Innovatiecentrum Sirris bestaat 75 jaar: ‘Wij zijn de onderzoeks- en ontwikkelingsafdeling van elke Belgische kmo in de techindustrie’

Innovatiecentrum Sirris is uniek, maar ontstond al in 1949.
Myrte De Decker
Myrte De Decker redacteur bij Trends

Sirris maakt extra geld vrij om te investeren in drie nieuwe industriële testomgevingen en om de expertise in generatieve artificiële intelligentie verder uit te diepen. Het is een feestelijke bonus om de 75ste verjaardag van het innovatiecentrum te vieren. “We hopen nog meer bedrijven te bereiken die stappen voorwaarts doen op het vlak van innovatie en competitiviteit.”

Toen een Zweedse delegatie onlangs de kantoren van Sirris bezocht, keken de deelnemers zich de ogen uit. “Ongezien”, klonk het, “zo’n organisatie die de volledige maakindustrie met kennis ondersteunt en bedrijven aanmoedigt over te schakelen naar de adoptie van de nieuwste technologieën.” Hoewel uniek in Europa, blaast het Belgische innovatiecentrum voor de technologische industrie deze week al 75 kaarsjes uit.

Lees verder onder de video

De verjaardag wordt gevierd met een investering van 5,5 miljoen euro, boven op de bestaande werkingsmiddelen. Ruim 4 miljoen gaat naar de bouw van drie nieuwe demonstratie- en testomgevingen, waar bedrijven innovatieve ontwikkelingen in de praktijk kunnen uitproberen. Het laboratorium in Kortrijk zal focussen op de technologische vernieuwing in de assemblage. Dat van Genk richt zich op ‘geconnecteerde fabrieken’ met onder meer de digitalisering van productieprocessen. In Charleroi staat de productieflexibiliteit centraal. Waar een machine vroeger één product maakte, moeten er binnenkort meerdere op dezelfde werkvloer gemaakt kunnen worden, zonder meerkosten. Technologie moet helpen machines zo wendbaar mogelijk te maken en de omsteltijd (van het ene naar het andere product) zo kort mogelijk te houden. De drie labs zullen nog eind dit jaar de deuren openen.

Het overige 1,5 miljoen wordt gebruikt om de kennis over en het gebruik van generatieve artificiële intelligentie (Gen AI) uit te diepen. “Enerzijds moeten onze experts opgeleid worden in het gebruik van Gen AI, zodat die kennis zich als een olievlek kan verspreiden onder de bedrijven”, zegt Herman Derache, algemeen directeur van Sirris. “Anderzijds zitten we in het innovatiecentrum op een schat aan informatie uit voorbije bedrijfsinnovaties en andere documentatie. Gen AI kan ons helpen doelgerichte syntheses te maken en daardoor op een hoger level mee te spelen.” De helft van het geld dat in Gen AI wordt geïnvesteerd, haalt Sirris uit de investeringsreserves die het heeft opgebouwd. Dat benadrukt het belang van AI voor de toekomst van de industrie.

De extra investeringen zetten Sirris op weg om zijn ambities voor 2025 waar te maken. Het aantal innovatietrajecten in bedrijven moet met 10 procent stijgen, tot zo’n 1.350 per jaar. Daarvoor wil het centrum ook twintig nieuwe experts aanwerven. “We willen groeien in de impact die we hebben”, legt de topman uit. “Dat kan alleen als we nog meer bedrijven bereiken, die we kunnen helpen op het vlak van innovatie en zo ook hun competitiviteit.”

Onderzoek en ontwikkeling

Sirris werd in 1949 in de schoot van de technologiefederatie Agoria opgericht via de wet-De Groote, die als doel had in het naoorlogse tijdperk de innovatie-uitdagingen in verschillende sectoren collectief aan te pakken door middel van kennisvergaring en technologieadoptie. Sirris ondersteunde bijvoorbeeld het lucht- en ruimtevaartbedrijf Sonaca uit Charleroi bij de numerieke besturing (computerbesturing avant la lettre) van geautomatiseerde machines, die de eerste onderdelen maakten voor Airbus in de jaren zeventig.

Hoewel in die 75 jaar veel veranderd is, zijn er ook constanten. “Het Belgische ondernemerslandschap telt vooral kmo’s”, zegt Derache. “Sommige staan ondanks alle evoluties weigerachtig tegenover verandering, omdat ze positieve cijfers halen of risicoavers zijn. Andere hebben niet de mankracht of de expertise om al die ontwikkelingen op de voet te volgen of te implementeren. Wij zijn eigenlijk de onderzoeks- en ontwikkelingsafdeling van elke Belgische kmo in de technologische industrie, want stilstaan is in dit geval achteruitgaan.”

‘Een aandachtspunt is de ethische kant van artificiële intelligentie en de manier waarop we ermee omgaan’

Herman Derache

algemeen directeur van Sirris

Herman Derache staat dit jaar ook tien jaar aan het hoofd van het innovatiecentrum. In die periode werd de economie geconfronteerd met enkele van de grootste crisissen sinds de Tweede Wereldoorlog. Hij kan er kort over zijn: het was geen goede periode. “Covid was een korte en krachtige stilstand”, klinkt het. “De energiecrisis en de bijbehorende inflatie heeft er nadien heel sterk ingehakt. Ook nu nog gaan er bedrijven aan kapot. Het langst blijft de onderbreking in de levering van onderdelen en grondstoffen sluimeren. Alternatieven zoeken heeft enorm veel gevergd van bedrijven. Die energie konden ze niet gebruiken om te innoveren of nieuwe markten te verkennen. De maakindustrie heeft echt afgezien.”

Toch ziet Derache ook lichtpuntjes, zoals een toegenomen risicobeheersing. Belgische productiebedrijven willen hun toeleveringsketen weer naar Europa halen, maar dat kan alleen als ze hun processen competitiever, groener en energiezuiniger maken met behulp van moderne technologieën. “Vele bedrijven zagen de Europese Green Deal als een bijkomend kostenelement. Nu kunnen de offshore windsector, de waterstofeconomie en andere duurzame energiebronnen juist een oplossing bieden. En dat zijn allemaal bedrijven die in de technologiesector actief zijn en waar we dus ook weer kunnen helpen.”

Groeiverhaal

Elke verandering stuit op weerstand, niet het minst op de werkvloer, als technologische vooruitgang vereenzelvigd wordt met automatisering en dus minder banen. Voor sommige werknemers zal het moeilijker zijn zich bij of om te scholen, erkent Derache. Maar innovatie of automatisering gaat zelden gepaard met jobverlies. Integendeel, wie kijkt naar de bedrijven die een traject doorlopen hebben, ziet dat ze systematisch een sterker groeiverhaal neerzetten dan bedrijven die dat niet hebben gedaan, zowel in toegevoegde waarde als in lokale werkgelegenheid. Dat werd recentelijk gemeten bij de 65 Factories of the Future die actief zijn in de Belgische maakindustrie.

Moeten we dan helemaal nergens bang voor zijn? “Een aandachtspunt is de ethische kant van artificiële intelligentie en de manier waarop we ermee omgaan”, zegt de topman. “We kunnen die niet zonder regels loslaten op de maatschappij en de bedrijven. Er moet een wettelijk kader komen.”

Door de crisissen en de geopolitieke situatie zijn de collectieve uitdagingen voor de maakindustrie actueler dan ooit. “Toen innovatiecentra werden opgericht, zij het in de technologie- of andere sectoren, was dat in de eerste plaats om de competitiviteit van Belgische bedrijven te waarborgen”, zegt Derache. “Nu moeten diezelfde bedrijven energiezuinig en CO2-neutraal zijn, moeten ze materiaal hergebruiken en recycleren, op de nieuwste technologieën springen en ook nog eens competitief zijn. Als organisatie kunnen we die vele ondernemingen met dezelfde vragen en verzuchtingen begeleiden en deels ontzorgen. Dat heeft Sirris altijd gedaan en dat zal het blijven doen.”

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content