‘Ik zit al op de gelukscurve van een zestiger’

PHILIPPE GIJSELS "Aan het einde zou ik liefst horen dat mijn kinderen, mijn vrouw en mijn vrienden iets aan mij hebben gehad." © FOTOGRAFIE BELGA

“Stel je voor dat je tandarts bent. Dan trekken mensen letterlijk hun mond open als ze je snel iets willen vragen over je vak. Dat moet een stuk vervelender zijn dan in je vrije tijd vragen over de financiële markten te moeten beantwoorden. Ik probeer wel weg te blijven van het delen van financieel advies aan kennissen, maar wat ik doe, is nu eenmaal nogal zichtbaar. Er durft dus wel eens onverwacht een vraag over een aandeel te vallen. Toch is het weekend voor mij meestal een afgebakende periode. Na mijn beurspraatje op Kanaal Z sluit ik op vrijdagavond de werkweek af door frieten te halen en samen met mijn gezin wat televisie te kijken. Daarmee lijkt het alsof ik er geen al te gezonde levensstijl op na houd, maar ik compenseer dat door op zaterdag en zondag veel tijd op de tennisclub door te brengen. Om er de wedstrijden van mijn kinderen te volgen, om er zelf een balletje te slaan en er gewoon te kunnen zijn wie ik ben. Daar is er zelden iemand die iets van mij wil.

“Wat niet betekent dat de beurs dan veraf is. Zelfs op vakantiedagen kun je me erop betrappen dat ik de hele tijd naar aandelen blijf kijken. Ik ga nooit slapen zonder te weten hoe de markt is gesloten. En als ik opsta, kijk ik meteen opnieuw hoe de markt reageert. Soms is het dus niet duidelijk of ik nog aan het werken ben of niet. Net dat zorgt ervoor dat ik mijn baan niet als stresserend ervaar. Je komt pas onder druk te staan als iemand je micromanaget en zegt wat je wanneer moet doen.”

Zottenwerk

“Mocht ik stress hebben, dan zou ik niet meer hetzelfde aantal uren kunnen werken. Dan wordt het zottenwerk. Neem wat er vandaag in Oekraïne gebeurt. Dat is verschrikkelijk, maar paradoxaal genoeg geeft het me in mijn functie energie. Wat die eerste maandagochtend gebeurde op de markten, was absoluut niet het scenario dat we hadden voorspeld. Vladimir Poetin zou aan de grens gaan staan, dreigen en daarna onderhandelen. Dat was ik gaan vertellen aan iedereen, of ze het wilden horen of niet. Van binnenvallen zou geen sprake zijn. Tot Poetin mij en vele anderen ongelijk gaf en de beurzen begonnen te vallen.

“Sommige mensen zouden dat zien als een drama, maar als je daar niet tegen kunt, moet je niet doen wat ik doe. Iedereen verwacht dan net van jou dat je de rots in de branding bent. Dat je genoeg zelfvertrouwen hebt om anderen gerust te stellen, terwijl je zelf misschien nog niet helemaal gerust bent.”

Begin met het einde

“Dat lukt alleen als je een achterban van familie en vrienden hebt bij wie je jezelf kunt zijn. Ik ken veel mensen, maar mijn echte vrienden vormen een vrij kleine groep. En mijn gezin, dat heeft balans gebracht. Voordat ik, kort voor mijn dertigste, mijn vrouw leerde kennen, was er alleen maar werk. Ik was onrustiger toen, kon geen prioriteiten stellen. Ook vandaag zijn er soms nog conflicten tussen werk en gezin. Moet ik mijn zoon helpen studeren, of toch eerder aan mijn boek werken of een klant bellen? Dan denk ik telkens aan wat Stephen R. Covey schreef in The 7 Habits of Highly Effective People: begin met het einde in gedachten. Wel, aan het einde zou ik liefst horen dat mijn kinderen, mijn vrouw en mijn vrienden iets aan mij hebben gehad. Daar ben ik nog meer van overtuigd sinds de coronacrisis. De pandemie heeft alles uitvergroot. Wat slecht is, maar ook wat goed zit. Blijkt dat ik helemaal niet ontevreden ben met hoe het loopt. Als ik kijk naar de happinesscurve, dan zit ik nu al op het niveau van een zestiger.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content