Kan Opel Belgium zijn vierde model binnenhalen?
Opel Belgium begint op 1 januari 2004 met de productie van de nieuwe Astra. Maar ook na de levenscyclus van dat model heeft de Antwerpse autofabriek een toekomst, maakt topman Eddy Geysen zich sterk.
E ddy Geysen, de topman van Opel Belgium, is momenteel druk aan het lobbyen om de productie van een vierde model naar de Scheldestad te halen. Dat maakt hij vandaag, donderdag 4 september, op het Trends Inside Lunchgesprek bekend. Zijn troef: het stevige palmares dat de op vier na productiefste autofabriek van Europa kan voorleggen. Sinds 1996 steeg de veiligheid met 70 %, de kwaliteit met 56 % en de productiviteit met 73 %, terwijl de kostprijs met 29 % daalde.
Om de investering binnen te halen, verwacht Geysen een gebaar van de overheid, die moet zorgen voor gunstige omgevingsfactoren. Geysen: “We missen industriegericht denken. Er zitten te weinig creatieve voorstellen in het regeerakkoord. De lineaire lastenverlaging is verdwenen. Maar de impact op de industriële werkgelegenheid van de selectieve maatregelen die in de plaats kwamen, is verwaarloosbaar.”
TRENDS. U gelooft niet in de 200.000 nieuwe jobs die premier Guy Verhofstadt (VLD) nog tijdens deze legislatuur vooropstelt?
EDDY GEYSEN (OPEL BELGIUM). “Ik pleit er met Vlaams minister van Begroting en Financiën Dirk Van Mechelen voor om eerst de jobs te behouden die er zijn. Vijftien procent van de beroepsbevolking werkt in een shiftsysteem, niet alleen in de automobiel-, maar ook in de textiel- en chemiesector. Een werknemer verdient in Duitsland per nacht 3 euro meer, maar kost de werkgever 3,6 euro minder. Ik begrijp dat de budgettaire mogelijkheden geen lineaire kostenverlagingen toelaten, maar de regering moet het belang van shiftwerk erkennen. Dat inzicht vind ik niet in het regeerakkoord.
“Ander voorbeeld: Opel Belgium overleeft dankzij de inzet van onze 5400 medewerkers. Maar hun creativiteit en betrokkenheid wordt fiscaal afgestraft. Vorig jaar hebben zij 18.065 suggesties ingediend om het productieproces te verbeteren. Dat leverde een nettobesparing op van 2 miljoen euro op jaarbasis. Een klein deel daarvan vloeit terug naar de bedenker. Maar per euro premie die wij uitkeren, betalen wij 3,24 euro. In het Verenigd Koninkrijk is dat 1 euro, in Duitsland 2 euro, in Polen 1,85 euro. Dat laatste land is voor ons erg belangrijk. Het vormt een van de acht belangrijkste groeimarkten in de automobielindustrie, heeft een loonkost die een vijfde is van de onze en grenst aan Duitsland, waar een kwart van onze productie naartoe gaat. Wij benchmarken nog te veel op onze huidige belangrijkste handelspartners, Nederland, Duitsland en Frankrijk, niet op de zich uitbreidende Europese Unie.”
Verwacht u niet te veel? De grens met bedrijven die door subsidies in leven werden gehouden – Boelwerf, Kempense Steenkoolmijnen – wordt steeds dunner.
GEYSEN. “Wij hebben voor onze perserij overheidssteun gekregen, vooral voor de opleiding van ons personeel. Niet onterecht: dit is een strategische investering die ons meer onafhankelijk maakt van de modelcyclus. In het totaal van de investering – ruim 500 miljoen euro – blijft het geld van de overheid een welgekomen, maar kleine bijdrage. “L.H.
Om de nieuwe investering binnen te halen, verwacht Geysen een gebaar van de overheid.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier