsbalans, die zijn nu bijna helemaal weg. Ook de overheidsfinanciën beginnen te verbeteren. Per saldo ben ik veel optimistischer dan pakweg twee jaar geleden.”

Er leeft in Nederland, net als in een aantal andere landen, een belangrijk anti-Europees sentiment. In welke mate vormt dat een bedreiging voor de Europese Unie?

ZALM. “Het zou te betreuren zijn als de anti-Europese partijen een grotere omvang krijgen. Ik denk dat het belangrijk is uit te maken wat we nu echt Europees willen aanpakken en wat niet. Neem nu het bankentoezicht, het is essentieel dat Europees te doen. Dat is een belangrijk winstpunt, dat meer stabiliteit brengt in Europa. Als je dat zou afvoeren op louter sentimentele anti-Europese gevoelens, zou dat bijzonder gevaarlijk zijn. Maar iets als een rookverbod, waarom moet dat per se in heel Europa? Of de strijd tegen obesitas. Daar kan elk land toch beter zelf over beslissen? In Nederland heeft men de indruk dat Europa zich met alles wil bemoeien, en dat staat veel mensen tegen. Dan kun je beter een aantal niet-essentiële bevoegdheden teruggeven aan de nationale staten.”

Een van de lessen van het Dexia-debacle in België was: hou politici zo veel mogelijk weg uit het bestuur van een bank. Hoe ziet u dat als oud-politicus, die aan het hoofd staat van een van de belangrijkste Nederlandse financiële instellingen?

ZALM. “Ik zie mezelf niet als een oud-politicus, maar als een oud-minister van Financiën. Ik ben econoom van opleiding, was directeur van het Centraal Planbureau, en ben als technocraat bij het ministerie van Financiën terechtgekomen. Ik heb het er twaalf jaar volgehouden en dan kan je natuurlijk niet beweren dat je geen politicus bent geweest (lacht). Dus, ja, ik heb twaalf jaar in de politiek gezeten, maar ik ben niet als politicus aan het hoofd van ABN AMRO geplaatst. Daarom kan ik ook de stelling onderschrijven: je houdt de politiek er beter buiten. De ABN AMRO-aandelen van de Nederlandse overheid zijn in 2011 ondergebracht in een stichting, die bestuurd wordt door drie mensen, twee met een bancaire en een met een juridische achtergrond. Geen van de drie heeft, althans bij mijn weten, een politieke kleur, en ook in de raad van bestuur van ABN AMRO zitten geen politici.”

Doet de Nederlandse minister van Financiën, Jeroen Dijsselbloem, die ook de Eurogroep voorzit, het goed volgens u?

ZALM. “Ja, vind ik het wel. Hij heeft forse kritiek gekregen voor zijn aanpak van Cyprus, maar intussen is een dergelijke bail-in de norm geworden. Het enige waar ik moeite mee heb, is dat hij altijd een schepje boven op de Europese regelgeving wil doen. Dat hij aankondigt dat de leverage ratio 4 procent moet zijn, terwijl dat in Europa nog niet afgesproken is. Dat hij het beloningsbeleid in Nederland scherper zet dan de Europese normen. Over dergelijke zaken ben ik niet zo enthousiast. Als je Europese normen hebt, moet je die toepassen en niet telkens weer eigen nationale regels erbovenop leggen. Maar dat is mijn enige kritische kanttekening. Voor de rest is de heer Dijsselbloem een deskundige en evenwichtige man.”

PATRICK CLAERHOUT, FOTOGRAFIE PAT VERBRUGGEN

“De voorbije jaren is de Nederlandse economie met 2 procent gekrompen. Als lokale Nederlandse bank heeft dat een enorme impact op je resultaten”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content