In Columbus’ vaarwater

Huelva en Sevilla speelden in de 15de en 16de eeuw een cruciale rol bij de ontdekking van Amerika. De Nieuwe Wereld zorgde voor rijkdom, en die vindt men ook nog in het huidige stadsbeeld terug.

“Ik vraag me af wat Columbus heeft bezield om op zoek te gaan naar de Nieuwe Wereld,” zo maakte de gids Alfonsin me nieuwsgierig terwijl we de brug over de Guadalquivir overfietsten. “Vrouwelijke schoonheden zoals hier, in Sevilla, vind je toch nergens anders op deze aardbol ?”

Aangekomen op de Plaza de España, gebouwd naar aanleiding van de Ibero-Amerikaanse tentoonstelling van 1929, werd duidelijk dat Alfonsin het woord “schoonheid” tout court had kunnen gebruiken : wie er uitrust op een van de keramieken zitbanken snuift er nog de geur op van het Moorse Spanje. Uit de kruising hiervan met westerse gotische invloeden zou de Mudéjarkunst ontstaan. De Torre del Oro (de gouden toren), de Giralda (een minaret die later werd omgebouwd tot klokkentoren) en Los Alcázares Reales zijn maar enkele van die geraffineerde staaltjes van Spaans-Arabische kunst die in Sevilla te bewonderen zijn.

Voor mij was de derde grootste stad van Spanje de eindhalte van een ongeveer 200 kilometer lang fietsavontuur door de Spaanse provincies Huelva en Sevilla. Een tocht op zoek naar Christophorus Columbus, althans vooraleer deze de onbekende oceaan overstak op zoek naar “India”. Het was in Sevilla dat de ontdekkingsreiziger financiële steun kreeg voor zijn avontuur. Vanaf de 16de eeuw werd de havenstad aan de Guadalquivir hier was de beurs gevestigd die het handelsverkeer met Amerika regelde ook de hoofdstad van de Nieuwe Wereld. Wat tot uiting kwam in de pracht van zijn gebouwen. Een voorbeeld van die grootsheid is de kathedraal van Sevilla na de Sint-Pieter in Rome en Sint-Paul in Londen de derde grootste ter wereld. In deze parel van gotiek rusten sinds 1898 maar bewijzen daarvoor zijn er niet ook de stoffelijke resten van de ontdekker van Amerika.

Net zoals Columbus eind 1484 Portugal verliet, was het startpunt van deze tocht de Costa de la Luz, Spaans-Portugese grens. Geen toeristische getto’s hier, wel uitgestrekte, lege stranden die baden in een zee van licht. Zo’n zeventig kilometer verder bevindt zich de Andalusische haven- en industriestad Huelva. Op deze plaats, waar de Tinto en de Odiel samenstromen, staart Admiraal Columbus een imposant beeld uit 1929 van de Amerikaanse beeldhouwster Gertrudis Whitney naar de immense oceaan. Op ongeveer elf kilometer van Huelva ligt het franciscanenklooster van Santa Maria de la Rabida, opnieuw een meesterwerk van Mudéjarkunst. Het was hier dat Columbus in 1484 aanklopte en de voorbereidselen trof voor zijn eerste reis. Hij vertrok op 3 augustus 1492 vanuit het vijf kilometer verder gelegen Palos de la Frontera. In niemands vaarwater…

JAN LODEWYCKX

Alcázares Reales in Sevilla Hoogtepunt van Mudéjarkunst.