Je bent wat je eet

In onze liberale samenlevingen is iedereen vrij te eten wat hij wil, maar tegen dat principe zie je weleens maatschappelijke, ja zelfs koninklijke, krachten reageren. Koning Charles III verbiedt foie gras in de koninklijke paleizen en vleesschaamte wint veld. Ook deze Kerstmis zal in naam van het dierenwelzijn minder ganzenlever gegeten worden. De lever van de schrokkers mag wel belast worden, daar heerst nog altijd het principe van de individuele verantwoordelijkheid. Toch is eten een maatschappelijk gebeuren. Veel culturen ter wereld definiëren zich zelfs via hun eetgewoontes. Maar hebben, buiten het produceren van al dan niet gezonde hapjes, bedrijven dan geen rol te spelen?

Als u zich tijdens de volgende kerstperiode iets te veel te buiten gaat aan ongezonde overdaad, geniet ervan, maar zwijg er in alle talen over op het werk.

Bedrijven proberen soms de eetgewoontes van hun personeel te beïnvloeden. Nudging is dan vaak het toverwoord. Zet meer gezonde schotels aan het buffet, zet ongezonde desserts in een hoekje en laat de appel blinken. De vraag rijst of gezond eten ook bijdraagt tot, laten we zeggen, een hogere productiviteit. Uw columnist is gaan kijken bij de betere recente studies, in de hoop een helder antwoord te vinden. Als je ergens zulke studies verwacht, dan wel in Singapore, waar de ouders van zwaarlijvige kinderen op het matje worden geroepen bij de schooldirectie. Liberale samenlevingen kennen dan toch hier en daar duidelijke grenzen.

Een strikt gecontroleerde studie vroeg aan honderd Amerikaanse werknemers een eetdagboek bij te houden. Vooral junkfood werd onder de loep genomen. De Singaporese en Amerikaanse onderzoekers veronderstelden dat wie zich ‘s avonds volpropte met ongezond spul, ‘s anderendaags op het werk minder zou presteren. Of minstens wat meer zou dagdromen, zich minder in zou zetten, zelfs wat vroeger naar huis zou gaan. Die veronderstellingen werden in grote lijnen bevestigd. Je werknemers ontwikkelen een gezonde levensstijl? Het bedrijf profiteert mee!

Andere Amerikaanse onderzoekers trachtten te begrijpen waarom juist ons eetgedrag op het werk samenhangt met onze effectiviteit op het werk. Een reeks studies onderzocht of de stereotypen onze perceptie beïnvloeden. Geen verrassing: de amateur-psycholoog in ons stelt zonder meer dat dikkertjes weinig zelfcontrole hebben, wat gezelliger zijn, maar sneller opgeven. Op zich heel voorspelbaar, en we kunnen de vermanende vinger omhoog steken dat we nooit mogen discrimineren, maar op het werk beoordelen we voortdurend anderen: wie willen we in deze werkgroep, wie kan de verantwoordelijkheid aan? Kijken we dan stiekem naar wie te veel frieten heet, wie al te snel mee aanschuift als er taart op tafel komt? Natuurlijk… Zouden we daar rekening mogen mee houden? Natuurlijk niet. Houden we daar in werkelijkheid wel rekening mee? Ja, natuurlijk. Ons eetgedrag is meestal publiek, eten smaakt ook beter in gezelschap, en we kunnen moeilijk de ogen sluiten als we samen eten.

Zeg mij wat en hoeveel je eet, en ik voorspel je promotiekansen. Zo kort door de bocht gaan de onderzoekers nu ook weer niet. Maar ze verwittigen toch dat discriminatie op basis van eetgewoontes vooral een rol speelt als het bedrijf zelf geen pogingen doet om gezond eten aan te moedigen. Vooral nachtarbeiders kunnen vaak onvoldoende genieten van een gezond eetklimaat. Net in zo’n klimaat leren werknemers blijkbaar meer aandacht te geven aan de omstandigheden, het soort eten dat voorhanden is en zullen ze ongezonde eetpatronen minder toeschrijven aan ‘gebrek aan karakter’. Wel ja, een gezonde geest bij het oordelen in een gezond lichaam.

Een tip: als u zich tijdens de volgende kerstperiode iets te veel te buiten gaat aan ongezonde overdaad, geniet ervan, maar zwijg er in alle talen over op het werk.

De auteur is professor-emeritus aan de Vlerick Business School. Volg mij op www.marcbuelens.com.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content