Kawasaki Z750
Rijplezier gegarandeerd.
Wie de motormagazines doorneemt, wordt tegenwoordig rond de oren geslagen met véél cc’s, weinig kilogrammen en fabelachtige pk-aantallen. De foto’s tonen de gespecialiseerde journalisten in racestijl: de knieën scheuren in de bochten over de grond. Maar waar kan je dat eigenlijk doen in België? Een dagje op het circuit is de enige mogelijkheid.
Toegegeven, de 1000 cc semi-racemonsters spreken tot de verbeelding. Toch lijkt het erop dat er een nieuwe wind waait door motorland. Heel opvallend was onlangs de lofzang op de Kawasaki Z750 in het Engelse maandblad Bike. Die Kawa is immers géén racer, heeft op een klein stukje kunststof rond de koplamp na geen stroomlijn en lijkt dus ook niet zo van het circuit weggeplukt te zijn. De vierpitter levert 110 pk, 17 pk minder dan de grote broer Z1000 en heel wat minder dan de ZX-12R van Kawasaki, die 190 paarden naar het achterwiel stuurt! Twaalf medewerkers van Bike mochten hun ‘bike of the year’ aanprijzen. Twee van hen kozen voor de Z750. De commentaar: “De Z750 biedt attitude, een radicaal uiterlijk en meer dan genoeg vermogen – voor een fatsoenlijke prijs.”
Wat maakt die Z750 nu zo speciaal? Op de eerste plaats het uiterlijk. De Z750 is qua design geïnspireerd op de Z1000, waarvan je de indruk hebt dat een Japanse striptekenaar zich erop mocht uitleven. De Z1000 bleek voor Kawasaki – het kleinste Japanse merk op de markt – de verkoopklapper sinds jaren. Grootste in het oog springende verschil tussen de Z750 en de Z1000 is het uitlaatsysteem: de Z1000 heeft vier einddempers; de Z750 doet het met een traditionele vier-in-één-pot. Een ander verschil behelst de voorvering. De Z1000 is voorzien van een upside-down voorvork, de Z750 van een conventionele telescoopvoorvork. De iets minder gesofisticeerde aankleding maakt dat de Z750 ook prettiger geprijsd is dan de Z1000. Voor de 750 cc’er moet je 7500 euro neertellen. De Z1000 staat in de catalogus voor 10.400 euro.
De Z750 is aangenaam om te rijden. De zit is goed. Je zit wel in streetbikerstijl dicht op het stuur en de voorvork is vrij steil. Het is een plezier om op bochtige wegen te verkennen.
Het blok met injectie (het systeem is overgenomen van partner Suzuki) draait mooi. Je voelt je niet gefrustreerd op deze motor: je kunt nog eens goed gas geven zonder dat je het idee hebt dat de motor er met jou vandoor gaat. De motor gaat goed vooruit, maar is niet extreem. Er is van alles genoeg aanwezig zonder dat het te veel wordt: genoeg snelheid, genoeg vermogen, genoeg koppel. De motor is een brutaaltje, helemaal in lijn met zijn uiterlijk, en dat voel je ook als je langs de files op de autoweg rijdt in het spitsuurverkeer.
Er zijn wel enkele nadelen aan de motor. De achteruitkijkspiegels zijn niet echt goed geplaatst en de motor heeft last van trillingen. Bij een gematigde rijstijl merk je daar weinig van, maar vanaf 6000 toeren per minuut worden die voelbaar in de voetsteunen en bij nog hogere toerentallen ook in het stuur. Niet echt prettig, maar je zit dan wél al aan snelheden die de wetgever als strafbaar acht.Ad van Poppel
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier