ISS
ISS, de grootste schoonmaak- multinational ter wereld, hertekent zijn operationele structuur. Het bedrijf moet nóg meer dienstverlener worden – met onder meer catering, bagage- afhandeling op luchthavens, energiebeheer – en minder schoonmaker. De nieuwe nummer twee van het 137.000 werknemers tellende concern? De Vlaming Theo Dilissen.
Vanaf 1 april werkt Theo Dilissen in Kopenhagen. Vanuit het hoofdkwartier van International Service System ( ISS), het grootste schoonmaakbedrijf ter wereld, leidt de Vlaming voortaan de internationale operaties. Na vier jaar als gedelegeerd bestuurder van ISS Europe, klimt Dilissen weer een stapje hoger: chief operating officer (COO). De nieuwe nummer twee van ISS zal 92% van de omzet (74 miljard frank in 1998) beheren en de wereldwijde activiteiten leiden. Alleen chief executive officer (CEO) Waldemar Schmidt, die sinds 1973 bij de multinational in schoonmaak aan de slag is, staat nog boven Theo Dilissen.
De Vlaming is de eerste niet-Deen die de top bereikt bij ISS. “Een enorme challenge,” beseft Dilissen. “De Deense en de Vlaamse cultuur liggen door hun kleinschaligheid dicht bijeen. Dat zal wel een rol hebben gespeeld bij mijn aanstelling. Bovendien hebben wij Vlamingen makkelijker toegang tot de Latijnse cultuur in Europa. Denen hebben het daar nogal moeilijk mee. Maar vergeet die verwantschap tussen de kleine Vlaming en de kleine Deen. Want ISS, de reus in serviceland, heeft in de eerste plaats no nonsense-managers en entrepreneurs nodig.”
Tweehonderd kruisers in plaats van één slagschip
Want ook in de sector van de schoonmaak breekt het fusiegeweld door. Theo Dilissen voorspelt de volgende vijf jaar een geweldige consolidatiegolf. “Deze sector genereert veel cash, we kunnen veel fondsen mobiliseren. ISS wil de predator zijn, wij gaan de consolidatie in onze industrie leiden.” ISS hertekent voor de komende slag de volledige operationele structuur. Het 100%-beursgenoteerde bedrijf (in Kopenhagen en Londen) heeft alvast een beurskapitalisatie van 65 miljard frank. Opwarmer was een grondige analyse van de 11.000 contracten die het bedrijf in Europa uitvoert.
“ISS evolueert van een louter schoonmaakbedrijf naar een dienstverlenende organisatie. In 1998 werd 45% van de omzet geleverd door specifieke dienstverlening. Dat percentage klimt naar 80% in 2002. We willen actief zijn binnen vijf kernsegmenten. Met binnen elke niche specialisten die weten wat er binnen hun sector wereldwijd gebeurt. In plaats van een groot slagschip met veel vuurkracht willen wij 200 kleinere kruisers met vaardige kapiteins aan boord.”
De vijf kernsegmenten
zijn: voeding, transport, gezondheid, industrie en kantoren. Het takenpakket diversifieert ingrijpend: naast de klassieke schoonmaak, wordt dat onder meer linnenverzorging, catering, energiebeheer, plantenverzorging. Ook de bagageafhandeling op luchthavens behoort tot de gamma: op Londen-Heathrow heeft ISS een dochterbedrijf met duizend mensen in dienst. Zelfs cofinanciering wordt door het dienstenbedrijf aangeboden: een eigen investeringsmaatschappij voor vastgoedprojecten is in de maak. Met het Noorse Telenor en het Zwitserse Swisscom werden vanuit die optiek het voorbije jaar twee joint ventures gesloten.
Meegroeien met de fusiegolf bij de klanten, betekent ook het opdoeken van geografische divisies. Vanaf 1 april verdwijnen de afdelingen Azië, Brazilië, Europa en Scandinavië. De uitwisseling van specifieke knowhow binnen de vijf kernsegmenten vlot immers makkelijker zonder de barrière van geografische grenzen. Voortaan communiceert de Vlaamse manager rechtstreeks met zijn Braziliaanse partner (ISS is in 32 landen operationeel). “Al zijn niet in alle sectoren de internationale contacten even intens,” nuanceert Theo Dilissen. De meest uitgesproken internationale netwerken bouwt ISS in de segmenten voeding en transport (auto en luchtvaart): het multinationale schoonmaakbedrijf volgt immers de trend van de fusies. “Grote klanten, zoals Nestlé, Unilever, de luchthavenautoriteiten van Singapore en Volkswagen eisen een world class service met de meest geavanceerde technieken. Ook wij als dienstenleveranciers moeten totale oplossingen kunnen bieden. Dienstenbedrijven worden, net als de andere toeleveraars, preferred suppliers,” analyseert Theo Dilissen.
Het segment van de gezondheidssector oogt al veel regionaler. ” Sint-Jan in Genk eist een andere aanpak dan een ziekenhuis in Greenwich,” weet Theo Dilissen. Een zeer regionale component krijgt de markt van de kleine contracten, bijvoorbeeld het onderhoud van het kantorennetwerk van banken. “Tachtig procent van onze werking blijft regionaal, 20% krijgt een internationale werking,” schat Theo Dilissen.
Nog meer Vlamingen aan de top?
In achttien maanden moet de volledige reorganisatie zijn afgerond. International Service System splitst zich op in 200 units, de operatie levert een besparing op van een kwart miljard frank. Eén van de meest ingrijpende gevolgen van de segmentering is ongetwijfeld het opdoeken van de ISS university: het 20 hectare grote opleidingscentrum in Kopenhagen verdwijnt, in de plaats komen er uitmuntendheidscentra in de markten.
“De centraal geleide universiteit had te weinig voeling met de markt. Die ivoren-torenmentaliteit moet weg. We starten met vijf centers of excellence, die we in de markten creëren.” Het eerste centrum is inmiddels operationeel bij VW-Scania in Praag. ISS ontwikkelt er een concept voor het reinigen van de lakkerijstraat.
Ook België maakt kans op een kenniscentrum, via het dochterbedrijf nv ISS Food. “Historisch staan we sterk in de voedingsindustrie,” weet Daniël Van Cauteren, directeur van nv ISS België. “Onze directeur food, Valère Buseyne, draagt vandaag al internationale verantwoordelijkheid. Die kennis wordt wereldwijd verspreid.” Wordt dat kenniscentrum de ideale springplank voor nog meer Vlamingen aan de top bij ISS?
Wolfgang Riepl
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier