‘Iedereen moet bijdragen om in de race te blijven’

De Duitse chemiegroep Lanxess beleeft moeilijke tijden en moet flink besparen. De Duitse werknemers dragen hun steentje bij door 3 procent van hun loon in te leveren. De vakbonden bij ons hebben een eisenbundel met een loonsverhoging. Topman Axel Heitmann denkt er het zijne van.

De crisis in de auto- en de bandensector heeft zware gevolgen voor Lanxess, ‘s werelds grootste producent van synthetisch rubber. In Europa is de bandenmarkt dit jaar gekrompen met 7 procent, en de automarkt met bijna 6 procent. CEO Axel Heitmann, die Lanxess sinds de afsplitsing van Bayer in 2004 al door verscheidene crisissen heeft geloodst, slaat meteen terug met een stevige reeks maatregelen die vanaf 2015 jaarlijks 100 miljoen euro aan besparingen moeten opleveren. Lanxess schrapt een duizendtal banen, zowat 6 procent van het totaal, waarbij het vooral mikt op vervroegd pensioen en vrijwillig vertrek. Om de bittere pil van de terugval te verzachten en de bedrijfskasstroom op peil te houden, hebben de 8000 Duitse werknemers van Lanxess ermee ingestemd dit jaar 3 procent van hun loon in te leveren. Goed voor een extraatje van een “substantieel tweecijferig miljoen euro”, klinkt het. Heitmann doet daarnaast een rist niet-kernactiviteiten, samen goed voor een half miljard euro omzet en nog eens duizend werknemers, van de hand.

Ook België ontsnapt niet aan het besparings- en herstructureringsgeweld. Lanxess heeft rond Antwerpen vier fabrieken (zie kader De Antwerpse activa). Een daarvan, in Kallo, produceert rubberchemicaliën, en meer bepaald vulkanisatieversnellers die het samensmelten van rubbersoorten verbeteren. Die activiteit lijdt zwaar onder de Aziatische concurrentie. Lanxess is de enige westerse speler in de top vijf en het voelt de prijzendruk. De fabriek in Kallo telt 200 werknemers, van wie er 40 door een eerder dit jaar aangekondigde herstructurering zullen verdwijnen. Ook voor de resterende 160 medewekers breken nu onzekere tijden aan. Heitmann geeft zich maximaal twee jaar de tijd om een overnemer of een partner te vinden. Of ook het scenario van een sluiting realistisch is, wil hij niet gezegd hebben. “Het zijn goede activiteiten en ik neem daarin een positieve houding aan”, zegt de 54-jarige chemicus in een exclusief gesprek.

Wat is voor u het belang van de Antwerpse vestigingen?

AXEL HEITMANN. “We hebben door de jaren geïnvesteerd in nieuwe technologie en onze activiteiten voor butylrubber en polyamide uitgebreid. Er is één activiteit waarmee we al veel jaren worstelen, en dat zijn de rubberchemicaliën. Er was altijd wel iets. En nu is er een enorme overcapaciteit voor dat product. Dus moeten we gaan voor een andere strategische oplossing. We moeten accepteren dat we het op eigen houtje, en met aanvaardbare kosten, niet verder kunnen brengen. We staan dus open voor een goede optie die zowel de markt als Lanxess dient.”

Heeft Antwerpen het misschien moeilijk gemaakt voor zichzelf? Het sociale klimaat is er duidelijk anders. Uw Duitse werknemers stemmen in met een loonsverlaging voor dit jaar. In Antwerpen vragen de bonden een loonsverhoging van bruto 4 procent.

HEITMANN. (Lacht) “Als je je concurrentiekracht verliest, moet je die weer in orde brengen. Anders heb je geen toekomst. Dat wil niet zeggen dat je lage lonen moet hebben. Het gaat hem over de output, de juiste energiekosten en de juiste processen voor de grondstoffen. Hoewel we er veel technologie hebben ingepompt, heeft onze fabriek voor rubberchemicaliën in Kallo het nooit echt gehaald. Zeker nu, met de stevige verzwakking van de markt, kunnen zelfs de minste nadelen niet worden goedgemaakt. Als je een buffer in je concurrentievermogen hebt, kun je die volatiliteit compenseren. Maar zonder zo’n buffer zal de zwakke markt je hard raken.

“Die zwakte in de markt zal ook de volgende zes maanden niet zomaar verdwijnen. Misschien zal ze zelfs nog toenemen, dus kunnen we maar beter in actie schieten. Ik sta open voor elke oplossing. Het kan een partnerschap zijn; het kan zelfs gebeuren dat we het gewoon geven aan iemand die in een betere situatie zit, of die een betere technologie heeft. Of we kunnen samengaan met een grondstoffenleverancier of zelfs met een klant. We moeten ons wat tijd geven om de beste optie te ontwikkelen.”

Spreekt u al met potentiële partners of overnemers?

HEITMANN. “Ja. (Hervat zich snel) Nog niet. We moeten eerst onze mensen informeren.”

Is wat gebeurt met de rubberchemicaliën in België ook een wake-upcall voor de andere activiteiten in België?

HEITMANN. “Zo zou ik het niet omschrijven. Maar iedereen moet wel bijdragen om in de race te blijven in deze sterk competitieve arena.”

Wat kunnen de Belgische werknemers nog doen? Ook instemmen met een loonsverlaging?

HEITMANN. “Ha! Interessant! Maar dat zal ik maar beter rechtstreeks bespreken met mijn mensen (lacht). Maar oké, u refereert naar een zeer belangrijke move van de Duitse werknemers, met een toewijding die verbazingwekkend is.”

U hoopt dus dat anderen dat voorbeeld volgen?

HEITMANN. “Ik wil niet via u met het personeel praten. Het management spreekt met de mensen en ik ben zeker dat als mensen echt samenzitten, ze heel creatief kunnen zijn. Zolang er bereidwilligheid is tenminste.”

Zitten de drie andere activiteiten in Antwerpen toch stevig in het zadel?

HEITMANN. “Je mag nooit veronderstellen dat iets rock solid is. We zijn actief op een markt waar nieuwe concurrenten zomaar uit het niets tevoorschijn springen, waar de conjunctuur plots kan verslechteren, de prijzen veranderen en nieuwe technologie opduikt. Je mag nooit verwachten dat alles stabiel is. Je moet dus proactief zijn. Het moet in je DNA zitten om altijd te zoeken naar wat het volgende is, en wat je kunt doen om sterk te zijn en te blijven. Daardoor blijf je achter het stuur zitten, en zit je niet als een volger op de achterbank.”

De energiekosten zijn een grote bezorgdheid. Staat u er alleen voor?

HEITMANN. “Nee, we slaan als bedrijven de handen in elkaar. Dat is belangrijk, omdat we energie niet alleen gebruiken om materiaal op te warmen en te koelen, maar ook als grondstof. Het is zeer onfair om van onze hardwerkende mensen veel te vragen en nieuwe technologie te introduceren om onze concurrentiekracht te verhogen, maar de voordelen daarvan niet te zien door de hoge energiekosten.”

“Ik zou politici ten stelligste oproepen om voor een omgeving te zorgen die de markt aanzwengelt. Wij doen investeringen voor de volgende twintig of zelfs dertig jaar. Zodra we goed en wel starten met zo’n project, zijn er al gauw vier of vijf jaar opgegaan aan planning en vergunningen krijgen. Als de parameters in die tussentijd sterk veranderen, is dat bijzonder lastig.”

Lanxess heeft al een bewogen geschiedenis achter de rug, maar bent u ooit zo ongerust geweest als nu?

HEITMANN. “Ik ben elke dag bezorgd om de toekomst. Of nee, laat ik het anders stellen: ik ben bezorgd dat we zaken vanzelfsprekend vinden. Ik ben dus door deze tijdelijke zwakte niet meer bezorgd dan de voorbije jaren. Ik zou pas bezorgd zijn als we geen actie zouden ondernemen. Ik fiks liever onze zaakjes zelf. Lanxess zoekt nooit hulp van buitenaf, want dan ben je verloren. Je moet zien wat je zelf kunt doen. Iedereen in Lanxess moet zich afvragen wat hij of zij kan bijdragen, en hoe hij of zij efficiënter kan zijn. Hoe we dingen kunnen verbeteren, moet in onze genetische code zitten.”

BERT LAUWERS IN KEULEN

“Lanxess zoekt nooit hulp van buitenaf, want dan ben je verloren. Je moet zien wat je zelf kunt doen”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content