Philippe Herreweghe: ‘Dirigenten gaan door tot ze erbij neervallen’
De 71-jarige Philippe Herreweghe, artistiek directeur van het Collegium Vocale en hoofddirecteur van het Antwerp Symphony Orchestra, luistert nooit nog voor zijn plezier naar muziek.
“Ken je Das Lied von der Erde van Gustav Mahler? Het is een prachtig werk. Toen ik jong was, ging ik met een vriendinnetje naar Italië en dan luisterden we er samen naar terwijl we naar de sterren keken. Fantastisch was dat, maar nu kan ik dat niet meer. Ik heb het stuk al eens opgenomen en doe dat binnenkort opnieuw. Ik luister eigenlijk nooit nog voor mijn plezier naar muziek. Beluister ik platen, dan zijn het meestal maquettes van opnames die we zelf hebben gemaakt, om te checken of ze in orde zijn. Of uitvoeringen van werken die ik moet instuderen. Daarnaast wil ik tussen de repetities en concerten door liever geen muziek horen, en al helemaal geen klassieke muziek.”
“In winkels en op restaurant ervaar ik muziek tijdens mijn vrije momenten zelfs bijna als stank. Denk het je in: je komt na een concert in je hotel, je stapt doodmoe de lift in en daar hoor je… stank. Er is zo veel slechte muziek. Ik ben nochtans niet zo iemand die alleen klassieke muziek goed vindt. Ik luister ook graag naar wereldmuziek, omdat ik daar niets van ken.”
Naar Toscane
“Naar Das Lied von der Erde luisteren als ontspanning doe ik niet meer, maar naar Italië ga ik nog wel. Ik heb een vakantiehuis in Toscane. Het landschap is er totaal idyllisch, maar als ik mag kiezen tussen daar aan het zwembad zitten lezen of een productie doen, dan kies ik dat laatste. Ik kon het niet laten, ik heb ook in Italië een klein festival opgericht. Naar de concerten ga ik daar wel luisteren. Of toch naar de andere, want ik geef er zelf ook een of twee. Ik zeg dus altijd maar dat ik later dan wel meer tijd zal doorbrengen in dat Italiaanse huis. Alleen ben ik ondertussen al 71. Je ziet het bij veel dirigenten: ze gaan door tot ze erbij neervallen. Ook mijn vader, die huisarts was, heeft gewerkt tot zijn 87ste en is dan bij wijze van spreken doodgevallen. Het schijnt dat ik nogal op hem lijk.
“Mijn beroep kun je bovendien lang volhouden. Hou ouder je wordt, hoe beter je er dankzij je ervaring in wordt. Muzikanten krijgen vanaf een bepaalde leeftijd soms fysieke problemen, omdat ze vaak in onnatuurlijke houdingen moeten zitten of staan. Bij dirigenten is dat anders. Wij hebben een gezonde houding en turnen bijna terwijl we bezig zijn. Als het een beetje warm is, verlies je tijdens een zwaar concert gemakkelijk 2 kilo. Die komen er helaas ook snel weer bij ( glimlacht).
280 dagen reizen
“Ook al het reizen dat bij de baan hoort, zou je als sportief kunnen omschrijven. Ik denk dat ik zo’n 280 dagen per jaar reis. Wacht, ik lees een stukje voor uit mijn agenda. Die zit al vol voor de komende vier jaar en dan zie je op een periode van veertien dagen bijvoorbeeld staan: Brugge, Antwerpen, München, Barcelona, Madrid, Düsseldorf, Amsterdam, Boedapest, Milaan, Hamburg, Frankfurt, Keulen, Gent. Dag na dag. Daar moet je bestand tegen zijn. De adrenaline zorgt er blijkbaar voor dat je dat ritme volhoudt.
“Bij veel andere mensen is het vandaag anders. In onze beschaving leeft het gros van de mensen blijkbaar vooral toe naar weekends en vakanties, omdat ze moe zijn. Ze doen maar, maar ik heb er een beetje twijfels bij of dat goede waarden zijn. Ik heb natuurlijk soms ook stress. Om met zo veel mensen samen te werken als ik moet je een beetje een bedrijfsleider zijn. Gelukkig kan ik tijdens mijn werkuren wel van muziek genieten. Als ik dat niet meer had, dán zou ik uit balans raken. Het is de reden van mijn bestaan.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier