Kennis van zaken gevraagd
De klopjacht op de energiesector gaat onverminderd door. Er wordt geklaagd over de energieprijzen op een moment dat die zeer laag zijn. Gas kost in de Verenigde Staten een vierde van wat het hier kost, een vat olie is in jaren niet zo goedkoop geweest en CO2-emissies zijn zogoed als gratis. Natuurlijk zijn er nationale verschillen en het klopt dat onze grootindustrie te veel betaalt voor de verduurzaming van onze energiehuishouding. Anders dan België heeft Duitsland een maximum opgelegd op wat een grootverbruiker van elektriciteit moet betalen. Zo’n grootverbruiker kan op één connectiepunt evenveel verbruiken als 50.000 gezinnen. Maar het is logisch dat men er rekening mee houdt dat zijn milieu-impact ook veel kleiner kan zijn dan die van 50.000 individuele connectiepunten.
In mei verscheen het zoveelste boek over de energiesector dat werd geschreven door een politieke partij of een afgevaardigde, en waarin de sector bijna wordt vergeleken met de georganiseerde misdaad. Dat gaat te ver. De auteurs missen de operationele kennis om daarover te kunnen oordelen. Bovendien baseren ze zich op rapporten van derden, zoals de regulatoren. Daarin staan veel dingen die correct zijn, maar dat wil nog niet zeggen dat je zelf verbanden kan leggen.
Men zoekt het te ver. Als de grote energiebedrijven de markt echt nog in handen hadden, zouden ze de groothandelsprijs voor elektriciteit toch wel een stuk hoger leggen. Wellicht hadden ze die macht in het verleden, maar vandaag bloedt iedereen in de sector. De verdachtmakingen hebben natuurlijk een politiek doel, want een externe vijand zoeken werkt altijd goed. Zeker als het over een onderwerp gaat waar zowat iedereen een hekel aan heeft: zijn energiefactuur. Samen met de belastingbrief wordt de energiefactuur altijd op gemor onthaald.
Belangrijker is dat de sector zelf met een langetermijnvisie naar buiten komt. Dat we altijd energie hebben wanneer we willen, is een ongelooflijke luxe. Dat moet duidelijk worden gemaakt en de sector mag van de overheid eisen dat er een langetermijnbeleid komt — een beleid voor heel Europa, met lokale accenten.
Een ander voorbeeld van het ontbreken van een beleid is de communicatie van de grootste netwerkbeheerder van België, die heeft beslist de uitrol van zijn gasaansluitingen op een lager pitje te zetten. Blijkbaar is de politiek totaal afzijdig in dat soort beslissingen. Ook al beslissen diezelfde politici eigenlijk welke doelstellingen natuurlijke monopolisten moeten vooropzetten. Er worden goede argumenten gebruikt waarom iets niet moet, maar aan de gezinnen die nog op stookolie verwarmen en in een straat wonen waar een gasleiding ligt, zou de wetgever binnen een redelijke termijn de aansluiting op het gasnet moeten opleggen. Het argument is terecht dat investeringen in gasleidingen niet optimaal renderen als in bepaalde straten nog altijd een deel van de woningen met stookolie wordt verwarmd.
Een opvallend contrast was de euforie van de regulator over de goed werkende markt in Vlaanderen tegenover de gassector, die kreunt onder het gewicht van de laagconjunctuur. Het uitblijven van investeringen vergroot het risico op een energiemarkt die niet altijd meer kan voldoen aan de vraag.
Een welkome afwisseling was een debat op de campus van de KU Leuven, waar in het bijzijn van enkele honderden ingenieurs constructief werd gediscussieerd over energievraagstukken. Veel ingenieurs merkten op dat ze de energiekennis van onze beleidsmakers ruim onvoldoende vonden, en dat die een beroep moeten doen op experts om tot een coherent energiebeleid te komen. De nuchterheid waarmee een groot deel van het publiek aanvaardde dat groeien nu eenmaal pijn doet en dat er geen simpele oplossingen bestaan voor onze energiehonger, was een welgekomen afwisseling naast de dagelijkse oppervlakkige analyses van anderen.
De auteur is gedelegeerd bestuurder van NPG energy.
André Jurres
Als de grote energiebedrijven de markt echt nog in handen hadden, zouden ze de groothandelsprijs voor elektriciteit een stuk hoger leggen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier