KAFKA IN VILVOORDE
OORLOG, FRAUDE EN VUIL WATER.
” Benckiser overweegt de productie van haar vestiging in Vilvoorde over te hevelen naar andere fabrieken. De vestiging zit gekneld tussen een woonwijk en kan niet voldoen aan de milieu-eisen van het jaar 2000.” Zo werd op 9 oktober meegedeeld dat Benckiser Vilvoorde lees Ça-va-seul zou kunnen verdwijnen. “De milieuwetgeving van de Vlaamse regering jaagt de fabrieken weg,” reageerde prompt de Vilvoordse burgemeester Willy Cortois ( VLD). En nog : “Het verhaal van Ça-va-seul is kafkaiaans. Ze worden gestraft omdat ze vervuild koelwater lozen. Maar dat water is vervuild vóór het het bedrijf binnenloopt. Het komt immers uit de sterk verontreinigde Zenne.” Benckiser produceert in Vilvoorde schoensmeer (in 1996 goed voor 1,6 miljard frank omzet waarvan 500 miljoen frank uit de export) én cosmetica-producten, goed voor 150 miljoen.
Begin dit jaar werden er, dankzij een uitbreiding, nog 20 nieuwe jobs gecreëerd. Toch moet Ça-va-seul weg ; is het niet uit Vilvoorde en/of Vlaanderen, dan toch uit haar huidige fabrieksgebouwen.
START IN DIKSMUIDE.
Géry Boucquey, de stichter van Ça-va-seul, had het zich waarschijnlijk anders voorgesteld. Zijn Diksmuidse Fabrique Nationale de Cirage maakt vanaf 1919 onderhoudsproducten voor kachels. Boucquey mengt kachelroet met olie en dat zwarte goedje blijkt uiterst makkelijk kachels te reinigen. Et voilà : Ça-va-seul. In 1919, Diksmuide is dan volledig kapot geschoten, trekt Boucquey naar Vilvoorde én tekent hij het contract van zijn leven : tot eind de jaren zeventig levert Ça-va-seul, als exclusieve leverancier, schoensmeer aan het Belgisch leger én aan de ministeries. In 1928 neemt zoon Kamiel, amper 16 jaar oud, de zaak over ; de verkoopchef en het hoofd van de administratie worden vervangen door zijn broers. Dankzij het legercontract suddert Ça-va-seul voort. Tot in 1980 de overheid openbaar gaat aanbesteden en de Boucquey-nazaten verwikkeld raken in le scandale de Bruxelles X : fiscale fraude. Het jaar daarop, 1981, wordt Ça-va-seul gekocht door de Amerikaanse hondenvoerfabrikant Purina, die dan al eigenaar is van de Franse producent van schoensmeer in tubes Baranne. De samenwerking vlot niet en Purina verkoopt Ça-va-seul aan Benckiser. Dat klikt wel ; er worden zelfs productielijnen van Duitsland overgeheveld naar Vilvoorde.
VLOEIBARE SCHOENSMEER.
Eind 1984 verbaast Ça-va-seul de wereld met de eerste vloeibare schoensmeer die het leder ook doet blinken. In 1985 neemt Ça-va-seul het Franse Saint-Marc over. In 1983 gaat Ça-va-seul op 360 miljoen frank omzet nog diep in de rode cijfers, in 1996 haalt het op 1,6 miljard frank omzet 11 % nettowinstmarge. Nu overweegt de internationale directie de sluiting van de Vilvoordse site. Zenne-water zuiveren is nu eenmaal niet goedkoop.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier