Jude Law, een weddenschap en een stevige whisky

© Getty Images for Johnnie Walker Blue Label

Als het op commercials aankomt, heeft Johnnie Walker een naam hoog te houden. Daarom vloog het whiskymerk Trends Style over naar Rome. Daar snorden we met een klassieke Ferrari in de heuvels rond de stad, klonken we met filmster Jude Law en proefden we van Blue Label, een van de meest prestigieuze whiskyblends ter wereld.

Wat een adrenalinestoot wanneer we de binnenplaats van Villa Mondragone betreden. In lang vervlogen tijden was het stil in de zuilengalerijen en wandelgangen van dit 16e-eeuwse palazzo, gelegen in de Albaanse Heuvels, in de buurt van het dorpje Frascati, op twintig kilometer ten zuidoosten van Rome. Af en toe schuifelde er een kardinaal of een bisschop voorbij, uit het gevolg van pausen als Gregorius XIII, Clemens VIII of Paulus V, die hier hun zomers doorbrachten. Maar vandaag blaast het geronk en het geraas van een dertigtal klassieke wagens de echo’s van die ingetogen vroomheid de deur uit. Een Porsche 365 Speedster uit 1956, een Alfa Romeo Giulietta Veloce Spider 750 uit 1958, een Jaguar E-Type uit 1961 en nog zoveel andere klassieke schoonheden staan broederlijk naast elkaar opgesteld. Alleen James Bonds Aston Martin DB5 ontbreekt op het appel.

Zo komt het dat we een Ferrari 380 GTSi uit 1981 op de staart trappen, door de haarspeldbochten en over de hellingen van een frisgroen Italiaans landschap dat zo lijkt weggeplukt uit een Bondfilm, of in dit geval : uit de Johnnie Walker-commercial The Gentleman’s Wager II.

Het is hard werken om met die wagen te rijden: het vergt veel kracht in je handen en voeten om hem op de weg te houden.

In de eerste Gentleman’s Wager – vrij vertaald : ‘weddenschap tussen gentlemen’ – die vorig jaar gelanceerd werd, zagen we Jude Law en Giancarlo Giannini (een Italiaanse acteur die u misschien nog het beste kent als de Franse agent René Mathis in Bond-films Casino Royale en Quantum of Solace) pedante oneliners uitwisselen op een zeiljacht, ergens ter hoogte van de Britse Maagdeneilanden. Law zet zijn zinnen op de boot, een handgemaakte Baglietto uit 1928, maar kondigt aan dat hij het jacht niet met geld wil kopen, maar ‘met een dans’. Deze weelderig aangeklede kortfilm, strak geregisseerd door Jake Scott, zoon van Alien-regisseur Ridley, die vroeger videoclips maakte voor onder meer U2, R.E.M. en George Michael, haalde wereldwijd prijzen in reclamefestivals en werd een geschatte 45 miljoen keer bekeken. (“Dat zijn meer kijkers dan mijn laatste film er had”, zal Law later die dag droogjes opmerken.)

Jude Law, een weddenschap en een stevige whisky
© Getty Images for Johnnie Walker Blue Label

Net zoals regisseur Sam Mendes zijn gigantisch succesvolle Bond-film Skyfall dit jaar moet overtreffen met opvolger Spectre, voelde Scott de druk om de tweede Gentleman’s Wager nóg gevatter, glamoureuzer en meeslepender te maken dan de eerste. En daar is hij met verve in geslaagd, zoals wij na de autorit (en u op YouTube) zullen zien. Om ook de Chinese kijkers – een doelgroep die Johnnie Walker hoog zitten heeft – aan te spreken, voegt de bekende Chinese actrice Zhao Wei zich bij het olijke duo Law-Giannini. Formule 1-legendes Jenson Button en Mika Häkkinen maken een korte passage, en voorts zijn alle elementen van een goeie Johnnie Walker-commercial aanwezig : prachtige decors, dit keer geen zeilboot maar een racewagen uit de jaren 30 (de Delahaye 135S, maar daarover verder meer), pittige dialogen, doorspekt met de nodige humor, én een Grote Boodschap.

In 1908 schetste de toen beroemde illustrator Tom Browne het bekende Striding Man-logo van Johnnie Walker met een potlood op een servet, tijdens een lunch met de toenmalige eigenaars van het merk in Londen. “Deze Striding Man was ongelofelijk belangrijk”, vertelt historicus Kevin Kosar in het blad Foreign Policy. “Het onderscheidde Johnnie Walker van andere Schotse whiskymerken, die in hun reclamevoering doorgaans traditionele Schotten opvoerden : ruige, bebaarde mannen in kilts, die doedelzak spelen. De man van Johnnie Walker zag er Engels uit, niet Schots. Hij droeg een monocle, wat betekende dat hij belezen was. Hij heeft een wandelstok en draagt een hoge hoed : het is een dandy.” Na de Eerste Wereldoorlog ging Johnnie Walker op in Distillers Company, een genootschap van whiskydistilleerders die de krachten bundelden om het naoorlogse graantekort en de ingestorte markten te trotseren. In 1986 kocht Guinness de Distillers Company en elf jaar later versmolt die met Grand Metropolitan tot drankengigant Diageo, die naast Johnnie Walker ook Smirnoff-wodka, Captain Morgan-rum en Tanqueray-gin in zijn portefeuille heeft.

Onze job is om mensen te inspireren. Maar als je nu kijkt naar de wereld, zie je toch dat mensen almaar meer het gevoel hebben dat ze op zichzelf aangewezen zijn.

Met zijn bekroonde reclameclips verkoopt Johnnie Walker niet alleen een product, maar ook een levensstijl : de hoop op beter. In Rome verkondigt Guy Escolme, Johnnie Walkers Global Brand Director, dat het merk het op marketingvlak over een nieuwe boeg zal gooien. “Onze job is om mensen te inspireren, om ze te motiveren om vooruit te gaan. Maar als je nu kijkt naar de wereld, zie je toch dat mensen almaar meer het gevoel hebben dat ze op zichzelf aangewezen zijn. Dus wij begonnen anders te denken over vooruitgang. Vroeger was het van ‘Werk hard, houd vol, zie af, en dan misschien, in een verre toekomst, zul je succesvol zijn. En pas wanneer je succesvol bent, zul je gelukkig zijn.’ Wij vinden dat die visie haar tijd heeft gehad, en denken dat je beter vanuit een ander standpunt vertrekt : vanuit positiviteit, optimisme en blijdschap.

Na die aankondiging vraagt Escolme de sterren van de reclameclip op het podium. “Hoe plezierig was het om dit filmpje te maken ?”, vraagt hij. Giannini en Law, die duidelijk goed op elkaar ingespeeld zijn, werpen elkaar een weifelende blik toe. Gelach in de zaal. “Giancarlo en ik zijn intussen als een oud getrouwd koppel”, zegt Law. “Ik denk dat die camaraderie zich vertaalt op het scherm. Wat ik wél moeilijk vond, was om de wagen te besturen, omdat ik me er pijnlijk van bewust was dat dit een antieke wagen van onschatbare waarde is. Het was thrilling om ermee te rijden, maar ook erg hard werk, omdat je enorm veel kracht in je voeten en je handen moet zetten om hem op de weg te houden.”

Jude Law, een weddenschap en een stevige whisky
© Getty Images for Johnnie Walker Blue Label

De Delahaye 135S werd gebouwd in 1935 en kwam in 1938 in het bezit van de toen twintig-jarige vader van Rob Walker, een rechtstreekse afstammeling van John. Vorig jaar raakte Rob aan de praat met Escolme op het Goodwood Festival of Speed, een gerenommeerd Brits festival voor oude en nieuwe racewagens. “Guy vertelde me dat ze een auto op het oog hadden voor de nieuwe reclameclip,” vertelt Rob, “maar ik antwoordde dat dat duidelijk niet het geval kon zijn, omdat ze mijn Delahaye nog niet hadden gezien.”

Zo werd de wagen een van de sterren in de film. In 1939 won hij de race voor de snelste auto van Groot-Brittannië, met een rondje waarin de bolide een gemiddelde snelheid van 202 kilometer per uur haalde. Na de oorlog zette Robs vader een van de eerste formule 1-teams op, in 1953, en haalde autocoureurs als Stirling Moss, Graham Hill en Jack Brabham binnen. “Mijn vader stierf in 2002. In de grafredes viel het telkens op dat iedereen hem de ultieme gentleman had gevonden. Dus het past wel dat zijn auto nu in The Gentleman’s Wager II wordt opgevoerd.”

Jude Law lust wel een goeie whisky, straight, zonder ijs, zoals hij uit de fles komt.

Law identificeert zich niet met zijn personage, al lust hij wel een goeie whisky, straight, zonder ijs, zoals hij uit de fles komt. Maar verder is dit pure fantasie over twee kerels die het zich kunnen permitteren om zich aan zo’n weddenschap te wagen. Ik ben niet zo iemand. Mijn personage en dat van Giancarlo koesteren een heel exotische en stijlvolle manier van leven, en de Johnnie Walker Blue Label staat hier symbool voor hun levensgenot. Op dezelfde manier als de manier waarop de auto hun smaak weerspiegelt. Het is hetzelfde, maar dan in een fles.”

Blue Label werd voor het eerst gepresenteerd in 1992. Master Blender Jim Beveridge – de man heeft een wel heel toepasselijke naam – werkt met een team van twaalf om uit de acht miljoen tonnen whisky waarover Johnnie Walker beschikt, het hele aanbod op te bouwen : van de Red Label, het basisproduct dat vooral bedoeld is om mee te mixen, over de Black, de Double Black en de Gold Label, tot de Blue Label. Daarnaast is er nog de King George V-versie van Blue Label, en in Shanghai, Beijing en Seoul opende Johnnie Walker vlaggenschipwinkels waar geïnteresseerden hun eigen signature whisky kunnen laten samenstellen, in samenwerking met Beveridge. Die signatuurlijnen vertrekken van een prijs van 6500 dollar per fles, met de verplichting om er minstens twintig van te kopen. Aziatische bedrijven geven ze aan hun beste klanten.

Jude Law, een weddenschap en een stevige whisky

Er wordt vaak gezegd dat Beveridge de ‘kostbaarste neus in de whiskyindustrie’ heeft. Tom Jones beschrijft Beveridges strenge selectie-proces voor Blue Label als volgt : “Waar ik woon in Schotland, kan ik in mijn auto stappen en binnen de twintig minuten omringd zijn door miljoenen tonnen whisky. (stil) Dat is de reden waarom ik daar woon. (lacht) It’s a grrrreat place (met blinkende ogen). Hier en daar, verspreid in die miljoenen tonnen, vind je kleine pockets of perfection. (laat een stilte vallen) Slechts één op de tienduizend vaten wordt gebruikt voor Blue Label.”

Die rigueur laat zich ook voelen in de prijs : een 70 cl-fles van Blue Label kost algauw 200 euro. Tot slot gaat Jones ons voor in een tasting van de whisky. “U heeft een glas ijswater voor zich staan”, begint hij. “Dat water is essentieel voor het genot van Blue Label, omdat het de smaakpapillen van uw tong vrijmaakt. Neem een grote slok water, en onmiddellijk erna een klein teugje whisky. Laat het zachtjes over uw tong vloeien, tien seconden lang. (enthousiast) Onmiddellijk is er een honingachtige zoetheid van fruit ; krokante, groene appel ruimt de baan voor rode vruchten, maar de honing is er altijd bij. Terwijl de whisky naar de achterkant van uw tong glijdt, beginnen de kruiden op te gloeien, tot er bijna een chocoladesmaak doorkomt. Dat brengt een zachte, subtiele turf met zich mee. Deze whisky doet me denken aan de vier hoeken van Schotland : van de Highlands in het noorden, terug naar beneden, naar Speyside, waarvan veel mensen zeggen dat het de beste whisky-regio van Schotland is, naar eilanden als Skye en Islay : in deze whisky zit het beste van Schotland vervat.”

TEKST DIETER MOEYAERT

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content